Bocholt, Vlaanderen, Limburg
- Naam
- Achterste Luysmolen
- Ligging
- Luysenweg
3950 Bocholt
op de Abeek
nabij de nog bestaande (Voorste) Luysmolen
kadasterperceel B871
Vlaanderen - Limburg
- Gebouwd
- 1515 / 1586
- Verdwenen
- ca. 1580 (oorlog) / 1913, veranderd in landgebouw / 1926, sloop gebouw
- Type
- Onderslag watermolen
- Functie
- Volmolen, later oliemolen
- Bescherming
- niet,
- Database nummer
- 2614
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Achterste Luysmolen was een watervolmolen op de Abeek, niet van de nog bestaande (Voorste) Luysmolen.
Hij werd in 1515 opgericht als een volmolen, maar werd later omgevormd in een oliemolen.
Na de verwoesting tijdens de Troebelen gebeurde voor 1586 een heroprichting door meester Paulus Bosmans-Boonen, die in dat jaar meier was van Helchteren.
Na zijn dood in 1619, verhieven zijn kinderen Paulus jr., Anna, Caherina en Reynier Bosmans de goederen, waaronder de Achterste Luysmolen, voor de schepenbank van Bocholt.
Ze verkochten de watermolen in oktober 1620 aan Peter Hex-Teskens. Na een verdere verkoop aan Symon Segmans, verkreeg hogergenoemde Reynier Bormans procuratie waardoor hij zijn vierde deel in de molen kon verheffen en voor zijn deel 733 florijnen kon opstrijken.
Eigenaars na 1830:
- voor 1844, eigenaar: Boonen Frans, landbouwer te Bocholt
- 1845: en kinderen
- 1869, erfenis: Boonen Hendrik, Hubertus, Mathijs en Anna-Catharina, landbouwers te Bocholt
- 1881, verkoop: Boonen Hendrik,, Mathjijs en Anna-Caharina, landbouwers te Bocholt
- 1891, testamaent: a) Boonen Hubert, Mathijs en Johanna (voor 5/6), b) Boonen Jan (voor 1/6)
De Bestendige Deputatie van de provincie Limburg keurde op 29 september 1848 de vastgestelde pegelhoogte van 0,600 meter goed. De toenmalige eigenaar was Frans Boonen.
De molen werd in 1913 omgevormd in een landgebouw dat in 1926 werd gesloopt
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Aanvullende informatie
Mailbericht Wiel Luys, 04.09.2018; 08.10.2018.
Ik ben een boek aan het schrijven over de familie Luijs.
Deze is gerelateerd aan de Achterste en Voorste Luysmolen in Bocholt.
Hierbij heb ik ook de gichten van de schepenbank van Bocholt in Hasselt geraadpleegd.
Literatuur
Lieven Denewet, "Volmolens in Vlaanderen en Waals-Brabant. Deel 1. Geografische en chronologische inventaris", in: Molenecho's, jg. 1988 (themanummer)
Lieven Denewet, "Inventaris van de Limburgse watermolens met hun pegelhoogtes (1846-1849)", Molenecho's, 39, 2011, nr. 2
"De volmolen van Bocholt opgericht in 1515", in: De Belgische Molenaar, LXII, 1967, p. 325-326;
J. Molemans, "Toponymie van Bocholt", Leuven-Brussel, 1975;
Herman Holemans & Werner Smet, "Limburgse watermolens. Kadastergegevens: 1844-1980", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1985, p. 15;
Bocholter windmolens - Bocholter watermolens, Bokarelo, VII, 1990, p. 18-21.
H. Cuppens & W. Smet, "Limburgse watermolens; Molens op de Aabeek-Bosbeek en Itterbeek", Sint-Niklaas, 1980.
P. Maes, "De geschiedenis van Bree. De gemeente van de oudste tijden tot aan de Franse revolutie", 1952, p. 184.
Lieven Denewet, "Honderd bespookte molens in Vlaanderen. Een verzameling molensagen van de kuststreek tot het Maasland", Molenecho's, XX, 1992, nr. 2-3.
W. Smet & H. Holemans, Limburgse windmolens in heden en verleden, Nieuwkerken-Waas, Ten Bos / Studiekring Ons Molenheem, 1981 (de gegevens aldaar over de Windmolen op de Luys hebben betrekking op de Achterste Luysmolen; er bestond immers geen windmolen op de Luys).
Mailberichten
Wiel Luys, 04.09.2018, 08.10.2018.