De Tollenaar
Gent, Vlaanderen, Oost-Vlaanderen
- Naam
- De Tollenaar, De Tollenare, De Tollenaere, De Tollenere
- Ligging
- Meulesteedsesteenweg 374
9000 Gent
oostzijde
ten zuiden van de Glasgowstraat
Meulestede
buiten de tweede Muidepoort
in de Galgenbergen
kadasterperceel A3440
Vlaanderen - Oost-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1650
- Verdwenen
- 1864, sloop
- Type
- Staakmolen
- Functie
- Oliemolen, later korenmolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 3934
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Tollenaar (Tollenare, Tollenere) was in 1650 een houten oliewindmolen. Hij stond in Meulestede, buiten de tweede Muidepoort in de Galgenbergen, aan de oostzijde van de Meulesteedsesteenweg, ten zuiden van de Glasgowstraat, op 3,3 km ten noorden van het centrum van Gent.
Hij werd in de schattingskohieren van het huisgeld van 1650 (Stadsarchief Gent) "den tollenaere" genoemd. De eigenaar-uitbater was toen Niclaeijs Simoens. Voor 1787 werd hij omgevormd in een graanmolen. Voor 1850 werd er een stoommaalderij aan toegevoegd.
We vinden hem afgebeeld op:
- Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1842) met het grondvlak van een staakmolen op teerlingen
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) met de benaming "M(oulin) de Tollenere" en de aanduiding "Machine à Vapeur".
In het "Landboek der Goederen buiten de Dam- en Muidepoort", opgesteld in 1780 door landmeter Carolus Benthuys, staat genoteerd:
"N. 126: Augustus Coppens proprietaris van een graenmolen ende berg genaemt den tollenaere, groot vier en sestig roeden, paelende ooste en zuyd de volgende partye, west den steenweg ende oost de voorgaende partye." N. 126 lag op ongeveer 80 Gentse roeden van de Muidepoort op de weg Muidepoort-Meulestede. Schuin over N. 126 lag N. 159, het "galgenvelt", groot 92 roeden.
In de "Gazette van Gend" van 19, 13 en 20 december 1787 verscheen als verkoopsadvertentie: Uit de hand te koop aangeboden: de korenwindmolen, genaamd “de Tollenaer”, staande binnen Gent “in de Galgen-Bergen by Meulestede, eertyds geweest hebbende een stampkot, den welken mag maelen zoo voor de buyten-gemeynte als voor de stad”. Gegadigden dienen zich te wenden tot de weduwe Coppens.
In de Gendschen Mercurius, van 20 januari 1828 verscheen als verkoopsadvertentie:
Openbare verkoping te Gent, in de afspanning Den Boer in de Slypstraat, bewoond door de heer Deseyn, op 29.01 (instel) en 12.02.1828 (toewijzing) door notaris De Nobele (Geldmunt 22, Gent) van een korenwind-molen genaamd Den Tollenaere, met alle staande en draaiende werken, benevens het aanpalende huis met ap- en dependentiën, zijnde een tweewoonst, genummerd nr. 218, met aanpalend twee kleine partijen land, alles samen groot 15 Nederlandse roeden, gestaan en gelegen buiten de tweede Muidepoort dicht bij Meulestede, in de Galgenbergen te Gent. Actuele gebruikers zijn de verkopers zelf (niet bij naam genoemd).
De aankoper in 1828 was molenaar Coppens-Van der Cruyssen.
De molen werd in 1834 door het kadaster ingedeeld in klasse 6 met een kadastraal inkomen van 342 frank.
Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Coppens-Van der Cruyssen, molenaar te Gent
- 01.04.1843, verkoop: De Tremerie-Coppens Ivo, molenaar te Gent (notaris Denobele - 1/2 van de molen - de andere helft behoorde hem reeds toe)
- 14.11.1851, verkoop: Van Pottelsberghe Jan, bakker te Gent (notaris Bovijn)
Op de kaart van Vandermaelen (ca. 1850) staat hij aangeduid onder de benaming: "M(oul)in de Tollenere" met er onder "Machine à Vapeur". Er was dus al een stoommachine aanwezig.
De staakmolen werd in 1864 gesloopt.
Lieven DENEWET
Literatuur
Archieven en landkaarten
- Stadsarchief Gent, reeks 153/², reg. 52 (schattingskohieren van het huisgeld, 1650), f° 2 r°.
- Landboek der Goederen buiten de Dam- en Muidepoort, opgesteld in 1780 door landmeter Carolus Benthuys
- Ferrariskaart (ca. 1775)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1842)
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
Gedrukte bronnen
- "Gazette van Gend", 19, 13 en 20 december 1787 (verkoopsadvertentie)
- "Gendschen Mercurius", nr. 1016, dd° 20.01.1828; 18.02.1828 (verkoopsadvertentie)
Werken
Luc Van Durme, "Inventaris van de namen van de middeleeuwse Gentse windmolens", Molenecho's, XL, 2012, 1, p. 28-36.
Luc Van Durme, "Klapwiekend vrouwvolk in het middeleeuwse Gent", in: "Voor Magda: artikelen voor Magda Devos bij haar afscheid van de Universiteit Gent", Gent, Academia Press, 2010, p. 705-718.
Noël Kerckhaert, "Oude Oostvlaamse huisnamen", Kultureel Jaarboek voor de Provincie Oost-Vlaanderen, nrs 4, 16, 21, 32, 34, 37 (1977, 1981,1983,1990,1991,1993)
Paul Huys, "Over de naamgeving van windmolens. Volkskunde in Vlaanderen. Huldeboek Renaat van der Linden". Brugge, 1984.
"Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oost-Vlaanderen naar gegevens van het Archief van het Kadaster. De arrondissementen Eeklo en Gent", in: Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, XV, 1961, 2 (Gent, 1962).
Herman Holemans, "Oostvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 3. Gemeenten G-H-I", Rotem, Studiekring Ons Molenheem, 2000, p. 16.
Paul Huys, “De schattingskohieren van het huisgeld”, in Id., Molen en molenaar te kijk gesteld (Gent, Provincie, 1996), blz. 303.
M. Van Gent, "Nog eens over windmolens te Gent", Ghendtsche Tydinghen, III, 1974, 1, p. 32.