Molenechos's Homepage Molenechos.org

Sint-Denijskot

Kortrijk, Vlaanderen, West-Vlaanderen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
Sint-Denijskot, Denijskot
Ligging
Sint-Denijsestraat 191b
8500 Kortrijk
nabij IJzerfrontlaan
1,2 km ZO v.h. centrum
kadasterperceel C220
Vlaanderen - West-Vlaanderen
Gebouwd
voor 1747 / 1801 / na 1850
Verdwenen
1800 - 9 nov., storm / na 1850, omgevallen / 1897, ingestort
Type
Staakmolen
Functie
Oliemolen, later korenmolen
Bescherming
niet
Database nummer
5309

Beschrijving / geschiedenis

Het Sint-Denijskot was een houten windmolen, type staakmolen op teerlingen, aan de oostzijde van de Sint-Denijsestraat, nabij de IJzerfrontlaan, op 1,2 kilometer ten zuidoosten van de centrum van Kortrijk.

De benaming "Sint-Denijskot" vinden we reeds terug in beschrijvingen van tienden uit 1747/1755 en later o.m. ook op de kaart van Vandermaelen (ca. 1850) en op een plattegrond uit 1850. De Ferrariskaart van ca. 1775 toont het bruin symbool van een staakmolen, maar zonder molennaam.

De staakmolen werd voor 1747 opgetrokken als een houten oliewindmolen, maar werd voor 1861 omgevormd in een korenmolen.

De molen stond op de scheiding van het Mosschertiend en het Bovekerketiend, volgens beschrijvingen uit 1747 en 1755: "Jo Maria Magdalena Robette ter causen van den noort-west houck van eenen olyewintmolen dam genaemt het Sint Denyskot ... scheedende van den Noort teerlinck noort waert op den torren van de bosse (= toren van de busseschutters aan de Sint-Janspoort) als voorseydt en de van de suyt teerlinck op de cave van het goet te Walle". Eén teerling stond dus op het Mosschertiende (de noordwestelijke). Een vierde van de tienden op de molen ging dus naar dit genoemde tiend. Hier dienen de Bossetoren, de molen zelf (in feite de teerling) en de schouw van het Goed te Walle als oriênteringspunten voor de grens tussen beide tienden.

De molen was in 1747/1755 in het bezit van de familie Robette en viel niet onder het Goed ten Akker. In het Landboek van Kortrijk-Buiten door Steur (1770) zien we "den Meulewal ende erfve met een huys en olywintmolen", met Jacobus David als pachter-molenaar.

De molen waaide om op 9 november 1800 tijdens de zware storm of orkaan, die zeer vele molens vernielde. Enkele jaren na 1850 viel de molen om door het breken van de staak of standaard. De heropbouw volgde telkens onmiddellijk.

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Hazaert
- 1836, eigenaar: Creupelandt-Delfortrie Jean, te Kortrijk
- later, eigenaar: Rommens Ivo, barbier te Kortrijk
- 19.11.1855, verkoop: Vaneecke Carolus Ludovicus, notaris te Kortrijk (notaris Masselus)
- 07.10.1861, verkoop: Nolf-Dumortier Marcellius, molenaar te Kortrijk (notaris Masselus - graanwindmolen)
-  26.04. 1866, verkoop: Vanneste-Nolf Karel, molenaar te Kortrijk (notaris Parmentier)
- 28.10.1869, verkoop: Lambrecht-Devos Charles Louis, bakker te Zwevegem (notaris Parmentier)
- 05.08.1887, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Charles Louis Lambrecht)
- 24.10.1889, verkoop: Sobry-Adriaens Aloïs, landbouwer te Zwevegem (notaris Vandewiele)
- 12.06.1893, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Aloïs Sobry)

De laatste 60 jaar had de molen negen veschillende eigenaars. Dit wijst er op dat hij niet erg renderend meer was.

Het Sint-Denijskot stortte in 1897 in door het breken van de staak of standaard. Er volgde geen heropbouw.

Lieven DENEWET & Pierre MATTELAER

Literatuur

Archieven
Rijksarchief Kortrijk, Oud archief van de Onze-Lieve-Vrouwekerk, registers, nr. 95: "Beschrijvinge van de grootten, canten, ende abouten van de partyen van erven, thiende, geldende onder thiende genaemt Bouvekerk, door F. De Bal (1747).
Rijksarchief Kortrijk, Oud archief van de Onze-Lieve-Vrouwekerk, registers, nr. 93 (kanton III, nr. 302): "Beschryvinge ende Consistentie vande Mosschere Thiende" door F. De Bal (1755).
Rijksarchief Kortrijk, Oud stadsarchief Kortrijk, nr. 1204: "Landboek Kortrijk-Buiten door Steur (177°) (kanton VIII, nr. 844).

Werken
Torie Mulders (pseudoniem van Hector Vindevogel), "De windmolens tussen Schelde en Leie", in: Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, XXII, 1946-1948, p. 46-107 (70).
F. Debrabandere, "Kortrijkse plaatsnamen", p. 191.
Mattelaer Pierre, "De Kortrijkse molens", De Leiegouw, XVIII, 1976, p. 323-352.
Mattelaer Pierre, De windmolens van Kortrijk, De Leiegouw, LIII, 2011, 1, p. 5-77.
Herman Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 4. Gemeenten K-L", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1997.
Th. Sevens, "De heerlijkheden Ten Akker te Kortrijk", in: Handelingen van de Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, jg. 6, 1908, p. 7.
P. Boncquet, "Heerlijkheid en leen in Kortrijk-Buiten XIVde-XVde eeuw", in: De Leiegouw, jg. 25, 1983, p. 357-374 en jg. 26, 1984, p. 53)75.