Dorpsmolen
Nieuwmunster (Zuienkerke), Vlaanderen, West-Vlaanderen
- Naam
- Dorpsmolen
- Ligging
- Doelhofstraat 26
8377 Nieuwmunster (Zuienkerke)
noordzijde
ten westen van de kerk
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1571
- Verdwenen
- begin 19de eeuw (voor 1811)
- Type
- Staakmolen
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 4128
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Dorpsmolen van Nieuwmunster was een houten korenwindmolen aan de noordzijde van de Doelhofstraat (nr. 26), ten westen van de kerk.
Hij werd voor 1570 gebouwd. We zien hem aangeduid op de Pourbuskaart van het Brugse Vrije (1571), op de Fricxkaart (1712) en op de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen.
De opeenvolgende eigenaars zijn bekend vanaf 1649 tot aan zijn verdwijning.
* 28 januari 1649 (rente)
Pieter de Brune, zoon van Pieter; & Barbara, de dochter van Frans De ronde; zijn huisvrouw; verkenden een rente aan Livine, de onbejaarde dochter van Pieter Steyaert bij Joanna Zoetaert.
Betrof een rente van 25 Sgn, de penning 16, over een kapitaal van 20 £gn. Ze verzekerden met een korenwindmolen in Nieuwmunster, west van de kerk. Barbara de ronde was voor de helft in deze molen gerecht als weduwe van Rogier van Ruymbeke. Met wie ze de ¾ van deze molen geconquesteerd had. Het ander ¼ geërfd van Frans de Ronde, hare vader.
Geregistreerd ter Vrijen op 28 januari 1649 (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16070 (=nieuw nummer 2, volgens de nummering van het Brugse Vrije), f° 64 verso).
* 19 februari 1650 (rente)
De comparanten waren Pieter de Brune, zoon van Pieter; & Barbara De Ronde, fa Frans, vrijlaten in Nieuwmunster. Ze verkenden een rente van 20 schellingen 10 groten/jaar, over een kapitaal van 100 gulden, aan Godelieve Reyniersseune Jacobs.
Men verzekerde met eende helft van een korenwindmolen, in Nieuwmunster; met de toebehoorten, west van de kerk, daar de comparanten wonen.
Geregistreerd te vrijen op 16 februari 1650. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16071 (=nieuw nummer 3), f° 108).
* 18 april 1657 (verkoop)
De verkoopster was:
- Anna, dochter van Franchois de ronde, jonge dochter, poorteresse van Brugge. Ze was gerecht in de 9/10. Ze was gerecht de morte patris en de morte matris.
De rest behoorde toe aan:
-Joos Verleye, zoon van Joos; & Barbara De Meere, wonende te Nieuwmunster. Waren gerecht in het resterende 1/10 part. Barbara gerecht uit hoofde van haar maternele grootouders, wezende de ouders van de eerste verkoopster.
De koper was Niclaeys Borre, zoon van Pieter, vrijlaat binnen het ambacht van Moerkerke.
Men verkoch een korenwindmolen met een huis en hovenkot, en met alle de draaiende werken. Met 100 roen lands waar de molen opgebouwd is. In Nieuwmunster, west niet ver van de kerk, presentelijk gepacht door Cornelis Boens, à 24 £gn/jaar
Akte geregistreerd ter Vryen op 18 april 1657 (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, 16077, f° 88v).
* 30 april 1657 (rente)
De comparanten waren Niclaeys Borre, zoon van Pieter; & Tanneken, fa Adriaen Lauwereyns, vrijlaten binnen het ambacht van Moerkerke.
Ze verkenden een rente van 8 £gn aan Anna, de dochter van Francois De ronde, jonge dochter. Men verzekerde met de onlangs aangekochte molen in Nieuwmunster
Akte geregistreerd ter Vryen op 30 april 1657 (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16077, f° 90).
