Molenechos's Homepage Molenechos.org

Molen van Moen

Moen (Zwevegem), Vlaanderen, West-Vlaanderen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
Molen van Moen, Molen Vercouter
Ligging
Steenbakkersstraat 25
8552 Moen (Zwevegem)
zuidoostzijde
zijde Verzetslaan (nr. 12)
Moenkouter
600 m ZW v.d. kerk
kadasterperceel C622
Vlaanderen - West-Vlaanderen
Gebouwd
voor 1455
Verdwenen
1858 - 29 oktober, storm
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen
Bescherming
niet
Database nummer
3549

Beschrijving / geschiedenis

De Molen Vercouter was een houten korenwindmolen te Moen aan de zuidoostzijde van de Steenbakkersstraat (nr. 25), zijde Verzetslaan (nr. 12), op de Moenkouter, op 600 meter ten zuidwesten van de kerk van Moen.

De staakmolen werd voor 1455 opgericht. Uit dat jaar bleef een huurcontract bewaard waarbij Pieter van Rues de molen in huur nam van Janne van den Berghe, baljuw en ontvanger van Jan Bornage, ridder en heer van de heerlijkheid Mouden, Percken en Hoyghem.

We zienhem o.m. aangeduid op:
- Beaurainkaart (1692) als "Moulin de Moenen".
- de Villaretkaart (1745-1748) als "Moulin de Moen"
- de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen, als "Moulin de Moen"
- de Atlas der Buurtwegen (ca. 1845) met het grondvlak van een staakmolen op teerlingen
- de topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855) met een tekeningetje van een staakmolen

In 182 was het molenperceel in het bezit van de weduwe van Philippe de Croix uit Dadizele, terwijl de molen zelf eigendom was van Petrus Vercoutere, molenaar en landbouwer, rond 1785 geboren in Sint-Baafs-Vijve. Hij was gehuwd met Rosalia Samyn, geboren rond 1790 in Moen. Ze hadden toen de 39-jarige Judocus Dewaegemaeker (geboren in Anzegem) als molenaarsknecht in dienst.

Bij de volkstelling van 1847 was Petrus Vercoutere weduwnaar geworden. Zijn zoon Ivo, in Moen geboren op 16 oktober 1831, was nog niet oud genoeg om zijn vader op te volgen. Vandaar dat er nog altijd een molenaarsknecht inwoonde, ditmaal Augustinus Vervaeke, 42 jaar, geboren in Zwevegem. Er woonde ook een ketser in: Joseph Bestiaen, 30 jaar, geboren in Sint-Denijs. (De biografische gegevens over Vervaeke en Bestiaen komen uit het register van de bevolkingstelling van Moen uit 1847, maar werden niet teruggevonden in de geboortenregisters van Zwevegem en Sint-Denijs). Ivo Vercoutere volgde zijn vader op als molenaar. Vader Petrus overleed in Moen op 23 mei 1867 als landbouwer en niet als molenaar, want de molen was ondertussen vernield.

De staakmolen waaide om op 29 oktober 1858. Hierbij kwamen twee jonge mannen om het leven: de 30-jarige molenaarsknecht Petrus Ghyselyncke (geboren in Huise, wonende in Moen, maar gedomicilieerd in Dottenijs waar zijn vader François molenaar was) en een klant, Petrus Vande Casteele, een commissionaris van 33 jaar uit Sint-Denijs. Volgens de overlevering was op de puinen een plank geplaatst, waarop met letters in bloed van de slachtoffers aan de nieuwsgierige bezoekers om hulp gevraagd werd voor de beproefde families (genoteerd door Torie Mulders).

