De Stadsmolen van Zeveneken was een houten korenwindmolenn aan de westzijde van de Sint-Elooistraat (nr. 50B), op een halve kilometer ten zuiden van de kerk.

We zien hem aangeduid op de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen.
Hij staat niet aangeduid n de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842) en de Topografische kaart Vander Maelen (ca. 1850), maar wel op de Poppkaart van ca.1855 met een tekeningetje van een staakmolen en met de gehuchtnaam "Stad Molen".

Zuidwestwaarts van de staakmolen stond een rosmolen, type buitenrosmolen, om ook in windstille periodes te kunnen malen.

Uit het proces-verbaal van afpaling van de gemeente Zevenken ui 1813: "il n'y a qu'un moulin dans la commune de Seveneecke. Il est mû par le vent. Il est occupé par le propriétaire. Il n'a pas été possible de se procurer ses baux pour les moulins des communes circonvoisines. L'expert conformément à l'article 398 du receuil méthodique a conservé l'évaluation à laquelle ce moulin est porté sur la matrice existante".

De molen werd in 1834 ondergebracht in klasse 1, met een kadastraal inkomen van 286 frank.

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Paelinck-Van Driessche Petrus Livinus, de weduwe Dorothée, molenarin te Zeveneken.
- 24.08.1848, erfenis: a) Paelinck Victor, molenaar te Zeveneken en b) Paelinck Jacobus, molenaar te Zeveneken (overlijden van de weduwe Van Driessche van Petrus Paelinck)
- 17.08.1855; verkoop: De Geest-De Lausnay Auguste, molenaar te Zeveneken (notaris Denobele)
- 03.04.1878, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Auguste De Geest)
- 19.02.1904, erfenis: de kinderen: a) De Lausnay-De Geest Emiel, molenaar te Zeveneken en b) Haemers-De Geest Alfons, onderwijzer te Zeveneken)
- 07.10.1905, deling: De Lausnay-De Geest Emiel, molenaar te Zeveneken (notaris Vermeulen)
- 23.02.1911, verkoop: Schinck-Meerschaut Lievin, molenaar te Zeveneken (notaris Fobé)
- 18.10.1952, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Lievin Schinck)

Op voorstel van de gemeente Zeveneken werd de Stadsmolen in 1938 beschermd als landschap. De Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen had hiertoe op 24 mei 1938 een gunstig advies veleend.

Foto's van ca. 1945 toont ons een vervallen molen met enkel nog de houten binnenroede. De geklinknagelde buitenroede (fabr. Verhaeghe, Ruddervoorde) werd in 1944 voor 5000 frank verkocht aan molenaar Joseph Vervynckt te Lembeke, ter vervanging van de gebroken pestelroede.

De vervallen Stadsmolen werd in 1951 gesloopt. Nog hetzelfde jaar werd de bescherming van de molen als landschap opgeheven.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Archieven en landkaarten
- Ferrariskaart (ca.1775)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1842) 
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart P.C. Popp (ca. 1855)

Gedrukte bronnen
- Bulletin des Commissions Royales d'Art et d'Archéologie Commission Royale des Monuments et des Sites / Bulletijn der Koninklijke Commissies voor Kunst en Oudheidkunde Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, jg. 77, 1938, juillet-décembre / juli-december, p. 356.
- Belgisch Staatsblad, jg. 1951, p. 6476 (opheffing bescherming).

Werken
- Jozef De Roover, "De stadsmolen van Zeveneken", Jaarboek 2010 Heemkundige Kring De Oost-Oudburg, 47ste jg., p. 249 e.v., overgenomen in: Vlaamse Molens, winter 2012.
- "Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oost-Vlaanderen naar gegevens van het Archief van het Kadaster. De arrondissementen Eeklo en Gent", in: Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, XV, 1961, 2 (Gent, 1962).
- Herman Holemans, "Oostvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 8. Gemeenten U-Z", Opwijk, Studiekring "Ons Molenheem", Opwijk, 2008, p. 79-80.
- Bulletin des Commissions Royales d'Art et d'Archéologie Commission Royale des Monuments et des Sites /
- Bulletijn der Koninklijke Commissies voor Kunst en Oudheidkunde Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, jg. 77, 1938, juillet-décembre / juli-december, p. 356.

Mailberichten
- John Verpaalen, Roosendaal, 25.07.2015.