* 25 april 1657 (verkoop)
De verkoper was Joos Verleye, zoon van Joos; en Barbara de Meere, dochter van Glaude bij Barbara, fa Frans de ronde; vrijlaten binnen het ambacht van Nieuwmunster. Ze verkochten hun 1/10 part van de molen in Nieuwmunster. De koper was Niclaeys Borre, zoon van Pieter.
Akte geregistreerd ter Vryen op 30 april 1657. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16077 (=nieuw nummer 9), f° 109).
* 28 april 1658 (rente)
Niclaeys Borre, zoon van Pieter; & Tanneken Lauwereins, vrylaten binnen het ambacht van Moerkerke. Ze verkenden een rente aan de kerk van Vlissegem. Betrof een rente van 6 pond 5 schellingen groten/jaar, over een kapitaal van 100 £gn.
Men bezette op de molen in Nieuwmunster, met een huis, met 100 roen lands daar de molen op staat. gebruikt door de comparanten. West niet ver van de kerk. de comparanten gerecht bij koop jegens Anna de ronde, dochter van Frans, van 18 april 1657. En bij koop jegens Joos Verleye en Barbara de Meere, dochter van Claude bij Barbara dochter van de voornoemde Frans, van 25 april 1657.
Geregistreerd ter Vryen op 28 februari 1658. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16078, f° 33 verso).
* 8 mei 1660 (verkoop)
De verkopers waren Niclaeys Borre, zoon van Pieter; & Elisabeth, Dhiele, dochter van Cornelis de oude.
De koper was Frans Luycx, zoon van Jan, vrijlaat binnen het ambacht van Nieuwmunster. Men verkocht de helft van een korenwindmolen met de helft van de andere edificien en van de draaiende werken, met 100 roen lands waar de molen opgebouwd is; in Nieuwmunster.
De comparant gerecht bij coop jegens Anna de ronde, dochter van Francois voor de 9/10 en de reste jegens Joos Verleye en Barbara de Meere. De wederhelft toebehorende Tanneken, de dochter van Adriaen Lauwereyns, zijn eerste huisvrouw.
Geregistreerd ter Vryen op 8 mei 1660. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16079 (nieuw nummer 11), f° 155).
* 14 juli 1663 (verkoop)
De verkopers waren Jacques Cattoor & Adriaan Laureyns, als voogden van de onbejaarde dochter van Niclaeys Borre bij Tanneken, dochter van Adriaen Laureins, verweest in Nieuwmunster. De koper was Franchois Luycx, zoon van Jan, vrijlaat in Nieuwmunster. Men verkocht de helft van een een korenwindmolen in Nieuwmunster, met de andere edifiecien, en 100 roen lands. De weze gerecht de morte matris Tanneken, dochter van Adriaen Laureins.
Geregistreerd ter Vryen op 14 juli 1663. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16082 (nieuw nummer 14), f° 80 verso).
* 20 februari 1666 (rente)
Frans, Luycx, zoon van Jan, wonende te Nieumunster; en zijn echtgenote Jacquemyne, dochter van Adriaen Maesens, verkenden een rente aan Willemyne, het wezekind van Niclaeys Borre bij Tanneken Laureyns. Betrof een rente van 8 £gn de penning 16, over een kapitaal van 128 £gn, spruitende over reste van de koopprijs van de naarschreven molen.
Men bezette op een korenwindmolen met een hovenkot en huis, met omtrent 100 roen land waar de molen en de andere edifiecien op staan. Medeverkocht de draaiende werken, in Nieuwmunster. De molen was belast met een ander rente van 6 pond 5 schellingen groten die men geld de kerk van Vlissegem.
Men was in deze goederen gerecht:
- de helft bij koop jegens Niclaeys Borre, fs Pieter; en Elisabeth, de dochter van Cornelis Dhiele doude,
-de wederhelft gekocht jegens de onbejaarde dochter van Niclaeys Borre vij Joanna, fa Adriaen Laureyns.
