Oostmolen
Stavele (Alveringem), Vlaanderen, West-Vlaanderen
- Naam
- Oostmolen, Hoekjesmolen, Molen Butaye
- Ligging
- Hoekjestraat
8691 Stavele (Alveringem)
zuidwestzijde
tegenover nr. 7
Oostmolenhoek
Stavels Hoekje
kadasterperceel B184
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1515 / ca. 1610 / na 1774
- Verdwenen
- 1597, oorlog / voor 1774 / 1930 - 16 mei, sloop
- Type
- Staakmolen
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 3529
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Oostmolen was een houten korenwindmolen aan de zuidwestzijde van de Hoekjestraat, tegenover het huisnummer 7, op het Stavels Hoekje of de Oostmolenhoek.
De staakmolen werd voor 1515 werd opgericht.
Na de vernieling in 1597 tijdens de godsdiensttroebelen (samen met o.m. de Westmolen en de abdij van Eversam) werd hij voor 1622 herbouwd. Naast de molen stond van voor 1723 tot na 1844 een rosmolen om ook in windstille periodes te kunnen malen. Ondanks de historische benaming Oostmolen, waren in de volksmond de benamingen Hoekjesmolen (naar de ligging) en Butayes molen (naar de molenaar) meer gangbaar.
Archiefvermeldingen:
- 1515: "bewesten d'Oostmeulen van Stavele" (K. De Flou)
- 1622: "wat zuut van de Oostmeulen" (K. De Flou)
- 1723: "In Stavel ... d'huysinghen, meulen ende assecot daer den Oostmeulen op staet" (Staat de Stickere)
In de 17de eeuw was de molen in het bezit van de graaf van Hoorne. Molenaar was Cornelis de Febure. Er werd geen windgeld betaald. De eigenaar had immers vrijstelling bekomen van de Spaanse koning als graaf van Vlaanderen. Molenaar Cornelis de Febure was 17 jaar lang molenaar op een molen te Hondschote geweest, die eveneens eigendom was van deze graaf van Hoorne. In 1762 was Pieter Spegel, zoon van Livinus, er molenaar.
We zien de molen aangeduid op
- de Massekaart (1729-1730) met het symbool van een staakmolen
- de Atlas der Buurtwegen (ca. 1844) met het grondvlak van een staakmolen op teerlingen en met de benaming "Oostmolen, Moulin"
- de topografische kaart van Vandermaelen (ca. 1850) als "Oost Molen".
Eigenaars na 1830:
- voor 1834: Visart de Bocarmé Amedé, eigenaar te Brussel
- 12.08.1844, verkoop: (van de grond) Visart de Bocarmé-Deman Amedé, eigenaar te Sint-Kruis-Brugge en (van het gebouw) Butaye Pieter Franciscus (gehuwd in 1844 met Rosalia Constantina Butaye (Stavele, 1816-1892)), molenaar te Stavele (notaris Floor - incl. rosmolen)
- 24.11.1884, deling (van de grond) Visart de Bocarmé Gustaaf, eigenaar te Sint-Kruis (notaris Simpelaere)
- 14.10.1886, verkoop: (van de grond) Butaye-Butaye Pieter Franciscus, molenaar te Stavele (notaris Simpelaere)
- 02.03.1891, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Pieter Franciscus Butaye)
- 06.11.1892, erfenis: de kinderen (overlijden van de weduwe Rosalia Constantina Butaye)
- 17.05.1911, verkoop: Butaye Emiel Seraphin (gehuwd in 1900 met Flavie Marie Depyper), molenaar te Stavele (notaris Peel)
Zowel op de West- als op de Oostmolen te Stavele was er een "driever" (ketser) in dienst en werd er gemalen tegen het "mullegewin" (scheploon). Op de Oostmolen bleef dit in gebruik tot aan zijn verdwijning en op de Westmolen tot in 1936. De opkomende molenaar André Lejeune van de Westmolen schafte het ketsen meteen af en wilde ook niet meer weten van het scheploon, aangezien hij toch geen "beesten" (veedieren) bezat.
In 1912 werd naast de molen een stoommaalderij gebouwd, maar men bleef tot de eerste wereldoorlog ook nog malen met de wind. Tijdens die oorlog bleef de molen weliswaar overeind staan, maar er bleef slechts één roede over. Hij werd niet meer hersteld en geraakte steeds meer in verval. Op 16 mei 1930 gingen de molenbouwers Achiel en Henri Lejeune tot de sloop over. De mote werd in de winter 1932 afgevoerd om er de wal bij de pastorie van Stavele mee te dempen. In 1934 kwam hierop een parkje. En op de oude molenwal werd een H. Hartbeeld geplaatst.
De mechanische maalderij bestaat nog en werd tot voor kort soms nog gebruikt door Marc Butaye, kleinzoon van de laatste windmolenaar Emiel Butaye-Depyper. In de maalderij bevinden zich o.a. nog twee koppel stenen (oorspronkelijk drie), een buil, een haverpletter, een graankuiser, een wanmolen en een koekenbreker. Ook is er een luiwerk met aandrukrol aanwezig. Rechtover de maalderij, aan de overzijde van de straat (Hoekjestraat nr. 7), bevond zich de molenaarswoning "het Molenhof" (inmiddels gesloopt).
Lieven DENEWET, Herman HOLEMANS & John VERPAALEN
Literatuur
Archieven en landkaarten
- Massekaart (1729-1730)
- Ferrariskaart (ca. 1775) (niet aangeduid)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1842)
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855)
Werken
- Ameeuw Jozef, Molens van Veurne-Ambacht, Koksijde, Veurne, De Klaproos, 2004, p. 148-149 (de foto op p. 148 is evenwel van een andere molen: de Widouwmolen in Alveringem).
Cailliau Jef, "Het molenbestand in de Westhoek in 1700", Molenecho's, XIII, 1985, nr. 4 (studie over de aangifte van de molens in de kasselrij Veurne op order van meester luitenant Portes, 22 maart 1700).
De Flou Karel, Toponymisch Woordenboek van Westelijk Vlaanderen (...).
Holemans Herman, West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 7. Gemeenten S-U, Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2003.
West-Vlaamse windmolens. De Oostmolen te Stavele, Curiosa (Blad van de interverzamelaarsclub Harelbeke - Kortrijk - Wervik - Zwevegem), L, 2012, nr. 491, p. 29-30.
Rik Verhaeghe & John Verpaalen, artikel in: Vlaamse Molens, herfst 2013.
Mailbericht John Verpaalen, Roosendaal, 14.11.2013.
Mailberichten
- John Verpaalen (Roosendaal), 06.03.2022.