Rumsdorp (Landen), Vlaanderen - Vlaams-Brabant
- Naam
- Pitsaersmolen, Pitsaermolen
- Ligging
- Spikkaertstraat 44
3400 Rumsdorp (Landen)
400 m N v.d. kerk
kadasterperceel A203
Vlaanderen - Vlaams-Brabant
- Geo positie
- 50.769211, 5.075985 (Google Streetview)
- Eigenaar
- Pitsaer L.V., Landbouwvennootschap, Landen
- Gebouwd
- Voor 1775 / 1861-63
- Type
- Onderslag watermolen
- Functie
- Korenmolen
- Kenmerken
- Maakt deel uit van boerderij
- Gevlucht/Rad
- Metalen ondermiddenslagrad, diameter 5 m (enkel nog de wateras)
- Inrichting
- Nog aanwezig
- Toestand
- Vrij goed, rad verdwenen
- Bescherming
- M: monument, DSG: dorps- en stadsgezicht,
4 februari 1999 - Molenaar
- Geen
- Openingstijden
- Op afspraak (tel. 011 88 41 19, H. Pitsaer-Scalais)
- Database nummer
- 501
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
Watermolen met metalen ondermiddenslagrad, gebouwd voor 1775. De benaming Pitsaersmolen verwijst naar de eigenaars-uitbaters Pitsaer, sinds 1885.
Tijdens de 18de eeuw was Rumsdorp verdeeld in drie kleine heerlijkheden die gezamenlijk ressorteerden onder de Hertog van Brabant. De drie leenmannen beschikten samen over de molen en waren elk voor één derde eigenaar van de Mot, gelegen achter de kerk. Deze Mot gold als symbool van de heerlijkheid en was zinnebeeld van hun vrijheden. De inkomsten van de watermolen, die door de Rumsdorpenaren gemeenschappelijk mochten gebruikt worden, waren bestemd voor het St Lambertuskapittel te Luik.
De motte van Rumsdorp (beschermd bij K.B. van 13.03.1979) is gesitueerd in de vallei van de Molenbeek ten noordwesten van de kerk en ten zuidwesten van de watermolen. Het gaat om een met struikgewas begroeide heuvel met een diameter van ca. 38,2 m en een hoogte van 9 m. Qua afmetingen en structuur is zij vergelijkbaar met de motte van Wange en de zgn. tombe van Pepijn in Landen waarvan de oorsprong in het begin van de 13de eeuw wordt gesitueerd.
Een ander element van de oude feodale structuur van Rumsdorp bleef eveneens in situ bewaard, namelijk de iets meer noordelijk en geïsoleerd ingeplante watermolen. Het huidige complex dateert van 1861-'63 met uitzondering van het woonhuis dat van 1882 dateert. Het nu verdwenen onderslagrad dateerde van 1900 en werd verwijderd in 1982. De molen heeft tot 1959 gewerkt.
Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Stevens Lambert, de weduwe, molenarin te Rumsdorp
- 1841, deling: a) Stevens Jean François, landbouwer te Rumsdorp en b) Stevens Leon Frédéric, landbouwer te Rumsdorp (overlijden van de weduwe van Lambert Stevens)
- 1843, gift: Stevens Pierre Jean françois, geneesheer te Rumsdorp
- 01.06.1885, deling: Pitsaer-Stevens Joseph, eigenaar te Rumsdorp (notaris Jullet)
- 03.06.1912, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van de Joseph Pitsaer)
- 28.08.1920, gift: Pitsaer-Van Ormelingen Marie Joseph François Ferdinand Hubert, landbouwer te Rummen (notaris Snyers)
- 18.01.1945, erfenis: en de kinderen (overlijden van vrouw Van Ormelingen)
- 10.03.1951, gift: a) Pitsaer Marie Joseph François Fernand Hubert (voor vruchtgebruik), te Rumsdorp en b) Pitsaer-Courtroy Joseph Marie Hubert Eugène Ghislain (voor naakte eigendom), landbouwkundige te Rummen (notaris Sneyers)
- 2013, eigenaar: H. Pitsaer-Scalais
Het is een gesloten hoeve-/molencomplex met toegangsgebouw, stallingen (rechts paardenstallen) en opslagplaatsen aan weerzijden van een binnenkoer, een grote langsschuur, woonhuis en een "travalje". Tussen de stallingen en het woongedeelte staat de watermolen.
In 1962 werd de maalactiviteit gestaakt. Het waterrad werd in de jaren 1980 verwijderd. In 1999 werd het gebouw beschermd als monument en samen met zijn omgeving als dorpsgezicht. Dit opent perspectieven voor de plaatsing van een nieuw metalen middenslagrad.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Bouwkundige beschrijving (Agentschap Onroerend Erfgoed)
Het toegangsgebouw is gebouwd van witgekalkt metselwerk onder een tentdak met ruitvormig geschikte asbestschaliën. Op de verdieping zit een duiventoren. Het gebouw heeft getoogde poortopeningen voor en achter.
De stallingen en opslagplaatsen zijn opgetrokken uit witgekalkt metselwerk en hebben natuurstenen omlijstingen rond de vlak afgedekte muuropeningen. de gebouwen zijn gevat onder zadeldaken met holle en plaatselijk platte pannen. De gevels zijn afgeboord met muizetandfriezen.
Grote langsschuur met dorsvloer in ongeschilderde baksteen. Zadeldak met platte pannen, getoogde poortopening met natuurstenen omlijsting.
