Molenechos's Homepage Molenechos.org

Schudzak, Schutzak

Gent, Vlaanderen, Oost-Vlaanderen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
Schudzak, Schutzak, Kallemoeye, Kallemooie, Kallemeyemolen, Kattemooiemolen
Ligging
Meulestedekaai 10
9000 Gent
oostzijde
ten westen van de Meulesteedsesteenweg
Meulestede
aan het Windgat
kadasterperceel A3453
Vlaanderen - Oost-Vlaanderen
Gebouwd
voor 1542 / tussen 1619 en 1692 (herbouwd in steen)
Verdwenen
1864, onttakeld / 1887, sloop romp
Type
Staakmolen, later stenen windmolen
Functie
Korenmolen, oliemolen
Bescherming
niet
Database nummer
3931

Beschrijving / geschiedenis

Molen de Schudzak of de Kallemoeye (Kallemooie, Kallemeye) was eerst een houten en later een stenen windmolen aan de oostzijde van de Meulestedekaai (nr. 10), aan de westzijde van de Meulesteedsesteenweg, ten zuiden van de Kabelsteeg, op het Windgat (vroegere toponiem).

De molen werd  voor 1542 gebouwd als een houten korenwindmolen. Hij werd in 1578 vermeld als korenwindmolen "de Schutsack", gelegen "buten der Mudepoorte" (Stadsarchief Gent, reeks 153/², reg. 42, f° 2v°: eigenaar is Lieven de Pau). 

Tussen 1619 en 1692 werd hij als een stenen achtkante oliewindmolen herbouwd.

Vermeldingen
- 1542: een coorenewintmuelne ghenaempt tschutsac … an twintgat ter muelestede (Stadsarchief Gent, 330/60, 8 r°).
- 1578: korenwindmolen "den Schutsack", gelegen "buten der Mudepoorte". Eigenaar-molenaar is Lieven de Pau (Stadsarchief Gent, reeks 153/², reg. 42, f° 2v°).
- 1773, 19 aug.: "Binnen Meulestede. Tweede koop: de helft van een steenen oliewindmolen, met het oliehuyzeken daer nevens staende, gelegen buyten de tweede Muydepoorte dezer stad, genaemd de Schudzak". Notaris Jan Ryckaert, Gent (Gazette van Gend, 19.08.1773, nr. 66).
- 1780, "Henderick van de Voorde, proprietaris van eenen steenen oliemolen genaemt de kallemoeye, paelend oost den ouden weg, zuyd sys self met N. 154, west de sassche vaert" ("Landboek der Goederen buiten de Dam- en Muidepoort", opgesteld in 1780 door landmeter Carolus Benthuys). N 156 lag op ongeveer 160 roeden van de Muidepoort.
- 1788: Ter vierschaar van de Keure van Gent wordt op 7 en 21 mei en 4 juni 1788 te koop gesteld (koop I): de stenen oliewindmolen, “den Schud-Zak” genaamd, “bequaem tot de fabrique van papieren en anderszins”, met een kleine meers en het huisje ernaast, staande buiten de tweede Muidepoort op het Vrije van Gent, palende N. de huizen van Cornelis van Alderweirelt, O. de straat en ZW. “de riviere, leydende nae het Sas van Gend”. De molen, die belast is met 4 gr. per jaar aan Z. Majesteits Spijker en 4 gr. aan de Burggravie van Gent, staat vermeld op f° 129 v° in het Landboek van de Spijker (gehouden door de ridder de Rhodes). De molen is voor verkoop ingesteld op 300 £ gr. wisselgeld. (Gazette van Gent, 15 mei 1788) 
- 1791, 23 mei: In de Vierschaar der schepenen van Gedele te Gent wordt op 8 juni 1791 openbaar verkocht, als 2e koop: een steenen oliewindmolen, van ouds genaemd “den Schudzak” en alsnu “de Kallemoeye”, gestaen en gelegen buiten de tweede gewezene Muydepoorte, in het Vrije van Gent op Meulestede, palende Oost de Straat en Zuidwest de Sassche Vaerd, laetst bemalen geweest door sieur Francies Roels, propriëtaris. Koopsom ingesteld op 300 £ gr.

