Erpe (Erpe-Mere), Vlaanderen - Oost-Vlaanderen
- Naam
- Vander Biestmolen, Molen Vander Biest, Molen aan het Dorp
- Ligging
- Dorpsstraat 1
9420 Erpe (Erpe-Mere)
oostzijde
400 m W v.d. kerk
op de Molenbeek of Ter Erpenbeek
kadasterperceel C31
Vlaanderen - Oost-Vlaanderen
- Geo positie
- 50.934528, 3.973873 (Google Streetview)
- Eigenaar
- Jan Vermeir
- Gebouwd
- Voor 1638
- Type
- Bovenslag watermolen
- Functie
- Korenmolen
- Kenmerken
- Natuur- en bakstenen gebouw, dwars op de waterloop
- Gevlucht/Rad
- Metalen bovenslagrad, diameter 2,30 m.
- Inrichting
- Drie steenkoppels, cilindermolens, gietijzeren overbrenging
- Toestand
- Gebouw matig, restant rad
- Bescherming
- niet,
Niet beschermd, wel beschermingswaard - Molenaar
- Jan Vermeir
- Openingstijden
- Op aanvraag, tel. 053 80 53 54 (J. Vermeir), e-mail: janocvermeir@hotmail.com
- Database nummer
- 1274
- Ten Bruggencatenummer
- 03418
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Van der Biestmolen (genoemd naar de molenaars Van der Biest uit de 20ste eeuw) is een korenwatermolen met een metalen bovenslagrad op de Molenbeek of Ter Erpenbeek, aan de oostzijde van de Dorpsstraat (nr. 1), op de hoek met de Oudenaardsesteenweg, op 400 meter ten westen van de kerk van Erpe.
De watermolen werd voor het eerst vermeld in 1638, als een korenmolen in het bezit van Jan de Witte.
Louis de Waepenaert was de eigenaar in 1783. Hij verzette zich tegen de aanvraag van Louis van den Bruele op 30 november 1783 voor de oprichting van een korenwindmolen in Erpe (Dorpsstraat 172, zie aldaar).
We zien hem afgebeeld, maar telkens zonder benaming, op de Ferrariskaart van ca. 1775, in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842), op de topografische kaart van Vandermaelen (ca. 1850) en op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1860).
Eigenaars:
- 1638, eigenaar: Jan de Witte
- 1783, eigenaar: Louis de Waepenaert
- voor 1834, eigenaar: Grant Othon Constant, kapitein te Gent
- later, erfenis: de erfgenamen (waaronder de Moerman d'Harlebeke Leon Mathieu Ghislain) (overlijden van Othon Grant)
- 29.11.1879, verkoop: Schellaert-Vermassen Pieter, de weduwe en de kinderen (notaris Fraeys)
- 29.08.1885, deling: Coppens-Schellaert Jan-Baptist, landbouwer te Erpe (notaris Breckpot)
- 29.05.1890, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Jan-Baptist Coppens)
- 07.05.1892, deling: de weduwe (notaris Eeman)
- 08.07.1899, erfenis: Van der Biest-Coppens Gustaaf (bijgenaamd Emiel), molenaar te Erpe (overlijden van de weduwe Schellaert van Jan-Baptist Coppens)
- 16.11.1930, afstand: Van der Biest-De Mil Achilles Gustaaf, molenaar te Erpe (notaris Meert)
- 16.06.1960, erfenis: en de kinderen (overlijden van vrouw De Mil)
- 17.06.1986, verkoop: Vermeir-Loos Jan Oscar Clement Maria, handelaar te Erpe (notarissen Meert en Van Rossom)
In 1930 kreeg de behuizing een siergevel. Rond 1972 werd het maalrecht verkocht.
