IJzerbergmolen
Kruishoutem (Kruisem), Vlaanderen, Oost-Vlaanderen
- Naam
- IJzerbergmolen
- Ligging
- IJzerbergweg 9
9770 Kruishoutem (Kruisem)
zuidwestzijde
zijde Olsensesteenweg
IJzerberg
kadasternummer D1327
Vlaanderen - Oost-Vlaanderen
- Gebouwd
- 1631
- Verdwenen
- 1814 - mei, brand
- Type
- Staakmolen
- Functie
- Korenmolen, oliemolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 4428
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De IJzerbergmolen was een houten koren- en oliewindmolen op de IJzerberg, aan de IJzerbergstraat, de vroegere weg Kruishoutem-Olsene (niet de huidige steenweg: die pas later werd aangelegd) (20).
De windmolen ging mede met de hofstede, die in de jaren 1950 bewoond werd door de weduwe van Kamiel Van Assche. Ter plaats was er in de jaren 1950 nog weinig dat de juiste ligging van de molendam aanwees. Nochtans, een zoon Van Assche vertelde toen dat op de vermoedelijke plaats van de dam, de ploeg soms stenen blootlegt. Vermoedelijk wijst dit op de fundamenten van de teerlingen.
De staakmolen werd gebouwd in 1631. Op 31 maart 1631 kreeg André Ottevaere uit Kruishoutem het octrooi van de koning van Spanje, als graaf van Vlaanderen, om deze molen op de IJzerberg te bouwen. Het patent kostte 20 pond 40 schellingen, voor de Rekenkamer van Rijsel (vermeld in de inventaris van de bibliotheek van de graven van Kruishoutem, opgemaakt in 1793). De molen is nooit een banmolen geweest.
André Ottevaere en zijn zoon Antoon bleven op de IJzerbergmolen tot 1671. In 1671 kocht Philippe de Jauche, graaf van Kruishoutem, de IJzerbergmolen van Antoon Ottevaere filius Andreas, voor de schepenen van het Oudenaardse. De molen was belast met twee cappoen en 1 s. 1 d. sjaers voor de grond (22). Het kwijtschrift van voldoening luidt: "lck onderschreven bekenne ten volle betaelt ende voldaen te wesen terselvene van gheheele coopsomme vande meulen ende landen ende vijver ghelegen binnen Ayshove prochie Cruyshautem, by ons vercoght aen den here graeve van Cruyshautem. 16 September 1671. get. Anthonius Ottevaere my present Jacobus Vanden Daele." Het bedrag van koopsom werd niet vermeld en is niet teruggevonden. De IJzerbergmolen met medegaande hofstede, land en vijver was zwaar met hypotheek belast. Het was noodgedwongen dat Antoon Ottevaere het vaderlijk erf verkocht. Daarna vertrok Antoon Ottevaere naar Gottem.
Er ontstond in 1716 een rechtsgeding tussen Albert Claude Florent de Jauche de Mastaing filius Philippe, en de enige erfgename van Antoon Ottevaere, Florence Ottevaere, weduwe Jacobus Maes. Bij de aankoop van de windmolen was bedongen dat de graaf de goederen Ottevaere kocht "met expres verband en last van vercooper te bevrijden en te dechargeren van thiende rente waermee de goederen beswaert waren.'' Had de graaf de medegekochte hypotheek niet afgelegd? In elk geval, 45 jaar na de aankoop van de goederen, veroordeelde de Raad van Vlaanderen de graaf van Kruishoutem, om de hypotheek en kosten van het proces te betalen. Gedurende deze lange tijd heeft Joos De Clercq, landman te Kruishoutem, zijn pandbrieven verkocht aan Philippe De Wulf, koopman te Gent. Het is deze laatste die voldoening krijgt.
