Hospitaalmolen
Kortrijk, Vlaanderen, West-Vlaanderen
- Naam
- Hospitaalmolen, Spitaalmolen, Stampkotmolen
- Ligging
- Meensesteenweg
8500 Kortrijk
noordzijde
hoek met Zwingelaarsstraat
thans Sint-Janskerkhof
grens met Bissegem
1,7 km NW v.h. centrum
kadasterperceel A48
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1361 / na 1580
- Verdwenen
- 1570-1580, oorlog / 1872, sloop
- Type
- Staakmolen met open voet
- Functie
- Koren- en oliemolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 4642
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Hospitaalmolen, die naar zijn functie als oliemolen ook Stampkotmolen werd genoemd, was een houten oliewindmolen op de hoek van de Meensesteenweg (noordzijde) en de Zwingelaarsstraat, thans ingenomen door het Sint-Janskerkhof, dicht bij de grens met Bissegem.
De molen was lange tijd in het bezit van het Onze-Lieve-Vrouwehospitaal in Kortrijk, vandaar de benaming Hospitaalmolen.
In de afpaling van de banmijl van 1361 wordt hij al vermeld: "al de Bisseghemstrate sodat de mille ghinc totter Spitaelmuellene lidende te Bisseghemwaart". De molen is dus een van de oudste Kortrijkse windmolens.
Uit de rekeningen van het Onze-Lieve-Vrouwehospitaal van Kortrijk in de jaren 1370-1380:
- de windmolen bracht 14 mudden en 6 razieren tarwe op.
- de molen maalde niet enkel voor eigen gebruik maar ook voor de bakkers uit de stad.
- het hospitaal betaalde op vastenavond zoals gebruikelijk 10 kannen wijn voor de bakkers, voor de som van 6 pond
- 4 timmerlieden werkten gedurende 6 daqgen voor 5 schellingen per dag om een nieuwe molenroede in te steken (5 pond)
- de molenaar werd 10 pond betaald (jaarlijks?)
Bij vonnis van de Raad van Vlaanderen van 20 april 1543 werd Wouter vander Gracht, heer van Heule, veroordeeld tot erkenning van het maalrecht van het O.-L.-Vrouwgasthuis in Kortrijk en tot een boete en een schadevergoeding aan molenaar-pachter Clays van Oye uit Heule, wiens brood hij in beslag genomen had. De heer van Heule tekende beroep aan tegen dat vonnis bij de Grote Raad van Mechelen. Zijn beroep werd ongegrond verklaard. Clays van Oye mocht zijn graan laten malen in de molen van de verweerder, het O.-L.-Vrouwgasthuis in Kortrijk.
De Raad van Vlaanderen bevestigde bij vonnis van 17 april 1549 dat de zusters van het Hospitaal van Overleie in Kortrijk het recht hebben om het graan van hun pachters in Heule te laten malen op hun eigen windmolen in Kortrijk-Overleie. Wouter vander Gracht, heer van Heule, ging in beroep tegen dit vonnis bij de Grote Raad van Mechelen, gesteld dat hij binnen zijn heerlijkheid het exclusieve maalrecht bezat. Bij vonnis van 27 september 1550 werd het beroep in 1550 echter ongegrond verklaard.
De molen werd vernield door de Geuzen in 1570-1580 en werd in de 17de eeuw herbouwd als een oliemolen.
In 1749 was "het woonhuys ende oliewintmeulen in cheyns gebruyckt door d'hoirs van Joh. Jan Baptiste du Jardin. In 1762 waren dezelfde erfgenamen nog de gebruikers.
Net zoals bij de molen van Walle, stond er hier ook een grenspaal: een "keurstaeke op de Herstraete naer Meenen aen den hospitaelmeulen".
We vinden hem aangeduid op de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen onder de benaming "Stamcot Meulen", op de Atlas der Buurtwegen (ca. 1841), op de kaart van Vandermaelen (ca. 1850) als "M(oul)in à Huile" en op de kadasterkaart van P.C. Popp (ca. 1850).
Later werd er ook graan gemalen. Reeds voor 1856 werd een stoommachine geplaatst, maar men bleef ook werken met de windmolen.
Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: (van de grond) Burgerlijke Godshuizen te Kortrijk en (van het gebouw) Lefèvre Charles Louis en kinderen, olieslagers te Kortrijk
- 19.07.1856, verkoop: (van het gebouw) Lefèvre Carolus Ludovicus, olieslager te Kortrijk (notaris Carette - graan- en oliewindmolen met stoommachine)
- 02.05.1857, verkoop: (van het gebouw) a) Debrandt-Beck Paul Leonard, rentenier te Kortrijk en b) Debrandt Joseph, rentenier te Kortrijk (notaris Lagae- graen- en oliewindmolen met stoommachine)
De staakmolen werd in 1872 gesloopt.
Pierre MATTELAER, Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Literatuur
Archieven
Rijksarchief Kortrijk, Kerkarchief Onze Lieve Vrouw, Liber Fundationis, f° 98 v° (opmeting banmijl Kortrijk, 1361).
Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, reg. 843, zaak nr. 55, f° 557-566, dd° 22.09.1543 - Nederlandstalig dossier). Geëxtendeerde sententiën Grote Raad van Mechelen, dl. IV, p. 106-107, nr. 359.
Algemeen Rijksarchief Brussel, Grote Raad van Mechelen, reg. 851, zaak nr. 85, f° 881-888, dd° 27.09.1550 - Nederlandstalig dossier). Geëxtendeerde sententiën Grote Raad van Mechelen, dl. IV, p. 444-445, nr. 1481.
Archief OCMW Kortrijk, "Register van alle de Leenen, Heerlyckheden, Hofsteden ... competerende aen het Hospitael van Onse Lieve Vrauwe in Overleye binnen de Stadt Cortryck", De Bal, 1749.
Verzameling Luc Vandenbogaerde, Kortrijk. "Carte figuratieve van Cortryck, ongesigneerd (18de eeuw).
Werken
Holemans Herman, Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1980. Deel 4. Gemeenten K-L, Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1997.
Mattelaer Pierre, "De Kortrijkse molens", De Leiegouw, XVIII, 1976, p. 323-352 (347).
Mattelaer Pierre, De windmolens van Kortrijk, De Leiegouw, LIII, 2011, 1, p. 5-77.
Anton Viaene, "Het O.L. Vrouwhospitaal te Kortrijk (1270-1380)", in: Handelingen van de Koninklijke Geschied- en Oudheidkundige Kring van Kortrijk, n.r., IX, 1930, p. 142-156.
De Leiegouw, jg. 1970, nr. 247.
L. Monballuy & F. Debrabandere, "Kortrijkse rechtsaantekeningen".
P. Huys, "Westvlaamse molenarchivalia (2de kwart 16e eeuw)", in: Molenecho's, 14 (1986), p. 56-57.