Molenechos's Homepage Molenechos.org

Kalbergmolen

Oostrozebeke, Vlaanderen, West-Vlaanderen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
Kalbergmolen
Ligging
Hoogleenstraat 12
8780 Oostrozebeke
noordhoek met Papegaaistraat
gehucht Kalberg
kadasterperceel F 269
Vlaanderen - West-Vlaanderen
Gebouwd
voor 1571 / voor 1599 / 18de eeuw
Verdwenen
1897 - 29 maart-15 april, sloop
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen, later ook oliemolen
Bescherming
niet
Database nummer
3347
© Rijksarchief Kortrijk, Fonds de Plotho, nr. 403, fragment figuratieve kaart uit 1639.

Beschrijving / geschiedenis

De Kalbergmolen was een houten windmolen op de noordhoek van de Hoogleenstraat (nr. 12) en de Papegaaistraat. Aanvankelijk diende hij enkel om graan te malen, maar in de 18de eeuw werd hij herbouwd tot een driezolder-staakmolen, waarin zowel graan gemalen als olie geslagen kon worden.

Het toponiem Kalberg zou verwijzen naar een hoger gelegen, zanderige en onbegroeide plaats te midden van een bosrijk gebied. De vroegere naam van het schepenhuis "den Stuyvenberghe" refererend aan schrale, zanderige grond kan dit bevestigen. Hiernaast bestaat nog een twee theorie die stelt dat het toponiem Kalberg afgeleid is van de Keltische samenstelling "Kalbergan" (Kalle-Bere-Hanna: een met paalwerk omheinde woonst ter bescherming tegen wilde dieren). De Kalberg ligt ten westen van de straat in koutergebied palend aan de vallei van de Mandel en geeft zijn naam tijdens het ancien régime aan de heerlijkheid Caelberghe, begrensd door de Mandel, Dentergemstraat en Grotstraat.

De Kalbergmolen bestond in 1571 nog enkel als molenwal, maar werd voor 1599 heropgericht onder impuls van de Duitse adellijke familie de Plotho, de nieuwe heren van Oostrozebeke. De Plotho's waren baronnen in het naburige Ingelmunster alwaar ze een riante residentie betrokken. In de eerste helft van de 17e eeuw hernamen landbouw en dorpsleven in zekere mate.

Op figuratieve kaarten van 1639 en 1642, getekend door Lodewijk de Bersacques, staat de "Roosbekmuelen" in de dorpskom en de "Caelbergh muelen" langs de Kalbergstraat aangeduid. In 1639 wordt het "Lantbouck vanden lande ende baronnie van Ingelmunstre, Vijve Sint-Eloy appendentie ende depententien..." opgemaakt door Lodewijk de Bersacques. Dit bevat, onder andere, een figuratieve kaart van de Mandel te Oostrozebeke, van aan de Kalbergmolen (hoek Kalbergstraat/Papegaaistraat) tot aan de grens met Ingelmunster.  In het landboek zit tevens een kaart van de Mandel met aanduiding van de belangrijke oriëntatiepunten. Verder nog een figuratieve kaart met bezittingen van de Plotho's in de omgeving van de Kalbergmolen, waaronder een stuk land aangeduid als "de warande", waarschijnlijk het jachtgebied van de Plotho's.

We zien hem ook aangeduid op:
- de Ferrariskaart (ca. 1775) als een staakmolen op teerlingen onder de benaming "Caelbergh Meulen
- in een advertentie voor de verkoop van een partij bos rond de molen, verschenen in de "Gazette van Gend" van 9 en 12 oktober 1797, met de benamingen “ontrent de Caelbrugge en Caelberg-Meulen”.
- in de Atlas der Buurtwegen (1845) bij het gehucht "Kalberg hameau"
- op de topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855).

Volgens de volkstelling van 21 december 1695 was Jan Van de Bulcke de molenaar.

In de 18de eeuw werd de molen herbouwd als een driezolder-staakmolen, ingericht om graan te malen en olie te slaan.

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Laridon Joannes Carolus Franciscus, molenaar te Oostrozebeke
- later, erfenis: en de kinderen (overlijden van de echtgenote van Joannes Laridon)
- 10.03.1886, erfenis: a) Laridon Carolus, pastoor te Ledegem en b) Laridon Sophia, zonder beroep te Ledegem (overlijden van Joannes Laridon)
- 22.03.1893, erfenis: Laridon Sophia, zonder beroep te Ledegem (overlijden van Carolus Laridon)
- 10.06.1895, verkoop: Van Gaever-De Meulemeester Felix, molenaar te Oostrozebeke (notaris Van Severen)

Molenaar Felix Van Gaever-De Meulemeester, die de molen al lang bemaalde, wist de molen in 1895 aan te kopen.

Vanaf 1888 werden verschillende herstellingen uitgevoerd door de molenmakers Coussée uit Meulebeke. Dat blijkt uit het bewaard gebleven werkboek. Eigenaardig is dat ze op 1-3 maart 1897 nog een nieuwe pestel staken en dat van 29 maart maart tot 15 april daarna, dus amper een maand later, de molen afbraken. Op 19 april 1897 ging in het Molenhuis de openbare verkoping door van de onderdelen, onder leiding van notaris G. Van Robays uit Oostrozebeke. Deze sloop werd pas in 1911 geregistreerd in het kadaster.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Literatuur

Archiefbronnen
- Stadssarchief Gent, Penningkohieen Oostrozebeke, 1571.
- Rijksarchief Kortrijk, Bruine Pakken, nr. 6093 (volkstelling van 10 maart 1695).
- Rijksarchief Kortrijk, Fonds de Plotho, nr. 491: Figuratieve kaart van de Kalberg, in Rentbouck van Vijfve Dendermonde, appendentie vande lande ende baronnie van Ingelmunstre, 1642.
- Rijksarchief Kortrijk, Fonds de Plotho, nr. 403: Figuratieve kaart van de Mandel van aan de Kalbergmolen tot Ingelmunster, in Lantbouck vanden lande ende baronnie van Ingelmunstre, Vijve Sint-Eloy appendentie ende depententien..., 1639.
- Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207: Mutatieschetsen, Oostrozebeke, 1840/10, 1884/31, 1885/3, 1888/4, 1893/63, 1911/35, 1911/86, 1914/7, 1925/117-118, 1928/33, 1928/43bis, 1929/39, 1946/16.

