Reninge (Lo-Reninge), Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Naam
- Reningemolen
- Ligging
- Molenhoek 2
8647 Reninge (Lo-Reninge)
hoek Molenstraat
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1512
- Verdwenen
- 1903, sloop
- Type
- Staakmolen met open voet
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- niet,
- Database nummer
- 2331
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
Naam
Reningemolen (naar de dorpsheerlijkheid); Princemolen (naar de heer van Reninge, die ook Prins van Izegem was)
Vermeldingen:
Jooris de Hane hout in pachte de muelen van Renyn[ghe] voor XVI £ groo[te]n compt XIX £ IIII sch. (1555); ligghende zuut vande Renyngmuelen (1615); recht west van[de] Renyngmuelen (1615); ligghende ter Renyngmuelene (1615); den renynghemeulen (1716), Renijnghmolen (1769), Reninghe Meulen (ca. 1775); Ouden Reningh molen (1784); Reninghe Molen (1800); renijng-molen (1818); Reningemolen (1826); Reninghe-molen (1843); Reninge Molen (1850); Reninghe-molen (1877); Princemolen (1893).
Type
Staakmolen. Tweezolder. Ernaast een rosmolen (gebouwd vóór 1784, bestond nog in 1893).
Functie
Korenmolen.
Ligging
Molenhoek 2, hoek met de Molenstraat, bewoond door Joost Castryck en Sabine Sticker (voorheen: René Castryck en Cecile Decaesteker; voorheen André Castryck en Maria Dufloo; voorheen - sinds 1913 - Camiel Castryck en Romanie Vandewalle). Kadasterperceel sectie D nr. 266 (windmolen), nr. 263 (rosmolen).
Oprichting
De oudste molen van Reninge: zeker vóór 1512, maar wellicht reeds veel vroeger. De huidige Molenstraat werd toen al vermeld als Muelenwech.
Eigenaars en molenaars
Tot het einde van het Ancien Regime was de molen in het bezit van de opeenvolgende heren en vrouwen van de heerlijkheid Reninge.
Molenaar in 1555 was Joris de Hane.
Cornelius vanden Bussche, gehuwd met Jacoba Pattyn, was er molenaar rond 1700. Ze hielden een knecht en een dienstmeid. In 11 jaar tijd werden er 9 kinderen geboren Zijn broer Gregorius, gehuwd met de zus van zijn vrouw, draaide op de Hoflandmolen te Reninge.
In 1815 werd de molen gehuurd door de toen reeds 68-jarige Petrus Jacobus Gheldof, gehuwd met de veel jongere (49) Cecilia Dorothea Dewinter. Karel Derro, 49 jaar en afkomstig van Varsenare, werkte er als molenaarsgast.
Eigenaar-molenaar in 1834 was Karel Ghyselen.
In 1873 werd de molen verkocht aan molenaar Désiré Xavier Verfaillie (Reninge, 1833-1885), gehuwd in 1871 met Amelia Fidelia Berten (Reninge, 1834-1872) en in 1876 een tweede maal met Rasalie Santy (°Handzame 1818). Désiré was de zoon van Pieter Francis Verfaillie-Vanwonter-ghem, molenaar op de nabije Hoflandmolen.
Molenaar Placide Gheldof (Reninge 1840 - Elverdinge 1910), gehuwd met Mathilde Pharaïlde Castel (Kemmel 1859 - Brielen 1939), kocht de molen in 1886.
In 1893 liet Placide Gheldof de molen, de boerderij en zaailand (2 loten, samen 3 ha. 10 a. 75 ca.) openbaar verkopen in herberg Het Boerenhol in de Vanden Peerenboomplaats te Ieper. De hoogste bieder bij de instel (14 juni) was landbouwer Matheüs Soenen met 10.500 frank. Bij de overslag (28 juni) werd hij echter overtroefd door rentenier Charles Louis Verbrigghe uit Zuidschote die 13.000 frank bood. Deze handelde in naam en voor rekening van Louis Domien Verbrigghe (Westvleteren 1803 - Reninge 1894), landbouwer in Noordschote. Bemerk zijn zeer hoge leeftijd bij de aankoop: 90 jaar! Louis was gehuwd met Catharina Theresia Bailleul (†1862) en een tweede keer in 1863 met Sophia Amelia Louwaege (Reninge, 1831-1911). Een jaar na de aankoop overleed hij. Zijn weduwe en kinderen Henri, Sylvie en Isidore werden de laatste eigenaars.
Henri (†Reninge 1913) was de laatste molenaar; broer Isidore werd landbouwer in Zuidschote.
Feiten en gebeurtenissen
Molenaar Joris de Hane betaalde rond 1555 jaarlijks 16 ponden groten huurgeld. Daarnaast huurde hij ook nog, van twee andere eigenaars, 3 gemeten 7 linies (2,4 ha.) akkerland.
In 1700 betaalde de eigenares, de Vrouw van Reninge (tevens Prinses van Izegem), geen windgeld.
In de 18de eeuw verzette zij zich zeer heftig tegen de oprichting van nieuwe windmolens te Reninge, omdat ze concurrentie vreesde (zie onder Pijpegalemolen en Plaatsmolen). Zij haalde telkens haar slag thuis.
De kadasterdiensten rangschikten de molen in 1834 als windkorenmolen 1ste klas en begrootten hem op 228 frank.
Naast de molen stond reeds in 1784 een assecot of roskot (rosmolen).
Het molenaarshuis "het Princemolenhof" (Molen-hoek 2) uit de tweede helft van de 19de eeuw is een geelbakstenen volume van anderhalve bouwlaag onder zadeldak.