Het woonhuis heeft een hoofdvolume met vijf traveeën en twee bouwlagen met halve verdieping ter hoogte van de borstwering en is gevat onder een zadeldak met natuurleien. Twee vensters en een luideur onder insteekkapje met fronton.
In één van de hoeken van het erf staat een zgn. 'travalje' inhout en smeedijzer, onder lessenaarsdak met holle pannen.
De watermolen is een gebouw op vierkant grondplan, ongeschilderd baksteenmetselwerk en gebruik van natuurstenen onderdelen zoals deur- en vensteromlijstingen (van het horizontaal afgedekte type). De niet omlijste doorbrekingen zijn rondbogig afgedekt en zijn voorzien van een raamverdeling met ijzeren T-profielen (zgn. fabriekstype). Boven de ingang bevinden zich laaddeuren op niveau 1 en 2 met daarboven een poutrel met katrol. In de watergevel bevinden zich verschillende raamopeningen ter hoogte vqn sluis en waterrad/boven het met natuursteen beklede gedeelte.
Onder het hoekvenster van de tweede verdieping werd een Latijnse tekst gegrifd: "Si structura places curis erecta fuisti 1880 Lamberti Stevenis et bene parta ales an 1810 no"
Van het waterrad (oorspronkelijke diameter 5 m, geklinknageld ijzer, ondermiddenslagrad) is enkel de as nog bewaard.
Sluis: natuur- en baksteenmetselwerk Bediening maalsluis vanuit de maalruimte d.m.v. een horizontale as (bevestigd op I-profiel) met tand-en heugelsysteem; zelfde systeem voor lossluis maar dan met zwengel buiten. Een houten pegel werd aan de oever van de bovenwaterloop ingeplant. Op de strekdam staat gegrift: JF Stevens 1867. Betonnen bedieningsbrug van recente datum.
Interieur - gaande werk
Gelijkvloers
Gietijzeren raderwerk (acacia kammen) en 6 dito zuilen die de maalzolder (deel maalstoelen) ondersteunen; lichtsysteem met handwieltje en beweegbaar brugje; 4 onderijzers waarvan 3 ingeschakeld; ijzeren weegtoestel van het balanstype.
Zolder 1
Twee nog volledige maalstoelen: steenkisten gegalvaniseerd plaatijzer en houten kader met gedraaide stijltjes; ronde steenkistringen; houten meelkist, gedemonteerd. Eén steenkoppel is afkomstig van Visé en heeft een recht excentrisch pandscherpsel. Het andere koppel is een Franse steen; houten galg; verticale doorlopende centrale as voor aandrijving luiwerk op de tweede zolder via riemschijf (inwerkinstelling door middel van hefboom of zwikke); houten jakobsladder; tweede verticale as en horizontale overbrenging voor aandrijving koekenbreker op de tweede zolder, eveneens via riemschijf en voorheen ook van kleine generator (1895, nu verdwenen). Tijdens de eerste wereldoorlog liet burgemeester Pitsaer in elke woning te Rumsdorp een lamp plaatsen die haar stroom ontving via zinken draden vanuit de molen).
Zolder 2
Luiwerk, volledig in hout, exclusief ijzeren as koekenbreker "Duchamp Bruxelles"
Aanvullende informatie
Beschermingsbesluit
Bij besluit van de Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn (Luc Martens) van 23 december 1997 werd vastgesteld het ontwerp van lijst van volgende voor bescherming vatbare monumenten, stads- en dorpsgezichten, overeenkomstig de bepalingen van het decreet van 3 maart 1976, gewijzigd bij decreet van 22 februari 1995:
Wegens zijn historische en industrieel-archeologische waarde :
- als monument :
de watermolen, gen. Pitsaermolen, met inbegrip v/h volledige sluis- en molenwerk, incl. hoevecomplex, gelegen te Landen (Rumsdorp), Spikkaertstraat 44;
bekend ten kadaster : Landen, 2e afdeling, sectie A, perceelnummer(s) 200P (deel), 200R (deel).
Wegens zijn historische en industrieel-archeologische waarde :
- als dorpsgezicht :
de onmiddellijke omgeving van de watermolen gen. "Pitsaersmolen" en van de Sint-Gilliskapel, gelegen te Landen (Rumsdorp), Beemdenstraat; Doelstraat; Pitsaerlaan; Rumsdorpstraat; Spikkaertstraat;
bekend ten kadaster: Landen, 2e afdeling, sectie A, perceelnummer(s) 200P (deel), 200R (deel), 210L, 210N, 210P, 210R, 210S, 210T, 218B (deel), 228F (deel), 228H, 238B, 239B, 241A, 241B, 243T, 243W, 247B), 248A (deel), 249W, 273K, 276E, 280E.
Literatuur
P. Delameillieure, "Rumsdorp: de watermolen", in: Molenecho's, VIII, 1980, p. 60;
R. Delmeire, "Molens van Groot-Landen", in: Ons Landens Erfdeel, VIII, 1985, nr. 24, 128 p.;
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961;
Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 5: arrondissement Leuven (M-Z)", Kinrooi, Studiekring 'Ons Molenheem', 1994, p. 26-27.
G. Lefevre, "Landen et les villages environnants, leurs origines, leur organisation sous le régime féodal", s.l., 1904.
"Ons Landens Erfdeel", nrs. 8, 32, 36, 46.