Er bleef een rekening bewaard van de verkochte onderdelen op 26 november 1858, door notaris Alexander Louis Decock uit Avelgem. Vooral vele timmerlieden en molenaars bleken geïnteresseerd te zijn. Er waren niet minder dan 112 loten die in totaal 2114,60 frank opbrachten. (bron: Rijksarchief Kortrijk, notaris Alexander Louis Decock (1850 -1884) notaris te Avelgem onder het repertorium ingeschreven, verkoop jaar 1858, nr. 183, doos nr. 10 jaar 1858: minuut nr. 183, bestaande uit vier gevouwen bladen):

Recto 1ste blad

nr. 501 Extrakt uit het register van voorloopige aengiften van meubelverkoopingen

Den zes en twintigsten november 1858. Is verschenen sieur Petrus Benoit sluismees= ter te Harelbeke als bevoegelijk ende gevolmagtigd van den notaris Decock te Avelghem den welken heeft verlaerd dat zijnen aensteller op donderdag tweeden december aenstaende ten een uer namiddag, binnen het gemeente Moen, zal voortsvaren met eene openbare verkooping van voorwerpen voortskomende van eene omgeworpen koorenwindmolen en andere mobilaire voorwerpen, noch goud noch zilver bevattende, ten verzoeke toebehoorende aen Petrus Vercouter, landbouwer te Moen waervan hij akte heeft verzocht in geteekend / was geteekend P Benoit
voor gelijkvormig extrakt. De ontvanger / was geteekend / Lamiroy

Het jaer duyst acht honderd achten vijftig, den tweeden der maend december op het verzoek van sieur Petrus Vercouter, landbouwer woonende te Moen wij meester Alexander Louis Decock, notaris residerende in het dorp van Avelghem, provincie West Vlaenderen hebben voorts gevaren op de gepleegde wijze in de tegenwordigheyd van de hier naergenoemde getuygen met de openbare verkooping der voorwerpen voorts gekomen zijnde der omworpen koorn windmolen in het gemeente Moen, toebehoorende en op het verzoek van den gemelden verzoeker den aewij hier zal gedaen worden op de volgende voorwaerden en bespreken

artikel een:

de verhoogenissen zullen moeten gebeuren in francs en centimen

artikel twee:

boven en ongeminderde de koopprijzen zullen de kooppers moeten contant betalen den tienden penning van die mitsgaders twee francs voor klop slag der koopen beloopende de vijf en twintig francs en daer boven

artikel drij:

onmiddelijk na de verkooping indien zulks verzocht worden zullen de koopers moeten stellen en gekende borgen, solidairelijk verbonden zullen blijven als principale koopers ten vregenoegen van ons werkende notaris en ten huyze van de weduwe van wijlen sieur Francis Vanhoutte herbergier=ster in het gemeentehuys te Moen

artikel drij bis:

de koopers zullen hunne gekochte voorwerpen niet mogen weg= dragen noch vervoeren voor alree zij stiptelijk volkomen hebben aen de uytwerking dezer

artikel vier:

zij zullen zich moeten vergenoegen met de grootten en hoedanig heden der koopen welke hun zullen toegewezen worden, zonder zich hier na te mogen beklagen uyt welken hoofde het zij

artikel viif:

den tijd voor de betaling der koopen beloopende de vijf francs en daer boven is bepaelen op zes maenden te rekenen van heden dagteekening dezer, binnen welke de koopers gehouden zullen wezen die te doen in houden en ten kantoore van ons werkende notaris in goede zilvere geldspecien courant 1ste fole en gang hebbende in deze provincie en geenzints in goud op pene van er toe gepramen te worden door al de middelen van regt, wat betreft de koopen onder de vijf francs die zullen moeten contant betaeld worden

artikel zes:

de gene die in gebreke zullen blijven te volkomen aen den gebeelen inhouden dezer hunnen koop ofkoopen zullen a follentiere onverkocht worden zonder eenige andere formaliteyten te moeten observeeren en indien er zigt verlies resulteerde des zal ten laste der ingebreek blijvende verhaelen worden door de middelen van regt, en integendeel de bate dezer erverkooping zal blijven in voordeel van den verkooper

