Einde 18de - begin 19de eeuw werden op de Paanders, naast de eigenlijke Paandermolen, nog twee molens op de Paanders opgericht. De drie molens en de meer toegenomen landelijke bebouwing werden weergegeven op de Atlas der Buurtwegen (1846),

Eén ervan was de "tweede Paandermolen", een houten graan- en oliewindmolen (type driezolder-staakmolen), ook gekend als "Stampkotmolen", "Vanwassenhoves molen" of "Braets molen", gelegen op de westzijde van de Hondekerkhofstraat, tussen de Paanderstraat en de Oude Paanderstraat..

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Van Wassenhove Ivo, herbergier te Meulebeke
- 14.07.1849, erfenis: de kinderen: a) Van Wassenhove Leon, herbergier te Meulebeke, b) Van Wassenhove Louis, herbergier te Meulebeke, c) Van Wassenhove Rosalie, naaister te Meulebeke, d) Van Wassenhove Eugenie, echtgenote Vermandere Louis, schoenmaker te Meulebeke, e) Van Wassenhove Joseph, knecht te Kortrijk enf ) Van Wassenhove Jean, knecht te Kortrijk (overlijden van Ivo Van Wassenhove)
- 01.01.1874, erfenis: a) Van Wassenhove Jean, olieslager te Meulebeke en b) Braet-Vandermander Pieter, herbergier te Meulebeke
- 02.12.1895, erfenis: Braet-Vandermander Pierre, herbergier te Meulebeke (overlijden van Jean Van Wassenhove)

Braets molen werd afgebroken in 1902 door de molenbouwers Coussée in opdracht van eigenaar Pierre Braet.

Lieven DENEWET & Gabriël HOUTHOOFD

Kadasterarchief West-Vlaanderen, 207 : Mutatieschetsen, Meulebeke, Afdeling 2, 1878/108, DE K. De Flou, Woordenboek der toponymie van Westelyk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het Land van den Hoek, de graafschappen Guînes en Boulogne en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, deel VII, Brugge, 1927, kolom 677-678; deel XII, Brugge, 1931, kolom 290-292; deel XIII, Brugge, 1932, kolom 1069.
Lieven Denewet & Luc Goeminne, Molenmakers in Vlaanderen. Het werkboek van Coussée uit Meulebeke, in Molenecho's Vlaams tijdschrift voor molinologie, jg. 22, nr. 3-4, 1994, p. 263-266.
R. Germonprez, Het boek van Meulebeke, Meulebeke, 1982, p. 147, 241-244, 252, 255.
G. Houthoofd, L. Denewet & G. Baert, De windmolens van Meulebeke, Meulebeke, 1994, p. 17-18, 25-26.
Herman Holemans, "West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 5. Gemeenten M-O", Rotem, Studiekring Ons Molenheem, 1999.
Hulstveldepad, brochure wandelroutes, Meulebeke, 1979, p. 5.
F. Maes, Toponymie van Meulebeke t.e.m. 1700, onuitgegeven licentiaatverhandeling, Universiteit Gent, 1998-1999, p. 10, 17, 34, 45-46, 62, 76, 93, 117-118.
Paanderspad, brochure wandelroutes, Meulebeke, 1991, p. 2-3.
H. Vanneste, Meulebeke, in F. Hollevoet e.a., Als straten gaan… praten. De roede van Tielt, Tielt, 2005, p. 97-98.
Westvlaamse Windmolens, in Curiosa, jg. 43, 2005, p. 24-26.
G. Callaert m.m.v. B. Boone  & S. Moeykens, Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Meulebeke, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL38, 2008