Deze installatie werd in 1900 ingebracht en stilgelegd in 1973. Gedurende de 20ste eeuw werden talloze mechanisatiepogingen ondernomen. Een stoommachine uit 1900 werd reeds in 1923 door een elektromotor vervangen. De moderne cilindermolens van O. Meyer & Cie uit Soleure uit 1939, aangedreven door deze elektromotor, bleven praktisch intact bewaard.
Van het metalen bovenslagrad (diameter 2,30 m) resteren nog enkel de verroeste velgen. In de jaren 1990 werd een nieuw rad gemaakt door leerlingen van het VTI. De molen is aan de waterkant goed zichtbaar van op de openbare weg en verdient, ook omwille van het nog aanwezige interieur (met de aantoonbare technische evolutie) een wettelijke bescherming als monument.
Eigenaar Jan Vermeir gebruikt nog steeds de elektrisch aangedreven haverpletter. De eigenaar leverde in 2016 een studie in bij de Vlaamse Watermaatschappij (VWM). Het binnenwerk is nog vrij intact en de eigenaar wil de molen op termijn bedrijfsklaar maken. Er wordt geopteerd om het sluiswerk in de toekomst hydraulisch te bedienen,
Bouwkundige en technische beschrijving
Watermolen op zandstenen onderbouw, waarboven baksteenmetselwerk met sporen van vlechtingen. Talloze verbouwingen, o.m. als gevolg van de mechanisatie sinds het begin van de 20ste eeuw. Interessante technische installatie. Van de oude molenuitrusting bleven nog een ijzeren geklonken bovenslagrad en drie koppels maalstenen op de verdieping bewaard; de overbrenging bevindt zich in een bakstenen knip (asput) met houten dekplaat op de kuipmuurtjes.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Aanvullende informatie
De Werkman, 5 dec 1890
Erpe. Op den watermolen was den meester Aimé Schellaert Zondag om zijn pintjes gegaan, t' huis alleen latende.
------------
In de Denderbode van 10 februari 1895 (1) stond een bericht te lezen over enkele zonen van mulder Van Der Biest te Erpe.
De watermolen was even beneden de kerk langs de Dorpsstraat gelegen. Tegenwoordig zit hij zowaar geprangd tussen de Dorpstraat en de doorgetrokken N46 naar Oudenaarde. Adolf, de zevende en jongste zoon van de molenaar was gaan “loten" naar Lede. In die dagen waren de Lotelingen zoals Concience ze beschreef nog jaarlijkse kost. Dit door de Franse bezetter ingevoerde selectiesystem voor den troep zou pas afgechaft worden in 1913. Voor de jongere lezer. Het systeem kwam er op neer dat je op een gegeven ogenblik werd opgeroepen om je naar een centrale plek te begeven waar je uit een draaitrommel (vergelijk het met een vroege voorloper van de lottotrommel) een nummer mocht loten.
Een laag nummer betekende voor vier jaar naar den troep, een hoog nummer betekende de vrijheid. Dat er voor en na de trekking een koehandel werd opgezet met die lootjes en dat daarbij pakken geld werden verhandeld, richting rijkeluiszoon naar arme boerenstakker is wat Concience ons verhaalt in zijn boek. In een artikeltje gepubliceerd in het driemaandelijks tijdschrift voor Heemkunde en Geschiedenis van Wetteren (2) uit 1993, nummer 3-4 van September-December lezen we in het vermoedelijke autobiografische verhaal van Casimir Vermeiren , dat een vrijkoop zowat 1600 franks kostte. Dezelfde krant waaruit we citeerden meldt op pagina 4 bij de Merktprijzen dat “een koppel viggenen 40 frank kost” en dat voor “3 kilo boter 5,94 tot 7,56 frank” moet betaald worden. Vrijkoop was dus een voorrecht voor wie geld had. In het krantenartikel lezen we over vrijkoop echter niets.
