Molenechos's Homepage Molenechos.org

De Korenblomme

Torhout, Vlaanderen, West-Vlaanderen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
De Korenblomme, De Korenbloem, De Koornbloem
Ligging
Korenbloemstraat 46
8820 Torhout
noordzijde
hoek met Korenbloemstraat
kadasterperceel C317a
Vlaanderen - West-Vlaanderen
Gebouwd
1862, overgebracht uit Torhout, Bruggestraat
Verdwenen
1928 - 16 november, storm
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen
Bescherming
niet
Database nummer
3027
© Foto: coll. Michiel Mestdagh, Torhout

Beschrijving / geschiedenis

De Korenbloem was een houten korenwindmolen op de noordzijde van de Korenbloemstraat, op de hoek met de Kleine Korenbloemstraat en de Korenbloemstraat, bij de nu verdwenen herberg "De Korenbloem".

De staakmolen met open voet werd in 1862 overgebracht uit de Bruggestraat te Torhout ("Molen Goddyn", gebouwd voor 1810). Bouwheer was Charles Kerckhove (Torhout, 1814-1893), gehuwd met Francisca Vande Kerckhove (Torhout, 1818-1901). Charles werd de molenaar, ziin vrouw baatte de nabijgelegen herberg "De Koornbloem" uit. Het gezin kreeg 9 kinderen, waaronder 4 zonen (Francis, Pieter, August en Camiel). Bij de verdeling in 1902 kwam het molenerf toe aan Pieter Kerckhove (°1853), gehuwd met Juliana Messelier. Pieter werkte als landbouwer, zijn broers Francis (°1850) en Camile (°1865) werkten als molenaar. Ze draaiden niet enkel met de windmolen, maar ook met de iets verder gelegen stoommaalderij die in 1883 was opgericht.

Op het eerste gezicht was er dus niets aan de hand. Door financiële moeilijkheden zag Pieter Kerckhove zich in 1903 genoodzaakt de molen te verkopen aan Pieter Bogaert-Depré, molenaar van de stenen windmolen aan de Torhoutsesteenweg in het gehucht De Leeuw in Zedelgem. Er ontstonden spanningen tussen de vroegere en de nieuwe eigenaars.

Een echt drama speelde zich af op dinsdag 21 september 1909. Molenaar Camiel Kerckhove, 43 jaar, werd vermoord. Hij had de avond doorgebracht bij zijn broer Frans op het molenerf. Op zijn weg naar huis, rond half elf, werd hij door een geweerschot geveld. Hierop wierpen de moordenaars zich op hem en sneden hem de keel over....

Onmiddellijk waren er twee verdachten: de 20-jarige Gustaaf Bogaert (zoon van de Zedelgemse molenaar die de Koornbloemmolen in 1903 had gekocht) en zijn jonge knecht Richard Verkeyn. Gustaaf was enkele jaren voordien op een boerderij in de wijk "De Koornbloem" komen wonen, samen met zijn 19-jarige zus Leontine. Ze  begonnen zelf ook een maalderij uit te baten. Voordien behoorde deze boerderij toe aan de Kerckhovens. Tussen beide families was er grote onenigheid. De politie moest een aantal keren tussenbeide komen, zoals voor het breken van ruiten en nachtgeraas.

Het "volk" wees hen ook onmiddellijk als de daders aan. Het kon niemand anders zijn. Toen Bogaert en Verkeyn de volgende dag naar de gevangenis van de "gendarmerie" in Torhout werden overgebracht, werden ze door een grote menigte afgewacht die hen uitjouwde en hen zelfs te lijf wilde gaan. Vrijdagmorgen stond er een grote volksmenigte op het Torhoutse stationsplein, om hetzelfde nog eens over te doen. De mensen waren echter bij de neus genomen: men had hen verteld dat de overbrenging van de verdachten naar Brugge om acht uur zou gebeuren, maar de verdachten waren al met de eerste trein, om kwart voor zes, vertrokken...

