Vitsemolen
Westouter (Heuvelland), Vlaanderen, West-Vlaanderen
- Naam
- Vitsemolen, Vitsesmolen, Vitskensmolen, Vischesmeulen, Geblauwden molen, Moulin fraudé
- Ligging
- Sint-Pietersstraat 14
8954 Westouter (Heuvelland)
op 50 m v.d. grens met Boeschepe (F)
kadasterperceel A357
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- 1514 / voor 1641 / 1816, verplaatst uit Boeschepe
- Verdwenen
- 1789, verplaatst naar Boeschepe / 1883 - 20 juni, ingestort
- Type
- Staakmolen
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 4066
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Vitsemolen (en diverse naamvarianten) was een houten korenwindmolen aan de Sint-Pietersstraat, op amper 50 meter van de grens met Frankrijk. De grens speelde een belangrijke rol bij deze molen. Het was een gewone, tweezolder-staakmolen en geen achtkante houten bovenkruier, zoals dat door Ernest Leeuwerck werd geopperd in een artikel (en door vele andere auteurs werd overgenomen).
In 1514 deed Robert de Vergelo een aanvraag om een korenwindmolen te bouwen op een leen genaamd "Meulewal". Zijn nicht Danielle van Peene huwde in 1564 met Pierre Vitse (vandaar de molennaam). Zij verwieren het leen van 11 gemet met de windmolen, gelegen te Boeschepe en Westouter.
In 1590 verwierf zoon Pierre Vitse (jr.) de molen met grond die voordien toebehoorde aan zijn moeder Danielle van Peene.
De molen komt voor op de kasselrijkaart van Ieper uit 1641.
Bij zijn oprichting was deze molen gelegen te Westouter op ca. 50 meter van de grens met Boeschepe. Na een grenscorrectie tussen Frankrijk en de Oostenrijkse Nederlanden in 1780 kwam de molen op enkele meter van Frankrijk te liggen. De staatsgrens loopt midden door de molenhoeve.
Molenaar Pieter De Vos vond het nodig om zijn molen in 1789 te verplaatsen naar Boeschepe, omdat het graan in Frankrijk toen minder belast was. Zo groeide de bijnaam "geblauwde molen". Na het afnemen van de wieken kon met de molen op een bed van ronde boomstammen een tiental meter verrollen naar het gehucht "Les Sept Mesures" (rue de Reninghelst) in Boeschepe op Frans grondgebied.
Bij de aanval van de Fransen op 15 azpril 1794 zijn de kerk van Westouter, enkel huizen en pachthoven te Loker en de Scherpenbergmolen afgebrand, zijnde de achtste molen die aan de grens afgebrand of "omme gesmeten" werd. De Vitsemolen was verzegeld, hetgeen samen een groot verlies vormde in de "maelinge", in het bijzonder van de "Bergmolen", die altijd malen kon.
In 1816 werd de molen opnieuw naar Westouter verrold, die sinds 1815 onder Hollands bestuur stond. Dit was om te ontsnappen aan de belasting op het gemaal. Toen de Nederlanders in 1823 ook dergelijke belasting invoerde, wilde molenaar Franciscus De Vos zijn molen weer naar Frankrijk verhuizen! Hij diende daartoe in 1823 een aanvraag in bij de Franse douane. Deze weigerde categoriek met de boodschap dat het de molenaar enkel te doen was om de intussen ingevoerde belastingen op het maalrecht te ontwijken.
Ons bekende eigenaars:
- 1514: Vergelo Robert
- 1564, Vitse Pierre, gehuwd met van Peene Danielle (nicht van Robert Vergelo)
- 1590: Vitse Pierre jr. (erfenis van zijn moeder Danielle van Peene)
- 1788: De Vos Pieter, molenaar
- 1823: De Vos Franciscus, molenaar
- voor 1834, eigenaar: Delegere Jozef, molenaar te Westouter
- later, eigenaar: Lacaes Alexandre Joseph en consoorten, landbouwer te Westouter
- 30.01.1843, verkoop: Lacaes Melanie Virginie, naaister te Berthen (F) (notaris Lucien)
- 11.09.1846, verkoop: (van het gebouw) Lacaes-Vandromme Alexandre Joseph, landbouwer te Westouter (notaris Vandenboogaerde)
- 29.11.1848, verkoop: (van de grond) Flahaut-Decool Louis, eigenaar te Belle (F) (onderhandse akte)
- 02.10.1851, verkoop: (van het gebouw) a) Warembourg Louis Benoit Désiré, molenaar te Westouter en b) Warembourg Constantin François, molenaar te Westouter (notaris Lucien)
- 22.03.1852, erfenis: (van de grond) de weduwe (overlijden van Louis Warembourg)
- later, erfenis: (van de grond) de kinderen (overlijden van de weduwe van Louis Warembourg)
- 30.01.1866, deling: (van de grond) Flahaut Hubertus Anicet Joseph, eigenaar te Belle (F) (notaris Taffin te Vieux-Berquin (F))
In 1883 waren de gebroeders Louis en Constant Warembourg nog steeds de eigenaar (van de molen als gebouw). Op 20 juni 1883 voerde molenmaker M. Spinnewyn uit St. Janscapel (F) met zijn dienstknechten herstellingswerken uit aan de in slechte staat verkerende molen. Er moest o.a. een nieuwe balk worden gestoken in de molenkap. Hiertoe werd de molen opgeschoord. Plotselijk hoorde men een luid gekraak. De molenkast schoof van de staak neer. Enkel het gebinte met deze staak bleef overeind. De molenmakersknecht August Orbie uit Reningelst werd levensloos uit het puin gehaald. De andere werkers (baas M. Spinnewyn, Henri Goudenhooft, M. Verschaeve, maaldersknecht J. Ryckebosch) verkeerden in levensgevaar. Enkel molenaar Constant Warembourg kon nog tijdig uit de vallende molen springen en bleef ongedeerd.
Lieven DENEWET, Raymond SIX, John VERPAALEN, Herman HOLEMANS
Literatuur
De Mandelgalm, 30 juni 1883.
Le Progrès, 28 juni 1883, p. 3.
E. Leeuwerck, "De verdwenen Westouterse molens", in: Aan de Schreve, I, 1971, 2, p. 25, overgenomen in: Molenecho's, V, 1977, nr. 12;
John Verpaalen, "Molens van de frontstreek, Veurne, De Klaproos, 1995, p. 137-138.
Jozef Maes, "Verdwenen molens in het Heuvelland (deel 3)", in: Levende Molens, I, 1978, nr. 8.
Herman Holemans, West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 8. Gemeenten V-Z , Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2005.
Hubert Masquelin & Raymond Six, "Molens in het Heuvelland", in: "Bijdragen ter herdenking aan Hubert Masquelin", Heuvelland, 2011, p. 111-156 (122-123).
Michel Loosen, "Attention... Moulins!" Revue de l'Houtland, juni 1986 (speciaal nummer)
R. Annoot, Molenschimmen in de Westhoek, Ieper, 1950 (dactylo)
J. De Smet (ed.), "Zuid-Westvlaamse tijdskroniek uit de Oostenrijkse en Franse tijd 1761-1814. Het memoriael van Reninghelst door koster P.L. Cuvelier", Assebroek, 1970.
Lieven Denewet, "Ongevallen op West-Vlaamse molens-7", Mededlingenblad van de Werkgroep West-Vlaamse Molens, IX, 1993, 4, p. 158 (ongeval van molenmaker August Orbie, 20.06.1883).
Mailbericht Gilbert Deraedt, Leidschendam, 18.05.2013.