Volgen koopletteren van 8 mei 1660, en van 14 juli 1663.
Geregistreerd ter vryen op 20 februari 1666. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, Register Brugse Vrye Noord 16084 (= nieuw nummer 16 van het Brugse Vrye), f° 47 verso).
* 28 april 1668 (rente)
De comparanten waren Frans Luycx, zoon van Jan; & Jacquemyne Maesens, fa Adriaen. Ze verkenden een rente aan Thomaes Questroy zoon van Gillis, zwager van de comparant van halve bedde, vrylaat in Meetkerke.
Betrof een rente van 4 £gn/jaar, de penning 16. Over een kapitaal van 64 £gn. Men verzekerde met een korenwindmolen, hovenkot en huis, met 150 roen waar de molen opstaat, mits 10 roen vercocht zijn door Niclaeys Borre aan de douarière van Pieter van Nieumunster, hier tevoren 160 roen ; volgen verkoop van 8 mei 1660. De molen gepacht door Lieven Robyn.
De comparant gerecht volgens koopletteren van 8 mei 1660, en van 14 juli 1663.
Geregistreerd ter vryen op 28 april 1668. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16085 (nr 17), f° 178).
* 13 jannuari 1677 (verkoop)
De comparanten waren Joachim de Voghelaere, zoon van wijlen Joos; & Jacquemyne Maessens, dochter van ijlen Adriaen; zijn huisvrouw. Jacquemyne was de weduwe van Frans Luycx, zoon van Joannes.
De koper was Thomas Qquetstroey, zoon van wijlen Gillis, vrijlaat binnen het ambacht van Meetkerke.
Men verkocht een korenwindmolen met de huizingen en hovenkot daarmedegaande, met omtrent 150 roen, in de ambacht en parochie van Nieumunster. Medeverkocht werden de draaiende werken. De grond was eertijds 160 roen groot maar door Niclaeys van Borre was er 10 roen verkocht geweest aan de douarière van Pieter van Nieumunstre.
De verkochte goederen waren belast met:
-een rente van 6 ponden 6 schellingen groten/jaar, de penning 16, die men gold een de kerk van Vlissegem,
-een rente van 8 £gn, de penning 16, origieneel verkend tot profijt van Niclaeys Borrens wezekind, genaam Guillelmina Borre, geprocreerd bij Tanneken Laureyns. Volgens letteren van 29 februari 1676. Men verwees naar register notariaat Noord 16, f° 43 verso,
-een rente van 4 £gn/jaar, de penning 16, sprekende in proffijte van de acceptant.
Jacquemyne Maesens was gerecht in deze molen als weduwe van voornoemde Frans Luycx, fs Jan; mids de voogden van de kinderen van Frans (2 huwelijken) aan het sterfhuis van Frans gerenunchierd hadden.
Frans Luycx was tot ½ in deze molen gerecht bij koop jegens Niclaeys borre, fs Pieter, & Elisabeth, dochter van Cornelis Dyle doude. In in de wederhelft bij koop jegens Jacques Catthoir en Adriaen Laurewryns, als voogden van de onbejaarde dochter van selven Niclaeys Borre bij Tanneken Laureyns, dochter van Adriaen.
Akte geregistreerd ter Vrijen op 13 januari 1677. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16092, f° 130).
* 5 juli 1698 (verkoop)
De comparanten waren:
-Thomaes Quetstroy zoon van Thomas, & Passcyne Boom, vrijlaaten binnen het ambacht van Meetkerke,
-Andries De Waele & Anna quetstroy, dochter van Thomaes voorzeid; zijn huisvrouw, poorters van Brugge,
-Thomaes Quetstroy en Andries de Waele als voogd van Pieter, fs Thomas Quetstroy doude.
De koper was Jacob Vergheyle, zoon van Adriaen, vrylaat binnen het ambacht van Nieuwmunster en aldaar wonende. De goederen werd uiterhand verkocht, (geen prijs vermeld).