't is juist over den aankoop van de hofstede van X. dat er tusschen hem en de familie Kerckhove oneenigheid bestaat. Herhaalde malen zou er zelfs ruzie ontstaan zijn tusschen de tegenstrevers, bij zooverre dat er 3 of 4 processen-verbaal opgemaakt wierden door de plaatselijke politie, voor het breken van ruiten, nachtgeraas, enz., ontstaan door deze oneenigheid.
Een getuige heeft verklaard dat X. en een zijner dienstboden zondag laatst geheel den morgend een jachtgeweer beproefd hebben, achter eene dorschmachien die op het hof stond.

Op basis van getuigenissen waren er  bezwarende omstandigheden. De zondag voor de moord oefenden Bogaert en een van zijn dienstboden de hele morgen met een jachtgeweer. In de herberg de Koornbloem hing tot de dag voor de misdaag een tweeloop aan de muur. Sindsdien was dat wapen spoorloos verdwenen. Gustaaf Bogaert, bezitter van dat wapen, verklaarde dat hij het aan een onbekende had verkocht. Een vrouw uit de buurt verklaarde dat zij Richard Verkeyn de volgende morgen bij zonsopgang blootsvoets had zien lopen vanuit de plaats van de misdaad naar het huis van zijn broer Victor. Deze vertrok enkele dagen later naar Frankrijk.

Bovendien was er een liefdesaffaire. Zus Leontine Bogaert had een oogje op Richard Verkeyn. Op 15 augustus trok zij naar de kermis van Zedelgem, evenwel niet met Richard maar wel met zijn broer Victor. Hierop ontstond een gevecht tussen beide broers, die pas door een hondenbeet gestopt kon worden. Leontine zelf werd geheel onschuldig geacht. Men besloot dat Richard Gustaaf geholpen zou hebben in de moord, om alzo - door de invloed van Gustaaf - met Leontine te mogen trouwen. Men was er van overtuigd dat Gustaaf Bogaqert en Richard Verkeyn voor het assisenhof van Brugge zouden verschijnen. 

Deze moord maakte heel wat ophef en werd uitgebreid beschreven in de kranten. De Gazette van Brugge en van de provincie West-Vlaanderen heeft minstens 9 artikels aan de zaak gewijd. De gebeurtenis werd door de marktzangers uit de streek gretig gebruikt in hun liederen. Lange tijd herinnerde een groot houten kruis aan de misdaad.

Gustaaf Bogaert en Richard Verkeyn moesten  op 23 november 1909 voor de raadkamer van de rechtbank van Brugge verschijnen. Bij gebrek aan bewijzen werd hij vrijgesproken. Het aanhoudingsmandaat tegen Verkeyn werd bekracht. Laatstgenoemde verscheen op 21 maart 1910 voor de kamer van inbeschuldingstelling van het beroepshof van Gent. Deze verbrak de beslissing van de Brugse raadkamer, zodat ook hij in vrijheid werd gesteld.

Bij gift in 1913 kwam de molen toe aan Camiel Bonte-Bogaert, die zelf de molenaar werd. "Wardje" Janssens-Tanghe kocht de molen aan in 1926. Hij verwierf de "koornwindmolen en de maalderij met stoommachine" maar was eerst en vooral landbouwer.  

De staakmolen waaide om op 16 november 1928 en werd niet heropgebouwd. Er werd verder gemalen met de stoommaalderij.

Opeenvolgende eigenaars:
- 1862, opbouw: Kerckhove-Van de Kerckhove Charles, landbouwer te Torhout
- 12.11.1893, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Charles Kerkchove)
- 29.01.1901, erfenis: de kinderen (overlijden van de weduwe Van de Kerckhove van Charles Kerckhove)
- 09.04.1902, verkoop: Kerckhove-Messelier Pierre, landbouwer te Torhout (notaris Verté)
- 13.05.1903, verkoop: Bogaert Petrus, geboren te Zedelgem op 1 februari 1848, gehuwd te Varsenare op 19 april 1876 met Julie Depré (°Zedelgem 20.10.1851), molenaar te Zedelgem (Leeuwmolen of molen Bogaert, Torhoutsesteenweg, Zedelgem) (notaris Verté - graanwindmolen en stoommachine)
- 14.05.1913, gift: Bonte-Bogaert Camiel, molenaar te Torhout (notaris Dewulf - "moulin à vapeur")
- 06.07.1926, verkoop: Janssens-Tanghe Eduard ("Wardje Janssens"), landbouwer te Torhout (notaris Debouck - koornwindmolen, stoommachine met maalderij).