Aenwijs der koopen:
1e: hoop hout toegewezen aen Josephus Maes molenaer te Heestert voor zijn gebod van vijf francs 5
2e: idem aen Jan Waeffelaere timmerman te Sint Denijs voor eenen franc 1
3e: hoop hout aen Edmond Vergote wagenmaker te Moen voor eenen franc
4e: idem aen Jacobus Moreau molenaer te Ooteghem voor eenen franc 1
5e: hoop hout aen Petrus' Defraeye molenaer en Auguste Seynaeve landbouwer beyde woonende te Moen voor twee francs negentig centimen 2.90
6e: idem aen Petrus Vergote landbouwer te Moen voor eenen franc veertig centimen 1.40
7e: hoop hout aen den zelven voor twee francs 2
8e: idem aen Petrus Vergote molenaer te Sint Denijs voor twee francs 2
9e: hoop hout aen den zelven voor eenen franc 1
10e: idem voor Petrus Ottevaere molenaer te Sint Denijs voor twee francs tachtig centimen 2.80
11e: hoop hout aen den zelven voor twee francs tien centimen 2.10
12e: idem aen den zelven Petrus Ottevaere voor eènen franc I
13e: hoop hout aen Petrus Ottevaere genoemd voor dry francs tactig centimen 3.80
14e: idem aen gemelden Petrus Vergote te Moen voor twee francs twintig centimen 2.20
17e: hoop hout aen genoemden Jacobus Moreau voor twee francs 2
18e: idem aen Engelbert Blomme werkman te Moen voor twee francs tien centimefl 2.10
19e: hoop hout aen Jan Waffelaere gemeld voor eenen franc veertig centimen 1.40
20e: idem aen gezeyden Jacobus Moreau voor drij francs twintig centimen 3.20
21e: hoop hout aen Louis Deprost wagenmaker te Moen voor zeventig centimen 0.70
22e: de vange aen Jacobus Moreau genoemd voor twee francs 2
23e: hoop hout aen Leonard Callens molenaer te Avelghem voor eenen franc zestig centimen 1.60
24e: idem aen den gezeyde Petrus Defraeye en Auguste Seynaeve voor een franc zestig centimen 1.60
25e: hoop hout aen Louis Deprost genoemd voor dry francs twintig centimen 3.20
26e: idem aen de genoemden Jan Waffelaere vooor eenen franc zestig centimen 1.60
27e: hoop hout aen Casimir Declercq voornoemden voor dry francs tien centimen 3.10
28e: eenen pestel aen gezeyden Petrus Vergote te Moen voor een en veertig francs 41
30e: hoop hout aen Silvin Marcou timmerman te Sint Denijs voor dry francs 3
31e: idem aen genoemden Eduard Hollebeke voor dry francs 3
32e: idem aen gemelden Jan WaffeJaere voor dry francs negentig centimen 3.90
                                                                                                          110.30

Recto 2de blad

overdrag 110.30
33e: hoop hout aen Louis Deprost gemeld voor dry francs tien centimen 3.10
34e: vier planken aen Eduard Vandekerkhove molenaer en Petrus Demeulemeester, beyde te Moen voor vier francs twintig centimen 4.20
38e: zes planken aen de genoemde Eduard Vandekerkhove en Petrus Demeulemeester voor twee francs zestig centimen 2.60
40e: een stuk oeyken hout aen Gabriel Kint landbouwer te Helkijn voor twintig francs 20
41e: idem aen Angelus Loncke timmerman te Sint Denijs voor elf francs 11
42e: twee stukken hout aen gezeyden Petrus Vergote te Moen voor zeven francs 7
43e: hoop hout aen Ivo Deblauwe landbouwer te Sint Denijs voor eenen franc vijftig centimen 1.50
44: twee balken aen gemelden Ivo Vindevogel voor vijf en twintg francs 25
45: eene balke aen Judocus Vanneste landbouwer te.Heestert voor elf francs 11
46: hoop hout aen Louis Deprost gemeld voor zes francs vijftig centimen 6.50
47: twee balken aen Petrus Baert landbouwer te Heestert voor vijftien francs vijftig centimen 15.50
48: idem aen Petrus Vergote te Moen genoemd voor twee francs vijftig centimen 2.50
49e: twee balken aen Frederic Callens molenaer te Ooteghem voor dry en twintig francs 23
50: idem aen gezeyden Angelus Loncke voor een en twintig francs 21
51: twee balkens aen voornoemden Louis Vergote voor vijftien francs 15
52: eene balke aen Leonard Callens gezeyd voor een en twintig frnacs 21
53: idem aen Ivo Vandemaele molenaer te Sweveghem voor vier en twintig francs 24
54: dry balkens aen genoemden Louis Deprost voor dry francs dertig centimen 3.30
55: eene kruysplate aen gezeyden Angelus Loncke voor een en dertig francs 31
56: de laeyas aen Joseph Maes gemeld voor vier francs vijftig centimen 4.50
57: eene eynde aen gemelden Petrus Vergote te Moen voor acht francs vijftig centimen 8.50
58: 2 stukken hout aen Jan Rommens herbergier te Moen voor zeven francs 7