Gedrukte bronnen
- "Gazette van Gend", 9 en 12.10.1797, of 18 en 21 vendémiaire jaar VI (vermelding "Caelberg-Meulen")

Werken
- Delange  M., Oostrozebeke, in Hollevoet F., Als straten gaan… praten, Tielt, 2005, p. 121-122.
- Van Keirsbilck M., Bouwstenen voor een Geschiedenis van Oostrozebeke, onuitg., 1985, p. 99.
- Van Vlaenderen P. & Vranckx M., Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Oostrozebeke, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL33, (onuitgegeven werkdocumenten), 2007.
- Herman Holemans, West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 5. Gemeenten M-O, Rotem, Ons Molenheem, 1999.
- Lieven Denewet & Luc Goeminne, Molenmakers in Vlaanderen. Het werkboek van Coussée uit Meulebeke (1881-1911), Molenecho's, XXII, 1994, 3-4, p. 107-331 (Speciaal themanummer, 7)
- Lobbestael R., De Ghinste en oude kaarten, in 't Ginsteblad, jg. 3, nr. 2, 1983, p. 5b-5c.
- Vandeputte G., Roosebeke up de Mandere, in: De Roede van Tielt, jg. 1, nr. 9, 1978, p. 20.
- Renaat Lobbelstael, “Een studie van vier Oostrozebeekse penningkohieren (1571 - 1577)”, Oostrozebeke, 1991, 169 p.

Oostrozebeke en Ename
Rijksarchief Gent, Fonds Ename
- nr. 2617. Stukken betreffende het maalrecht van de abdij in de molen op de heerlijkheid ten Daele, 1639, 1 lias.
- nr. 2629. Afschrift van een akte van Robertus van Bethune, heer van Dendermonde, betreffende de verkoop door Alissa de Rosebeca aan de abdij van Ename van 15 bunder grond te Oostrozebeke op de plaats ten Daele (1241, n.s.), s.d., 1 stuk.
- nr. 2630. Afschrift van een akte waarbi Alissa de Rosebeka aan de abdij van Ename 15 bunder grond met een huis en erf verkoopt, gelegen  te Oostrozebeke, nabij de Mandel, 1248, januari n.s., 1 stuk.
- nr. 2631. Akte waarbij Jan van Rode, heer an Ingelmunster, aan de abdij 3 bunder grond schenkt te Oostrozebeke, september 1299, 1 charter.
- nr. 2632. Afschriften van akten van Willem de Neckere, baljuw van de abdij te Oostrozebeke en abt Godefroid d'Escornaix, betreffende de hofstede te Oostrozebeke, (107, 1428), s.d., 2 stukken 
- nr. 2633. Diverse stukken betreffende renten van de abdij te Oostrozebeke, 16de-17de eeuw, 1 lias
- nr. 2634. Afschrift van een stuk waarbij Willem Vanden Muelene afstand doet van een deel van de Rozebekemolen ten voordele van Rogier de Baes, (1602), 1625, 1 stuk
- nr. 2635. Brief m.b.t. renten e.a. van de abdij te Oostrozebeke, 1616, 1 stuk
- nr. 2636. Stukken betreffende het goed te Priems te Oostrozebeke, 1616-1628, 2 stukken
- nr. 2660. Stukken van processen voor de Raad van Vlaandern ende grote Raad (van Mechelen) met de betrokkenpartijen: de abdij, de baron van Ingelmunster en Michiel De Gruytere, Jacques De Cuypere en Pusschier van Iseghem, allen uit Oostrozebeke, nopens het recht op de wandelkoop van een molen in de heerlijkheid te Daele te Oostrozebeke, 1681-1683 (met retroacten), 1 bundel.
- nr. 2676. Stukken i.v.m. een proces voor de baljuw en schepenen van Oostrozebeke en de Raad van Vlaanderen van de abdij, in naam van haar pachters, de weduwe van Jan Tacq, tegen de burgemeester en schepenen van Oostrozebeke, in naam van de ontvanger en baljuw, i.v.m. belastingen, 1702-1714 (met bijlagen i.v.m. confiscaties), 1 bundel.
- nr. 2677. Stukken i.v.m. een proces voor het hoofdcollege van de kasselrij Kortirjk en de Raad van Vlaanderen van de abdij van Ename tegen de burgemeester en schepenen van Oostrozebeke i.v.m. belatingen, 1704-1708, 1 bundel
- nr. 2678. Stuk i.v.m. een geschil tussen de abdij van Ename en de heer van Meulebeke betreffende de jurisdictie binnen de heerlijkheid van Ename te Oostrozebeke, 1610, 1 stuk.

Overige foto's

Kalbergmolen, Oostrozebeke, Rijksarchief Kortrijk, Fonds de Plotho, nr. 491, fragment figuratieve kaart uit 1642 | Database Belgische molens
© Rijksarchief Kortrijk, Fonds de Plotho, nr. 491, fragment figuratieve kaart uit 1642