Molen Vandenbussche
Werken (Kortemark), Vlaanderen, West-Vlaanderen
- Naam
- Molen Vandenbussche, Bussches molen, Vladslostraatmolen
- Ligging
- Vladslostraat 33
8610 Werken (Kortemark)
westzijde
tussen Kruisstraat en Vierschaar
600 m NW v.d. kerk
kadasterperceel A628bis
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1561 / ca. 1665 / 18de eeuw
- Verdwenen
- 1578, oorlog / 1935, sloop
- Type
- Staakmolen met open voet
- Functie
- Korenmolen, later ook oliemolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 2792
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
Molen Vandenbussche was een driezolder-staakmolen, dienende om graan te malen en olie te slaan. Hij stond aan de westzijde van de Vladslostraat (nr. 33) net voorbij Werken-Kruisstraat, tussen de gehuchten "Kruisstraat" (waar de Kruisstraatmolen nu nog staat) en "Vierschaar", op 600 meter ten noordwesten van de kerk van Werken.
Het was de oudst gekende molen van Werken. De molen is aangeduid op de Grote Kaart van het Brugse Vrije door Pieter Pourbus (1561-1571), gekopieerd door Pieter Claeissens (1601). In 1578 werd de molen vernield door de Geuzen en vermoedelijk pas omstreeks 1665 heropgebouwd. In de ommeloper van Werken uit 1662 is er nog enkel sprake van een molenwal, maar in 1665 werd weer de term "molen" gebruikt.
Deze houten staakmolen op molenwal (voorzien van een kelder) is aangeduid op de Fricxkaart (1712), het "Manschepe bouck van de heerlijkheid Wijnendale" van 1774 (onder de naam "Wercken molen"), op de Ferrariskaart (1770-1778) met het bruin symbool van een staakmolen, op de Atlas der Buurtwegen (ca. 1844), op de topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) en op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855).
Tot februari 1748 was Jacobus Proot er molenaar, opgevolgd door Joannes Van Biervliet.
In de 18de eeuw werd de molen herbouwd als een driezolder-staakmolen, ingericht om graan te malen en olie te slaan.
Tot aan de Franse Revolutie was de molen in het bezit van de paltzgraaf von Flyn. De molen werd aangeslagen door de Franse bezetter en werd, samen met ander "zwart goed" verkocht aan pachter-molenaar H. Van Biervliet voor 5.375 frank.
Eigenaars na 1800:
- tot 1796: paltzgraaf von Flyn (dan aangeslagen door Franse bezetter)
- ca. 1800, verkoop: Van Biervliet H., molenaar te Werken, voor 5375 frank
- voor 1834, eigenaar: Lepla Isabella, rentenierster te Werken
- 06.03.1835, erfenis: a) Vandenbussche-Lepla Clement, landbouwer te Werken en b) Lepla Amand, landbouwer te Werken (overlijden van Isabella Lepla)
- 11.12.1845, erfenis: a) Vandenbussche Clement en de kinderen, landbouwer te Werken en b) Lepla Amand, landbouwer te Werken (overlijden van vrouw Lepla)
- 20.04.1868, deling: a) Vandenbussche Desiderius, olieslager te Werken, b) Vandenbussche Romani, religieuse te Menen, c) Vandenbussche Charles, landbouwer te Werken en d) Vandenbussche Auguste, landbouwer te Werken (notaris Huyghebaert)
- 23.02.1874, deling: Vandenbussche-Vandenbussche Désiré, molenaar te Werken (notaris Deseck)
- 22.10.1875, erfenis: Vandenbussche Auguste en kinderen (overlijden van vrouw Vandenbussche)
- na 1876, huwelijk: Vandenbussche-Louagie Désiré
- 1906, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Désiré Vandenbussche)
- 28.12.1906, deling: de weduwe (notaris Wauters)
- later, erfenis: de kinderen (overlijden van de weduwe Louagie van Désiré Vandenbussche)
- 11.11.1919, afstand: Vandenbussche-Deprez Oscar, molenaar te Werken (notaris Tommelein)
Op het einde van de 19de eeuw was Désiré Vandenbussche er molenaar. Hierdoor werd de molen in de volksmond bekend als "Bussches molen".
In oktober 1914 ontsnapte Bussches molen op het nippertje als enige windmolen te Werken aan de vernieling van de Duitsers, die de molen op hun doortocht probeerden in brand te steken. De Duitse poging om de molen in brand te steken, bij hun intocht bij het begin van de Eerste Wereldoorlog, mislukte. Op dat ogenblik runde de weduwe van molenaar Désiré Vandenbussche het molenaarsbedrijf. Tijdens de oorlog bleef de molen in werking.
Als een wonder overleefde de molen het eindoffensief, maar toch was hij ernstig beschadigd. “Bussche’s molen” werd hersteld. Uiteindelijk werd hij in 1935 gesloopt: de windmolen was al enkele jaren niet meer gebruikt en er drongen zich opnieuw herstellingskosten op. Hij werd vervangen door een mechanische maalderij. De laatste eigenaar was Oscar Vandenbussche, Aloïs Devriendt uit Bovekerke was de laatste molenaar.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Literatuur
Lieven Denewet, "Hoe Bussches molen van Werken de eerste wereldoorlog overleefde", in: Molenecho's
Eddy Vansteenkiste, "De molens van Werken", in: Jaarboek heemkundige kring "Crekel Beke" Kortemark, 1990, p. 127-137.
J. Demarée, T. Denoo, A. Desmytter, W. Messeyne, S. Vanhove, "Couchezmolen, molenmuseum, leidraad", Kortemark, s.d.
Christiaan Debusschere, "Molengemeente Kortemark", Kortemark, Molen Magazine, 2003, 260 p.
Herman Holemans, "West-Vlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 8. Gemeenten V-Z", Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2005.
Rogier Crevits, "Menschen van te lande. Over Leven en Werken tussen Diksmuide en Kortemark 1840-1940", Veurne, De Klaproos, 1992, p. 41-45.