Op 4 en 18 januari 1787 werd in Meulestede, in de herberg van Jacobus Coppejans, openbaar verkocht: de helft van een stenen oliewindmolen met de helft van het oliehuizeken en de kleine meers daar annex, gelegen tot Meulestede bij Gent tussen de Sassche Vaart en de steenweg van Meulestede naar Gent. Deze advertentie werd gepubliceerd in de Gazette van Gend van 31 december 1787.

Op woensdag 26 maart 1806, bij herbergier sieur Francies de Meuninck te Meulestede bij Gent, wordt openbaar verkocht: de helft van een schone en welbeklante oliemolen, genoemd “de Kallemoeye”, met een klein huisje ernaast, staande op het einde van het voornoemde Meulestede aan de Sassevaart, in zeer goede staat; de andere helft ervan behoort aan sieur Pieter Beernaerd te Evergem. De instel bedraagt slechts 350 £ gr. wisselgeld. Inlichtingen bij notaris en meier Drubbel te Oostakker. (Gazette van Gend, nrs. 1252 en 1256 van 17 en 31 maart 1806.) 

De molen werd in 1834 door het kadaster ingedeeld in klasse 6, met een kadastraal inkomen van 342 frank.

Eigenaars:
- 1578, eigenaar: Lieven de Pau, molenaar
- voor 1780-1788 (openbare verkoop op 4 juni), eigenaar: Hendrik Van de Voorde
- 1788-1791 (openbare verkoop op 8 juni), eigenaar: Francis Roels, molenaar
- 1806: voor 1/2: Pieter Beernaerd, Evergem; de andere helft werd in maart 1806 openbaar verkocht.
- voor 1834, eigenaar: Brackman Leo, olieslager te Meulestede-Gent
- 19.05.1854, verkoop: De Groote Jan, stoker te Oostakker (notaris Eggermont - oliewindmolen)

We zien de molen aangeduid op:
- Ferrariskaart (ca. 1775) met een rode symbool van een stenen windmolen
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1842) met het ronde grondvlak van een stenen windmolen
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) met de benaming "Moulin à l'huile dit Kallemoeye"

In 1864 werd de molen onttakeld en omschreven als magazijn. De sloop van de romp gebeurde in 1887.

Lieven DENEWET

Literatuur

Archieven en landkaarten
- Stadsarchief Gent, Reeks 330 (Wezenboeken), 60, 8 r° (1542)
- Stadsarchief Gent, reeks 153/², reg. 42, f° 2v° (1578)
 - "Landboek der Goederen buiten de Dam- en Muidepoort", opgesteld in 1780 door landmeter Carolus Benthuys.
- Ferrariskaart (ca. 1775)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1842)
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855)

Gedrukte bronnen
- Gazette van Gend, 19.08.1773, nr. 66.
- Gazette van Gend van 31 december 1787.
- Gazette van Gent, 15.05.1788.
- Gazette van Gend, 16, 23 en 30.05.1791,nr. 41.
- Gazette van Gend, nrs. 1252 en 1256 van 17 en 31 maart 1806.

Werken
- Luc Van Durme, "Inventaris van de namen van de middeleeuwse Gentse windmolens", Molenecho's, XL, 2012, 1, p. 28-36.
- Luc Van Durme, "Klapwiekend vrouwvolk in het middeleeuwse Gent", in: "Voor Magda: artikelen voor Magda Devos bij haar afscheid van de Universiteit Gent", Gent, Academia Press, 2010, p. 705-718.
- Noël Kerckhaert, "Oude Oostvlaamse huisnamen", Kultureel Jaarboek voor de Provincie Oost-Vlaanderen, nrs 4, 16, 21, 32, 34, 37 (1977, 1981,1983,1990,1991,1993)
- Paul Huys, "Over de naamgeving van windmolens. Volkskunde in Vlaanderen. Huldeboek Renaat van der Linden". Brugge, 1984.
- Paul Huys, "Molen en molenaar te kijk gesteld. Molinologische opstellen II", Gent, 1996.
- "Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oost-Vlaanderen naar gegevens van het Archief van het Kadaster. De arrondissementen Eeklo en Gent", in: Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, XV, 1961, 2 (Gent, 1962).
- Herman Holemans, "Oostvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 3. Gemeenten G-H-I", Rotem, Studiekring Ons Molenheem, 2000.
- M. Van Gent, "Nog eens over windmolens te Gent", Ghendtsche Tydinghen, III, 1974, 1, p. 32.