Watermolen aan de Diksmuidepoort
Ieper, Vlaanderen, West-Vlaanderen
- Naam
- Watermolen aan de Diksmuidepoort, Watermolen van Briel
- Ligging
- Diksmuidseweg 30
8900 Ieper
Watermolenbrug
800 m N van het centrum
op de Ieperlee
kadasterperceel A74
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1187
- Verdwenen
- 1885, veranderd in huis / 1914, oorlog
- Type
- Onderslag watermolen
- Functie
- Korenmolen, later ook oliemolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 4826
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Watermolen aan de Diksmuidepoort (vroegere stadspoort) of van Briel (deel van de Ieperlee, niet te vewarren met het dorp Brielen) was een watermolen aan de noordzijde van de Diksmuidseweg (nr. 30), aan de Watermolenbrug op de Ieperlee.
Het was aanvankelijk een grafelijke watermolen, die al in 1187 werd vermeld in de "Gros Brief" van Ieper.
Aanvankelijk was hij enkel ingericht om graan te malen, later ook om olie te slaan en vanaf 1861 was er tevens een houtzagerij.
In februari 1256 bekrachtigde Hugo de Aubengny (d’Aubigny), kastelein van Ieper en Belle, de verkoping, in zijn naam aan de stad gedaan, door Stalinus Medem, van twee watermolens: de ene te Brielen en de andere in het midden van de stad, bij de woonst van Guislain Scaf.
In september 1235 deed Hugo, graaf van Rethel en Mabilia, zijn "wijf" (echtgenote), kasteleine van Ieper, afstand ten bate van de stad Ieper, van al het recht dat hun toebehoorde aan de watermolen van Brielen.
In 1381 ontving de stad Ieper jaarlijks 8 ponden 12 schellingen parisis van deze molen: "Item vander watermuelene ten Bryelen, viij l. xij s. par."
Tot op het einde bleef de molen stadsbezit.
We zien hem aangeduid op:
- de Ferrariskaart (ca. 1775) als een dubbelmolen, met een getekend waterrad op de beide oevers van de Ieperlee.
- de Atlas der Buurtwegen (ca. 1845)
- de topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850) met de aanduiding "M(oul)in"
- de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855)
Zo liet de stad in hun gebruikelijke zittingplaats de "koorn-watermolen en het daerby gelegen gebouw dienende tot Oliestampen" op vrijdag 5 februari 1836, om 10 uur, verpachten De pachttermijn bedroeg 9 jaar - in te gaan op 29 juni van dat jaar - of 18 opeenvolgende jaren, indien de pachter binnen de 7 eerste jaren daar een "stoomwerk" plaatst. Dit alles volgens de pachtvoorwaarden die berustten in het stadssecretariaat en bij notaris Vandermeersch in Ieper.
De molen werd in 1875 verhuurd aan Charles Huughe-Six, fabrikant in bleekblauw, "op de Kaai", in "Yper-Watermolen". Hij liet advertenties plaatsen, onder meer in de Ieperse krant "De Toekomst" van 13 juni 1875. Daarin maakte hij bekend dat er bij hem grote hoeveelheden bleekblauw te bekomen zijn, zoals "Hemelsch Blauw, Cobal, Mineral, Outremer, enz.", die zeer goed zijn voor het behoud van het lijnwaad. Hij hoopte door de goede hoedanigheid van zijn koopwaar en de gematigde prijzen de gunst van eenieder te winnen.
De molen werd in 1885 opgeheven en omgevormd in een woonhuis, dat in 1914 werd vernield.
Lieven DENEWET
Aanvullende informatie
Redactie KW, “Voorstelling boek "Molens van de frontstreek" van John Verpaalen in Ieper”, KW, 15.11.2019.
John Verpaalen zijn nieuw boek "Molens van de frontstreek" werd donderdagavond voorgesteld in Ieper. Foto EF. Auteur John Verpaalen met zijn nieuwste boek.
In 1995 verscheen de eerste druk van "Molens van de frontstreek", een boek over de geschiedenis van de molens in de huidige gemeenten Ieper, Heuvelland, Mesen ,Langemark-Poelkapelle en Zonnebeke voor en tijdens...
Christophe Maertens, “Nieuw boek bundelt alle molens van de Frontstreek”, Het Laatste Nieuws, 15.11.2019.