2de role
59: idem een pestel aen genoemden Petrus Vergote te Moen voor zes en dertig francs 36
60: idem aen Benedictus Moerman bakker te Autrijve voor veertien francs 14
61: eene eynde aen gezeyden Petrus Vergote te Moen voor zeven francs 7
62: eenen pestel aen Jan Vanoverschelde genoemd voor honderd zeventien francs 117
63: idem aen Jacobus Moreau gemeld voor honderd veertig francs 140
64: eenen pestel aen Auguste Desmet molenaer te Bossuyt voor zeven en tachtentig francs 87
65: hoop hout aen Jan DeUut molenaer te Quaremont voor dry francs dertig centimen 3.30
66: vijftig scheen aen gemelde Eduard Vandekerkhove en Petrus Demeulemeester voor negentien francs 19
                                                                                                                                 S(omm)a 821.50
overdrag 821.50
67: vijftig scheen aen de zelve voor vier francs zeventig centimen 4.70
68: vier balkens aen Petrus Joseph Moerman koopman te Moen voor dertien francs vijftig centimen 13.50
69: scheen aen gezeyde Petrus Defraeye en Auguste Seynaeve voor vijf francs 5
70: voering van het kamwiel aen Petrus Maes molenaer te A velghem voor dry francs tachtentig centimen 3.80
71: acht scheeplanken aen gemelden Auguste Desmet voor zeven francs 7
72: vijf idem aen Petrus Joseph Verriest landbouwer te Sint Denijs voor vijf francs vijf en twintig centimen 5.25
73: eenen lantem aen Petrus Maes genoemd voor vijf francs 5
74: idem aen gemelde Eduard Vandekerkhove en Petrus Demeulemees= ter voor zeven francs 7
75: ijzeren hamer en handboom aen genoemden Jacobus Moreau voor dry francs tien centimen 3.10
76: moleneynsel aen geseyden Jan Vanoverschelde voor dry francs vijf en twintig 3.25
77: hoop ijzer aen gemelden Petrus Baert voor vijf francs vijf en zeventig centimen 5.75
78: twee scherphamers aen Jacobus Moreau gemeld voor zes francs vijftig centimen 6.50
79: vijf idem aen genoemde Eduard Vandekerkhove en Petrus Demeulemeester voor negen francs vijftig centimen 9.50
80: zeven scherphamer aen gemelden Petrus Joseph Maes voor vijf francs 5
81: hoop ijzer aen Jan Roobroeck smid en Auguste Seynaeve landbouwer beyde te Moen voor negen francs 9
82: twee assebanden aen gemelden Petrus Maes voor zes francs 6
83: idem aen den zeI ven voor zestien francs 16
84: twaelf pestelbouten aen gezeyden Jacobus Moreau voor acht francs 8
85: idem aen voornoemden Leonard Callens voor negen francs 9
86: steekbanden aen voormelden Petrus Joseph Maes voor tien francs 10
87: lemmers aen gezeyde Jan Roobroek en Auguste Seynaeve voor dertien francs vijftig centimen 13.50
88: ijzeren moinen aen Louis Maes molenaer te Helkijn voor zes francs vijf en twintig centimen 6.25
89: hoop ijzer aen gemelde Jan Roobroek en Auguste Seynaeve voor veertien francs 14
90: idem aen de zelve voor dertien francs 13
91: idem nog aen de zelve voor tien francs vijftig centimen 10.50
92: eenen kabel en koorden aen de gezeyde Eduard Vandekerkhove en Petrus Demeulemeester voor negen francs 9
93: steengreep aen Angelus Verdonck molenaer te Gijselbrechtigbem voor zeven francs 7
94: idem aen Jacobus Moreau genoemd voor vijf francs vijf en twintig centimen 5.25
95: een vorkijzer aen gemelde Eduard Vandekerkhove en Petrus Demeulemeester voor twaelf francs vijftig centimen 12.50
                                                                                                                    S(omm)a 1042.35