Lieven Mehuys werd pachter op de IJzerbergmolen op 20 september 1704. De schatter van het draaiende en staande werk was Joos Mestdagh. Op 20 september 1719 werden Lieven Mehuys en zijn zoon Joos pachters van de molen. Er werd een nieuwe schatting gedaan. Joos Mehuys huurde de windmolen op 29 september 1724 alsook de hofstede land en vijver. De pachtduur was zes jaar en de jaarlijkse pachtsom bedroeg 32 pond, boven de lasten en "in dry egale payementen ieder van thien pond derthien schellingen en vier deniers te betalen". Op 30 juni 1730 werd de pacht vernieuwd aan dezelfde voorwaarden en Joos Mehuys bleef molenaar. Guillaume Joseph vander Meere verhuurde de IJzerbergmolen met land en vijver op 17 februari 1740 aan Joos Mehuys. De pachtduur werd negen jaar en de jaarlijkse pachtsom 32 pond met een wijnpot van 32 gulden eens en zonder afslag. Op 27 Juni 1749 kreeg Joos Mehuys zijn huurcontract vernieuwd onder dezelfde voorwaarden. Adriana Van Der Looven filia Jans, weduwe Joos Mehuys huurde de windmolen met hofstede land en vijver op 29 september 1757. De pachtsom werd op 39 pond gebracht en een wijnpot van 39 guldens eens. Karel Mehuys huurde de IJzerbergmolen op 2 november 1776. De pachtsom was 39 pond boven de lasten en de wijnpot bedroeg 39 gulden. Karel Mehuys vernieuwde het pachtcontract in 1794. De voorwaarden waren niet gewijzigd. Joannes-Emmanuel Mehuys, filius Karel werd molenaar op den IJzerbergmolen in 1800. De jaarlijkse pacht bedroeg 264 gulden. De wijnpot verdween in 1801. Deze Mehuys bleef op de windmolen tot 1814.
Enkele huurders-molenaars:
- 1704: Lieven Mehuys
- 1719: Joos Mehuys
- 1742: Joos Mehuys, zoon van Lieven
- tot 1776: Adriana vander Looven, de weduwe van Joos Mehuys
- 1776: Karel Mehuys
- 1800: Joannes Emmanuel Mehuys
De standaardmolen brandde af in mei 1814 door een ongeval met het fornuis. De windmolen werd niet herbouwd (23).De toenmalige eigenaar was graaf Charles Emmanuel vander Meere. De openbare verkoop van het overgebleven hout (op 21 juni 1814) bracht 36 gulden op en van het ijzerwerk (in oktober 1816) 42 gulden.
Van de molen is enkel de lopende molensteen teruggevonden op de IJzerberghoeve. Hij is hersteld en tegen de gevel van de schuur geplaatst.
Lieven DENEWET & Jozef GOEMINNE
Literatuur
Goeminne Luc, "De IJzerberghoeve en IJzerbergwindmolen te Kruishoutem", Jaarboek 2003. Heem- en Geschiedkundige Kring "Hultheim" - Kruishoutem", p. 38-43.
Goeminne Luc, "De IJzerberghoeve met bakhuis te Kruishoutem (1640-1984)", Ons Heem, XLII, 1988, 4-5, p. 160-163.
Jozef Goeminne, "De windmolens van Ayshove-Kruishouten", Bijdragen tot de geschiedenis der stad Deinze en van het land aan Leie en Schelde, XVIII, 1951, p. 75-77.
Julien Vandeputte, "De molens van het arrondissement Oudenaarde uit hun geschiedenis", Oudenaarde, 1974, p. 190-191.
Lieven Kinds e.a., "Acht eeuwen Nokere", s.l., 1996, p. 164.
Lieve De Bel, "Kruishoutem toponymisch doorgelicht: molentoponiemen", in: Jaarboek van de Heem- en Geschiedkundige Kring Hultheim (Kruishoutem), 2006, p. 19, ill.
"Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie Oost-Vlaanderen, Gemeenten: Brakel, Horebeke, Kruishoutem, Lierde, Zingem en Zwalm, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 15N4".
Goeminne J., Bijdrage tot de geschiedenis van Kruishoutem, (Bijdragen tot de geschiedenis der stad Deinze en van het land aan Leie en Schelde, XXII, 1955, p.95-159).
Vermeulen F.-Rogge M.-Van Durm L., Terug naar de bron, Kruishoutem archeologisch doorgelicht, (Archeologische Inventaris Vlaanderen, Buitengewone reeks, 2, Gent, 1993).