Wie er zich uitlootte wou dit zo snel als maar kon aan zijn thuisbasis laten weten. Internet en GSM waren toen nog veraf. Het artikel van Casimir Vermeiren verhaalt dat er ook lopers werden ingezet om het nieuws kond te doen aan de naastbestaanden; weer anderen zetten postduiven in.
In het geval van onze mulderszoon bevlagde, de waarschijnlijk bevriende, molenaar van Lede de wieken van zijn windmolen om een teken te geven. Bij Van der Biest, vier km verder, zagen ze dit teken en werd alles voor een feestelijke ontvangst in gereedheid gebracht. Het duurde dan nog een uur eer de gelukkige vergezeld van zijn broers met zijn nummer op de pet gespeld thuis arriveerde. Er wordt niet vermeld waar ze bij de watermolen stonden om helemaal tot in het buurdorp Lede te kunnen kijken. Mogelijks gbeurde dit vanaf de nabijgelegen motte (berg) bij het Erpse kasteel, wat verder langs de beek.
In die dagen liep er een klein wegeltje helemaal naar de Keiberg vanaf de molen. Je ziet er momenteel nog enkel het begin van bij de bocht in de huidige Molenbergstraat. De loteling zal samen met zijn broers, meer dan waarschijnlijk, langs daar gestapt zijn, op weg naar huis, via het Erps-kapelleken, door Leekauter naar het lager gelegen Horenbuts, om via de Gentweg de molenbeek te bereiken en deze volgend thuis aan te komen.
(1) Vrij onafhankelijk volksgezind orgaan van de Stad en des Arrondissements Aalst. Kostprijs 5 centiemen per nummer.
(2) tijdschrift voor Heemkunde en Geschiedenis van Wetteren , 1993, nummer 3-4 van September-December
Andere bronnen: Google maps, kaart Ferraris
Eddy DE SAEDELEER, Lede
Literatuur
Archieven
Rijksarchief Gent, Archief Raad van Vlaanderen - Correspondentie der Fiscalen, nr. 30.873. Zeer uitvoerig dossier; bevat o.m. een kleine situatieschets van Erpe-Mere (oprichting windmolen te Erpe, 1783)
Gedrukte bronnen
De Werkman, 5 dec 1890
Denderbode, 10.02.1895
Werken
Lieven Denewet, "Erpe-Mere: de grootste molengemeente in Vlaanderen!", in: Molenecho's, XXI, 1993, nr. 2, p. 72-87;
J. De Punt, "Erpe-Mere, molendorp", in: Verbond van de Kringen voor Heemkunde in Oost-Vlaanderen, 1999, nr. 2, p. 3 e.v.;
P. Bauters & R. Buysse, "De Oostvlaamse watermolens. Inventaris 1980", Gent, 1980, p. 47 (Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen. Bijdragen, nieuwe reeks, 11);
P. Bauters, "Oostvlaams molenbestand 1986", Gent, 1985 (Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen. Bijdragen, nieuwe reeks, 25);
"Inventaris van de wind- en watermolens in de provincie Oost-Vlaanderen naar gegevens van het Archief van het Kadaster. Eerste aflevering. De arrondissementen Aalst en Dendermonde", in: Kultureel Jaarboek voor de provincie Oost-Vlaanderen, XIV, 1960, 3 (Gent, 1962);
Herman Holemans, "Oostvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 2. Gemeenten D-E", Rotem, Studiekring Ons Molenheem, 1998;
Johan De Punt, "De watermolens te Erpe-Mere", in: Molinologie, Periodieke uitgave van TIMS-Nederland/Vlaanderen, nr. 14, 2000, p. 22-28, ill., krt.
"Werken aan de watermolens", Mededelingen van de Heemkundige Kring van Erpe-Mere, jg. 56, 2016, nr. 1, p. 47.
Persberichten
KMN, "Erpe. Renovatiewerken watermolen blijken moeilijke klus", Het Laatste Nieuws, 03.09.2015.
Mailberichten
Maarten Osstyn Adegem, 17.11.2014.