overdrag 1042.35

96: een peerdig aen de zelve voor vijf francs vijftig centimen 5.50
97: idem aen Modeste Matthijs molenaer te Ruyen voor zeven francs 7
98: een kamwiel aen gezeyde Eduard Vandekerkhove en Petrus Demeulemeester voor honderd twee en zestig francs 162
99: een vangwiel aen Petrus Joseph Maes gemeld voor vijftig francs 50
100: twee moinen aen genoemden Modeste Matthijs voor dertig francs 30
101: eenen steen aen gemelde Petrus Defraeye en Auguste Seynaeve voor dry francs vijftig centimen 3.50
102: den boesem aen Modeste Matthijs gemeld voor vijftien francs 15
103: de steenbalk aen Petrus Joseph Gossen landbouwer te Moen voor twee en negentig francs 92
104: twee zeylen aen gezeyde Petrus Defraeye en Auguste Seynaeve voor twintig francs 20
105: idem aen Louis Teirlinck molenaer te Helkijn voor zeven en veertig francs 47
106: idem aen genoemden Jacobus Moreau voor vijf en vijftig francs 55
107: den ois (ofoist?) aen Leonard Callens voor twee en tachentig francs 82
108: de staek aen Petrus Ottevaere genoemd en Eduard Hollebeke molenaer te Ooteghem voor honderd twee en dertig francs 132
109: molensteen aen gemelden Modeste Matthijs voor zes en twintig francs 26
110: idem aan genoemde Petrus Defraeye en Auguste Seynaeve voor vijftig francs 50
111: eenen molensteen aan gemelde Petrus Defraeye en Auguste Seynaeve voor twee honderd vijf en zeventig francs 275
112: vier blauwe steenen aan Petrus Vergote te Moen gemeld voor zeven francs vijfenzeventig centimen 7.75

In het geheel tweeduyzend honderd veertien francs zestig centimen 2114.60
                                                                                                  2114.60   6.65% 140.62
Den tienden penning beloopt tweehonderd elf francs zes en veertig centimen 211.46
                                                                                                  2291.22
Ende klopslagen bedragen zes en dertig francs

Eigenaars na 1830:
- voor 1829, eigenaar: (van de grond) de Croix Philippe, de weduwe te Dadizele en (van het gebouw) Vercoutere-Samyn Pierre, molenaar te Moen
- 13.01.1844, erfenis: (van het gebouw) en de kinderen (overlijden van vrouw Samyn)

Lieven DENEWET, Eddy VUYLSTEKE & Herman HOLEMANS

Literatuur

Archieven en landkaarten
- Beaurainkaart (1692)
- Rijksarchief Kortrijk, Aanwinsten VI, 5019, Lantboeck der prochie ende graefschepe Moen, 1760, opgemaakt door Anthone van Outrive en Cornelis Steur.
- Rijksarchief Kortrijk, notaris Alexander Louis Decock (1850 -1884) notaris te Avelgem onder het repertorium ingeschreven, verkoopjaar 1858, nr. 183, doos nr. 10, jaar 1858: minuut nr. 183, bestaande uit vier gevouwen bladen.
- Villaretkaart (1745-1748)
- Ferrariskaart (ca. 1775)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1845)
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855)

Werken
- J. Bataille, H. Demeulenaere, S. Vroman & J. Deloof, Onze molens nu en toen. Heestert, Moen, Otegem, Sint-Denijs en Zwevegem", Kortrijk, 1994, p. 52-53.
- J. Luyssaert, Toponymie van Bossuit, Moen en Outryve tot 1650, Zwevegem, 1968.
- D. Rommens, "Moen ons dorp van toen: een greep uit geschiedenis en folklore", 2 delen, Moen, 1980.
- Herman Holemans, West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 5. Gemeenten M-O, Rotem, Studiekring Ons Molenheem, 1999.
- Torie Mulders (pseudoniem van Hector Vindevogel), De windmolens tussen Schelde en Leie, in: Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, XXII, 1946-1948, p. 46-107 (86).
- Eddy Vuylsteke, "Verkoop (van) een molen te Moen", 't Stamboompje (Zuid- en Midden-West-Vlaams V.V.F.-krantje), XXXII, 2004, 4, p. 47-51.