------------------------

In 1985 werd achter het huis van de Korenbloemstraat 36, aan de westzijde van de Kleine Korenbloemstraat en dicht bij de standplaats van de Koornbloemmolen, een kleine houten windmolen gebouwd, een "folie" eigenlijk, die het midden houdt tussen een kapel en een molen.

Het is een gebouwte op een rechthoekig grondplan. De roeden dragen het jaartal 1985. Het is een natuurstenen en bakstenen onderbouw, erboven houten beplanking onder zadeldak. Rechthoekige muuropeningen, groen en witbeschilderde deur, links gedenkplaat met opschrift "+ CAMMILLUS + KERCKHOVE LAF VERMOORD DE 21 SEPT. 1909 DOOR LOOZE VIJANDEN EN BOOSWICHTEN GIJ DIE MIJN WARE VRIENDEN ZIJT. DENK AAN MIJ", rechts witgeschilderd houten Christusbeeld. Binnenin maalderij. De wieken (opschrift "A.T./ 1985") kunnen niet naar de wind gericht worden. De folie/replica is niet beschermd, maar wel opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed.

Zie ook onder: Torhout, Molen Goddyn.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Literatuur

Gedrukte bronnen
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 22.09.1909 (jg. 116, nr. 114), p. 2, kol. 1. 
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 25.09.1909 (jg. 116, nr. 115), p. 2, kol. 2-3.
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 27.09.1909 (jg. 116, nr. 116), p. 2, kol. 5.
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 02.10.1909 (jg. 116, nr. 118), p. 2, kol. 4-5.
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 09.10.1909 (jg. 116, nr. 121), p. 1, kol. 4-5.
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 13.11.1909 (jg. 116, nr. 136), p. 2, kol. 1-2.
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, woensdag 24.11.1909 (jg. 116, nr. 141), p. 1, kol. 3.
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 22.12.1909 (jg. 116, nr. 153), p. 2, kol. 5.
Gazette van Brugge en van de Provincie West-Vlaanderen, 23.03.1910, p. 2, kol. 1.
Gazette van Kortrijk, 35ste jg., nr. 24, donderdag 24 maart 1910, p. 2, kol. 4.

Werken
K. De Flou, Woordenboek der toponymie van westelijk Vlaanderen, Vlaamsch Artesië, het land van den Hoek, de graafschappen Guines en Boulogne en een gedeelte van het graafschap Ponthieu, Brugge, deel 8, 1928, kolom 279-280. Roger Haelewijn, Torhout in oude prentkaarten, Zaltbommel, 1979.
Roger Haelewijn, Torhout onder het Frans bestuur, Brussel, Gemeentekrediet, 1966.
Roger Haelewijn, Torhout onder het Hollands bestuur, Torhout, 1967.
Michiel Mestdagh, Archief beelden Torhout, Gent, 2002.
Michiel Mestdagh, Torhout. De geschiedenis van een stad, Torhout, 2000.Michiel Mestdagh, Torhout, 1750-1950. Twee eeuwen stadsgeschiedenis, Brugge, 1989.Michiel Mestdagh, Torhout. De geschiedenis van een stad, Torhout, 2000, p. 125, 131.
P. Vanneste m.m.v. S. Moeykens & T. Callens, Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Torhout, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL28, 2007.
Herman Holemans, West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 7. Gemeenten S-U, Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2003.

Persberichten
Johan Sabbe, "Daniël spit moordzaak uit 1909 uit voor jaarboek van heemkring", Krant van West-Vlaanderen, 01.01.2021.

Overige foto's

De Korenblomme, De Korenbloem, De Koornbloem, Torhout, Duitse oorlogskaart, 1914-1918 (coll. Ton Meesters, Breda - uitg. als prentkaart Stichting Levende Molens, Roosendaal, 2007) | Database Belgische molens
© Duitse oorlogskaart, 1914-1918 (coll. Ton Meesters, Breda - uitg. als prentkaart Stichting Levende Molens, Roosendaal, 2007)
De Korenblomme, De Korenbloem, De Koornbloem, Torhout, De replica (folie) uit 1985. Foto Pol Vanneste, 2007 | Database Belgische molens
© De replica (folie) uit 1985. Foto Pol Vanneste, 2007