Foto Henk Deleu Het boek ‘Molens van de frontstreek’ werd voorgesteld in het museumcafé in Ieper.
In het museumcafé van IFFM werd het boek ‘Molens van de frontstreek’ van John Verpaalen voorgesteld. Het werk handelt over de geschiedenis van de molens in de Ieperse regio en de vernietiging ervan tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Auteur Johan Verpaalen was vroeger docent geschiedenis op het Da Vinci College in Roosendaal en beroepsfotograaf. De Nederlander is bestuurslid van vzw Oostvlaamse Molens en redacteur van het tijdschrift Vlaamse Molens. In zijn boek ‘Molens van de frontstreek’ beschrijft hij het molenverleden van de Ieperse regio. In totaal waren er in de streek 140 wind- en watermolens, waarvan de helft al was verdwenen voor WO I. Bij het begin van de oorlog werkten de Duitsers bijna alle resterende molens tegen de vlakte. “Molens hadden een strategisch belang”, weet de auteur. “Ze konden dienen als mikpunt voor vijandelijke artillerie en werden gebruikt als uitkijkpost. Bovenop de kuip van stenen molens werden soms mitrailleurs of afweergeschut geplaatst.”
‘De Groote Oorlog’
Het boek verscheen in een eerste druk in 1995 bij uitgeverij De Klaproos. “Het boek was meteen uitverkocht”, klinkt het bij de voorstelling van het boek. “De vernieuwde uitgave is eigenlijk een nieuw boek.” De eerste druk telde 190 pagina’s, terwijl dat er nu 320 zijn. Ook het aantal afbeeldingen is fel toegenomen. “In de tweede druk komt de geschiedenis aan bod van verschillende molens die al voor 1914 uit het landschap verdwenen waren. Natuurlijk is ‘de Grote Oorlog’ nog altijd een belangrijk thema, alleen wordt de molengeschiedenis van de regio nu aanmerkelijk breder opgevat. Het grootste verschil zal de lezer bemerken bij het hoofdstuk over de stad Ieper. In een eerste druk bestond dat uit amper vier pagina’s, terwijl dat er nu negenentwintig zijn.”
Foto Henk Deleu. Het boek werd voorgesteld in het museumcafé.
Christophe Deconinck, “Nederlander gepassioneerd door de molens van de Westhoek en Heuvelland”, Het Laatste Nieuws, 28.05.2019.
De Nederlander John Verpaalen is dé expert bij uitstek over de molens die lange tijd het landschap van de Westhoek en Heuvelland domineerden. Na 24 jaar brengt hij een nieuwe versie uit van zijn ‘Molens van de frontstreek’.
De Nederlander John Verpaalen verdiept zich al decennialang in de molens die lange tijd het landschap van de Westhoek en Heuvelland domineerden.
repro Christophe Deconinck 'Molens van de Frontstreek' verscheen al in 1995, maar kende zo'n succes dat het boek in een mum van tijd uitverkocht was. Na 24 jaar komt er een langverwachte herdruk, met heel wat nieuw materiaal.
Ieper. In 1995 kwam het boek ‘Molens van de frontstreek’ uit. Vierentwintig jaar later is het boek een gegeerd goed geworden bij geschiedenisfreaks en blijft de vraag naar een herdruk groeien. Auteur John Verpaalen (67), wiens interesse voor de West-Vlaamse molens doorheen de jaren nog gegroeid is, bleef in loop van de jaren foto’s en verhalen bijeen sprokkelen, herwerkte zijn oude manuscript en brengt dit najaar een nieuwe versie uit.
De auteur stond tot voor kort in het onderwijs, in het College van Roosendaal, maar in zijn vrije tijd schreef hij het ene boek na het andere. Zo heeft al heel wat titels op zijn palmares staan, waaronder ‘De Bakkersmolen - van graan tot brood’, ‘Verdwenen Belgische Windmolens in oude prentkaarten’ en ‘Molens van het Hoppeland’.