Men verkocht een korenwindmolen met de huizingen en hovekot daarmedegaande, met omtrent 150 roen land waarop hetzelfde molenhuis en hovekot opstaat, in Nieuwmunster, west van de kerk.
De verkochte goederen waren belast met een rente van 5 £gn/jaar, welke rente oorspronkelijk verkend werd door Niclaeys Borre en TannekenLaureyns, tot profijt van de kerk van Vlissegem, volgens letteren van constitutie van 28 februari 1658. Welke rente nu zal gelost worden met de kooppenningen.
Thomas Quetstroy de oude was in deze molen gerecht bij koop jegens Joachim Vogelaere.
Er was bijleefte voor Pieter Blauwet, in huwelijk gehad hebbende Adriaene Quetstroy, die bij deze verkoop afzag van deze bijleefte.
De akte geregistreerd te Vryen op 5 juli 1698 (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16111, f° 53 verso).
* 5 juli 1698 (rente)
De comparanten waren Jacob Vergheyl, zoon van Adriaen, en Joanna Vlietinck, verkende onmiddellijk na deze verkoop een rente van 10 £gn Vlaams permissiegeld, over een kapitaal van 200 £gn, aan voornoemde naamgenoten Quetstroy.
De akte geregistreerd te Vryen op 5 juli 1698 (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16111, f° 54).
* 14 april 1742 (verkoop)
De verkopers waren:
-Jacobus Vergheyle, zoon van Adriaen bij Tanneken West. Hij was weduwnaar van Joanna Vlietinck,
-Joannes Vergheyle & echtgenote Adriaene Claeys,
-Ignatius Tytgat, zoon van Jacobus bij Joanna Vlietinck, benevens zijn echtgenote Beatrix Vergheyle,
-Sebastiaen De Couttere, zoon van Boudewyn bij Cecilia van Overberge, benevens zijn echtgenote Godelieve Vergheyle,
-Joseph Martein, zoon van Philippus bij Catharina Jacobs, benevens zijn echtgenote Vincentine Vergheyle.
De genaamden Vergheyle kinderen van de eerste comparant.
De koper was Joannes de Muyttere, zoon van Gerard bij Maria Hellebuicq, laat onder het ambacht en heerlijkheid van Oostkamp.
Men verkocht een korenwindmolen met het molenhuis en voordere edificien, met nog 2 cheyns huisjes, in Nieuwmunster, west van de kerk. Werd gebruikt door Joannes Vergheyle.
Werd uiterhand verkocht voor 364 £gn vlaams wisselgeld, volgens koopcontract van 28 januari 1742.
De molen was belast met een rente van 5 £gn/sjaars, wezende de helft van een rente van 10 £gn, waarvan de wederhelft hiervoren werd afgelost.
Deze rente werd origineel verkend door Jacobus Vergheyle, de eerste comparant, volgens letteren van 5 juli 1698. Betrof een rente van 100 £gn kapitaal. Akte geregistreerd in Brugse Vrije noord, register 43, f° 54 recto.
Welke rente nu gold aan Pieter De Clerck, en geregistreerd in Brugse Vrije noord, register 80, folio 21 verso, van 29 maart 1738.
Jacobus Vergheyle en echtgenote Joanna Vlietinck waren gerecht bij koop jegens Theresia Questroo, fs Thomaes, et uxor cum suis, volgens letteren van 5 juli 1698, geregistreerd in Noord 43, f° 53 verso.
Akte geregistreerd op 14 april 1742 (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16151, f° 96).
* 4 mei 1774 (verkoop)
De verkopers waren volgend echtpaar:
-Pieter Coenye, zoon van Joseph bij Anna Messelis, vrijlaat binnen het ambacht van Vladsloo en wonende in de parochie van Nieuwmunster,
-Maria Catharina Inghelbreght, dochter van Pieter bij Pieternelle Verleye,
De koper was Guilliame Derre, zoon van Carel bij Cornelie Mestdagh, vrijlaat binnen het ambacht van Straten maar wonende ter prochie van Nieuwmunster.