Verdwijning
Gesloopt in 1903: de concurrentie met de mechanische maalderijen was te groot geworden (zie onder "Hoflandmolen"). Na de sloop van de molen bleven de kinderen van Louis Verbrigghe actief als landbouwers: Henri overleed in 1913, Sylvie bleef ongehuwd en Isidore vestigde zich als landbouwer te Zuidschote. Sylvie en Isidore Verbrigghe verkochten de boerderij (3 ha. 10 a. 75 ca.) op 17 juni 1913 aan Camille Castryck-Vandewalle voor 16.250 frank. De (nu verdwenen) herberg De Oude Reninge-molen op de hoeve Bossaert aan de overzijde herinnerde nog een tijdlang aan de eeuwenoude windmolen.
De hoeve het Princemolenhof met de vroegere molenaarswoning bestaat nog en is ogenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed. Het gebouw dateert uit de tweede helft van de 19de eeuw, Het is een geelbakstenen volume van anderhalve bouwlaag onder zadeldak. Vernieuwd schrijnwerk. Ten oosten van het erf staat de laat 19de-eeuwse roodbakstenen schuur. Verder zijn er recentere nutsgebouwen.
Lieven DENEWET Hooglede
Literatuur
Lieven Denewet, "Van drijvers of ketsers - Molen te Lo-Reninge, Molenecho's - Vlaams tijdschrift voor Molinologie XXXIV, 2006, 2, p. 61-164.
Personen
Joost Castryck en Sabine Sticker (huidige bewoners)
Archieven
Algemeen Rijksarchief Brussel, Raad van Financiën, nr. 1884 (vermelding op molenkaart van 1769); nr. 1929 (aanvraag oprichting nieuwe molen heerlijkheid Hofland, 1784).
Kerkarchief Reninge, Bundels testamenten, schenkingen, fundaties. Testament van pastoor Christiaen De Lohem, 1716.
Kerkarchief Reninge, Terrier deze k[erc]ke goederen van Renynghe dAnno 1615, f° 21, 34; 42v°.
Notariaat Patrick Donck, Reninge. Verkoopakte 28 juni 1893 (verleden voor notaris C. Duvettere te Ieper) en 17 juni 1913 (verleden voor notaris Victor Pieters te Reninge).
Rijksarchief Brugge, Bevolkingsregisters 1814-1816 - Pollinkhove (uitgave: VVF-Brugge, dl. XXV, 1987, p. 58).
Rijksarchief Brugge, Modern Archief, 1ste reeks, nr. 551 (Statistique topographique, 1818).
Rijksarchief Brugge, Kasselrij Veurne, nr. 1189, f° 71v° (register van de tiende penning te Reninge, 1555).
Stadsarchief Veurne, Oud Archief, nr. 320. Volkstelling Kasselrij Veurne, 1697. Uitgave door H. Ronse (Handzame, 1973), p. 123.
Stadsarchief Veurne, Oud Archief, nr. 914. Volkstelling Kasselrij Veurne, 1701 (met opgave van de Cnaepen en Meiden). Uitgave door J. Cailliau (VVF-Brugge, 1983°, p. 13).
Stadsarchief Veurne, Oud Archief, Aangifte van het Molenbestand in de Kasselrij Veurne op last van luitenant Portes op 22.03.1700.
Gedrukte bronnen en kaarten
Carte Maillart (1800).
Atlas der Buurtwegen - Reninge (ca. 1843).
Carte Guerre (1877).
Gemeente Reninghe. Oorspronkelijke Kadastrale Legger... (a.w.)
HOUZEAUX, Tableau d'assemblage de la commune de Reninge (...) terminé sur le terrain le 19 décembre 1820 (kadasterplan, privaat archief).
Kabinetskaart van de Oostenrijkse Nederlanden (Ferraris), ca. 1775.
Kaart Vander Maelen, ca. 1850.
Kadastrale kaart van Reninge, door P.C. Popp, 1840.
Onuitgegeven studies
R. ANNOOT, De Molens..., p. 45.
Stamboom van de familie Verfaillie, opgemaakt door André Verfaillie uit Niedernai (F) en Christian Syryn uit Elverdinge, ons bezorgd door Luc Verfaillie uit Kessel-Lo en Luc Verfaillie uit Izegem.
Literatuur
J. CAILLIAU, Het molenbestand in de Westhoek in 1700, Molenecho's, XIII, 1985, p. 172-178.
A. DAWYNDT, a.w., p. 130.
K. DE FLOU, a.w., X, 1930, kol. 904 (Muelenwech); XIII, 1932, kol. 493 (Reningemolen).
N. FAVOREL, ‘Zantingen'. Delen 48-50. I. Een terrier van Reninge uit 1615. II. Het fort "De Knokke" te Reninge, [Zuidschote], 1987, p. 11, 42, 49.
N. FAVOREL, "Zantingen". Delen 51-53. 2. Testamenten, schenkingen, fondaties 1667-1843, [Zuidschote], 1987, p. 113.
N. FAVOREL, "Zantingen". Delen 39-41. Een oud parochieboek van Reninge. Inventaris van de familienamen (1679-1729). Loots-Wysterlant, Reninge, 1987, p. 304-306.
J.J. GOSSELIN, Alphabetische Naamlijst der Gemeenten en derzelver onderhoorigheden, uitmakende het koningrijk der Nederlanden..., Amsterdam, 1826, 8°, p. 412.
H. HOLEMANS, West-Vlaamse..., VI, p. 41.
R. LAMPAERT, a.w., p. 47, 243.
J. VANACKER, De heerlijkheid van Reninge in Reninge en Woesten omstreeks 1500, in: Biekorf, LXXXVI, 1986, p. 344-357.
Vanneste P. m.m.v. Missiaen H., Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Lo-Reninge, Deelgemeenten Lo, Noordschote, Pollinkhove en Reninge, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL14, 2005. p. 222-223.