Wij gingen polsen bij de Nederlandse auteur, naar zijn fascinatie voor de Westhoek. “Ik voel mezelf geen Nederlander, noch een halve Vlaming, maar eerder een Europeaan,” corrigeert hij. “Ik woon dichtbij de Belgisch-Nederlandse grens, dus in feite is Vlaanderen voor mij even dichtbij als Nederland. Mijn vrouw en ik trokken al vanaf onze eerste huwelijksjaren regelmatig naar West-Vlaanderen. Intussen ken ik de landkaart van Vlaanderen intussen beter dan die van Nederland. In De Westhoek kun je niet naast de sporen van ‘de Grote Oorlog’ kijken. Na de Eerste Wereldoorlog stond in de streek rond Ieper geen enkele molen meer overeind. De meeste waren al in het najaar van 1914 bij de opmars van het Duitse leger bruut onderuit gehaald. Zo’n molen is strategisch van groot belang, want ze werden als observatiepost gebruikt en dienden als mikpunt voor vijandelijke artillerie. Ik erger mij soms aan het feit, dat de geschiedenis van 1914-1918 in Nederland amper bekend is en ook weinig leeft. Als leraar geschiedenis is bij mij die belangstelling juist levensgroot. Wie zich verdiept in WO1, ontdekt al snel dat grote delen van De Westhoek gedurende die periode in een maanlandschap zijn veranderd waarbij tientallen steden en dorpen met de grond gelijk gemaakt zijn. Het is evident dat deze oorlog ook een groot verlies betekende aan cultureel erfgoed. Denk niet alleen aan de bibliotheek van Leuven, maar ook aan kerken, kastelen, hofsteden, begijnhoven en inderdaad ook molens. Voor deze laatste bouwwerken hadden de strijdende partijen extra veel belangstelling, maar dan vanuit strategisch oogpunt. Het was zaak om die molens zo snel mogelijk uit de weg te ruimen, zodat ze niet meer konden dienen als spionageobject. Ik kwam er achter, dat de meeste molens al vernield werden in de eerste oorlogsmaanden en dat alleen al in Vlaanderen naar schatting 440 molens zijn verwoest, een verbijsterend hoog aantal. Daarmee werd een geschiedenis die ruim acht eeuwen eerder in Vlaanderen zijn bakermat had, in één klap ongedaan gemaakt. Trouwens, er zijn tal van aanwijzingen dat de wind- of staakmolen is ontstaan in het Graafschap Vlaanderen in de jaren 1100 à 1200. Niet in Nederland dus en ook niet in het Midden-Oosten, zoals het bekende fabeltje van de Kruisvaarders wil laten geloven.”
De eerste druk had een oplage van 1050 exemplaren en was redelijk snel uitverkocht. Voor de herdruk wordt getwijfeld tussen 400 en 500 stuks, gezien het boek intussen al door honderd voorintekenaars werd besteld. Geïnteresseerden kunnen tot 1 juli voorintekenen op het nieuwe boek, door te mailen naar johnverpaalen@home.nl.
programma:
- Verwelkoming door Dimitry Soenen, schepen voor musea
- Alain Goublomme van Molenforum Vlaanderen
- John Verpaalen over de molens in de frontstreek
Muzikale omlijsting door leerlingen van de Academie Ieper o.l.v. Benny Barends, begeleid door Sabine Tamsyn.
Na de boekvoorstelling wordt u een drankje aangeboden
en is er mogelijkheid tot aankopen van het boek.
inschrijven:
kenniscentrum@ieper.be
057 239 450
Literatuur
Gedrukte bronnen
Le Propagateur, 27.01.1836, p. 4 (aankondiging verpachting)
De Toekomst, 13 juni 1875, p. 3 (aankondiging verkoop bleekblauw)
Werken
Diegerick Isidore, "Les moulins d'Ypres en 1381", Annales de la Société d'Emulation, XV, 1857-1861, p. 31-32.
Herman Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel III. Gemeenten H-J", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1995.
K. De Flou, Toponymie van Westelijk Vlaanderen..., Brugge, dl. XVII, p. 101-103.
M. Coornaert, Watermolens en Hilteweren in West-Vlaanderen", Jaarboek van de Geschied- en Heemkundige Kring De Gaverstreke, 1980, p. 45-53 (47).
Paul Huys, "Windmolens op de stadsvesten van Ieper anno 1620", in: Molenecho's. Vlaams tijdschrift voor molinologie, april-juni 1998, jg. 26, nr.2, p. 98.
Jan Dewilde, "Augste Böhm 1819-1891", Ieper, Stad Ieper, Dienst stedelijke musea, 2002, p. 143 (86).
Mailbericht
John Verpaalen, Roosendaal, 31.01.2015.
Gilbert Deraedt, Leidschendam, 09.02.2018.