Men verkocht een korenwindmolen met al de draaiende werken, met het molenhuis, kamer, kelder, koestal, schuur, zwijnskot en andere edificien, met 160 roen erf salvo justo waarop de molen met de andere gebouwen op stonden. Maar volgens de letteren van erfve was het land maar 150 roen groot. Dit alles staande te Nieuwmunster, west van de kerk.
Mede verkocht werden twee nieuwe pestels en twee nieuwe henden, met nog 8 à 9 stukken zoom met zes à zeven bondels scheen, met nog een pas en nagelhamer, een snijmes, platten en pitbeitel. Voorts oude stuk band met een nieuwe teirlingblok, met een slijpsteen en een olmen caste van 12 à 14 voeten en de biesoze (bieloge?) met een slijpsteen en een deel oude en nieuw afgeleide pannen en stenen met 50 greyne twaalf voeten dry bladt met een greyne drye bladt 14 voeten en twee oude blokvijsen. Immer wordt alhier verkocht al de materialen, zo steen als hout tot de zelven molen en huizen dienende. De molen werd gebruikt door de verkopers.
De molen was belast met een rente van 10 £gn courant over een kapitaal van 200 £gn Vlaams wisselgeld, geldende Ignatius Demuytter. Volgens letteren van constitutie van 29 okober 1757, (geregistreerd register Brugse Vrije Noord, nr 95, f° 5 verso).
De molen werd uiterhand verkocht voor 700 £gn sterk wisselgeld.
De verkopers gerecht bij koop jegens Joannes De Muytter et uxor, letteren van 29 oktober 1757.
Akte geregistreerd ter Brugse vrije op 4 mei 1774. (Rijksarchief Brugge, INV 15-16, (Wettelijke Passeringen Brugse Vrye Noord), register 16178, f° 66 verso).
* 14 oktober 1817 (nalatenschap)
Nalatenschap van Cornelis Blauwet, landbouwer, overleden in Nieuwmunster op 19 april 1817. Hij was de echtgenoot van Regina Wouters. Bij de titelen en papieren behoorde er een expeditie van een akte gepasseerd voor de notarissen Lucas Rosseel en confraters uit Brugge, van 20 juni 1811. Het betrof de verkoop door de weduwe van Guillielmus Derre van een huis met 23 aren 58 centiaren, of 160 roeden, zijnde hof en molenwal in Nieuwmunster, zuid van de straat die naar de plaats van Nieuwmunster leidt. Thans gebuikt door:
- Stephanus Parrant, 5 1/2 gulden courant of 28,28 gulden/jaar,
- Ignaes Wouters, 5 gulden courant of 25,71 frank/jaar. (Rijksarchief Brugge, TBO 132/17, register 38, akte 5830).
De Dorpsmolen verdween in het begin van de 19de eeuw.
De laatste eigenaar-molenaar was Guillaume Derre (+Nieuwmunster 25.12.1801), gehuwd met Theresia Filiaut (°1747). Hij was de zoon van Carel Derre en Cornelie Mestdagh, was vrijlaat binnen het ambacht van Straten en woonde in Nieuwmunster.
Hij had de molen gekocht in 1774 van het echtpaar Pieter Coenye (zoon van Joseph bij Anna Messelis, vrijlaat binnen het ambacht van Vladslo en en woonde in de parochie Nieuwmunster) en Maria Catharina Inghelbreght (dochter van Pieter bij Pieternelle Verleye).
Het is mogelijk dat Derre deze molen naar de nieuwe standplaats aan de Brugse Steenweg 26 liet overbrengen (zie: Nieuwmunster, Molen van 't Smiske, Molen De Boodt, Molen Gardin).
