De Dullemolen, Dullenmolen of Oostmolen was een houten korenwindmolen aan de westzijde van de Blankenbergse Steenweg, op de Dulledijk, aan het zuidelijke uiteinde van de Dullemolenstraat, op 1,8 kilometer ten oosten van de kerk van Zuienkerke.

De molen werd voor 1389 gebouwd en behoorde bij het Oosthof, gelegen langs de Blankenbergse Steenweg even ten zuiden van Kruiskalseide. Eén van de eigenaars was Blasius de Béjar.

De molen staat getekend op de kaart van Pieter Pourbus uit ca. 1572. Na zijn vernieling tijdens de godsdiensttroebelen rond 1580, werd hij na 1600 heropgericht.

De "Koornwindmolen genaemd den Dullen Molen" werd op 26 augustus 1865, om 3 uur in de namiddag, met zijn roerende en draaiende werken te koop aangeboden in herberg "Gouden Arend" op de Munteplaats te Brugge. Samen met de molen werden ook verkocht: een streep tuin, een woonhuis, winkel en broodbakkerij en aanpalende gebouwen, erf, land, boomgaard en 14,745 aren zaailand. De molen werd gebruikt door de verkoper, Jacobus De Vriese, tot 1 mei 1866. De verkoop, geleid door notaris Jacqué uit de Zilverstraat in Brugge, ging evenwel niet door. 

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: (van de grond) de Brouckhove, eigenaar te Mechelen en (van het gebouw) Vandenbussche Karel, molenaar te Zuienkerke
- 15.06.1850, verkoop: (van het gebouw) Devriese Jacobus, landbouwer te Wenduine (notaris Claerhoudt)
- later, erfenis: (vande grond) a) de Brouckhoven de Bergeyck Marie Josephine en b) de Brouckhove de Bergeyck Henri Francis Joseph, eigenaar te Mechelen
- 17.05.1856, erfenis: (van de grond) de Brouckhove de Bergeyck Henri Francis Joseph, eigenaar te Mechelen( overlijden van Marie Josephine de Brouckhove de Bergeyck)
- 16.12.1868, verkoop: (van de grond) Maenhoudt-Devos Pieter, landbouwer (notaris Fraeys)
- 30.08.1869, verkoop: (van de grond en het gebouw) Van der Beke Bernardus, molenaar te Zuienkerke (notaris Bultynck)
- 10.01.1871, verkoop: Desmedt-Savage Eduard, eigenaar te Brugge (notaris Vanelslande - houten graanwindmolen)

Na verkoop van de molen aan Eduard Desmedt-Savage uit Brugge, werd hij in 1871 gesloopt.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Gedrukte bronnen

Gazette van Brugge en der provincie West-Vlaenderen, 16 augustus 1865 (jg. 72, nr. 97), p. 4, kol. 2. 

Werken

Boterberghe R., "Zuienkerke. Geschiedenis van een polderdorp", Zuienkerke, 1992, p. 37, 79.
Callaert G. & Hooft E. m.m.v. Snauwaert L., "Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Zuienkerke, Deelgemeenten Zuienkerke, Houthave, Meetkerke en Nieuwmunster, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL13", 2002.
M. Coornaert, "Een overzicht van de molens in het Noordvrije", in: Liber Amicorum René De Keyser, Speciale uitgave, Geschied- en Heemkundige Kring Sint-Guthago, 1985, p. 43-78.
Johan Ballegeer, "Molens in de Zwinstreek", in: Rond de Poldertorens, 47ste jg., 2005, nr. 2, p. 39-75.
Herman Holemans, "West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 8. Gemeenten V-Z", Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2005, p. 99.
Jan Rotsaert, "Molenaars in de  schaduw van de poldertorens. Een greep uit de genealogie Cattoor", Rond de Poldertorens, jg. 1972, 1, p. 13-28.