In 1811 bleef van de Dorpsmolen enkel de molenwal nog over. Op 20 juni 1811 verkocht de weduwe van Guillielmus Derre een huis met 23 aren 58 centiaren, of 160 roeden, zijnde hof en molenwal in Nieuwmunster, zuid van de straat die naar de plaats van Nieuwmunster leidt. Toen gebuikt door:
- Stephanus Parrant, 5 1/2 gulden courant of 28,28 gulden per jaar,
- Ignaes Wouters, 5 gulden courant of 25,71 frank per jaar.
(akte van de notarissen Lucas Rosseel en confraters uit Brugge)
De Dorpsmolen werd vervangen door een gelijkaardige molen op een andere plaats, aan de Brugsesteenweg in Nieuwmunster (zie: Molen van 't Smiske, Molen Gardin, Molen De Boodt). Het is zelfs niet uitgesloten dat de Dorpsmolen naar de nieuwe plek werd verplaatst.
Roland VERTE & Lieven DENEWET
Literatuur
Archieven
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16070 (=nieuw nummer 2, volgens de nummering van het Brugse Vrije), f° 64 verso. Akte van 28 januari 1649.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16071 (=nieuw nummer 3), f° 108. Akte van 19 februari 1650.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, 16077, f° 88v, akte van 18 april 1657.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16077, f° 90, akte van 30 april 1657.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16077 (=nieuw nummer 9), f° 109. Akte van 25 april 1657.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16078, f° 33 verso. 28 april 1658.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16079 (nieuw nummer 11), f° 155. Akte van 8 mei 1660.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16082 (nieuw nummer 14), f° 80 verso. Akte van 14 juli 1663.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, Register Brugse Vrye Noord 16084 (= nieuw nummer 16 van het Brugse Vrye), f° 47 verso. Van 20 februari 1666.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16085 (nr 17), f° 178. Akte van 28 april 1668.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16092, f° 130, akte van 13 jannuari 1677.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16111, f° 53 verso. Verkoop van 5 juli 1698.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16111, f° 54. Rente van 5 juli 1698.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, register 16151, f° 96. Verkoop van 14 april 1742.
Rijksarchief Brugge, INV 15-16, (Wettelijke Passeringen Brugse Vrye Noord), register 16178, f° 66 verso).
Rijksarchief Brugge, TBO 132/17, register 38, akte 5830 van 14 oktober 1817 (akte van de notarissen Lucas Rosseel en confraters uit B rugge, 20 juni 1811).
Werken
M. Coornaert, Een overzicht van de molens in het Noordvrije, in: Liber Amicorum René De Keyser, Speciale uitgave, Geschied- en Heemkundige Kring Sint-Guthago, 1985, p. 43-78.
J. Ballegeer, "Molens in de Zwinstreek", in Rond de poldertorens, jg. 47, nr. 2, 2005.
Croes F., Bijdrage tot de geschiedenis van de Vlaamse kustvlakte: De Blankenbergse Watering. Bronnen, bewoningsgeschiedenis en institutionele aspecten, s.d., 1992.
"Nieuwmunster, een van de meest pittoreske polderdorpen", in: Curiosa, jg. 39 (2001), nr. 390, p. 19-22.
Steylaers P., Handgeschreven nota's over de geschiedenis van Nieuwmunster, 1953. (met vermeldingen van de archiefbronnen van de oudste vermeldingen van Nieuwmunster en de theorie van Ukesham).
Callaert G. & Hooft E. m.m.v. van L. Snauwaert L., "Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Zuienkerke, Deelgemeenten Zuienkerke, Houthave, Meetkerke en Nieuwmunster,Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL13", 2002.
Herman Holemans, West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 5. Gemeenten M-O, Rotem, Ons Molenheem, 1999.
Everaert Danny, "Genade voor molenaar De Muyttere uit Nieuwmunster (1754)", Biekorf, CVI, 2006, 1, p. 22-25.