Peter Somers, molenaar te Itegem, plaatste in 1816 een houten graanwindmolen aan de westzijde van de Mechelsesteenweg (nr. 204), nabij de Reepkenskapel, schuin tegenover de Lijsterbolstraat.

Kadastrale beschrijvingen:
- ca. 1817: "Il y a dans cette commune 4 moulins à vent; ils ne sont pas de la même produit; ils sont explotés par les propriétaires eux-mêmes et n'offrent d'autres points de comparaisons, que ceux que l'on peut tirer de la valeur locative que ces propriétés ont dans la province et des évaluations données dans les communes où  les opérations du cadastre ont été exécutées. Ces divers renseignements pris ont déterminé les évaluations à fixer pour ces moulins et leur division en trois classes. La première classe recevra l'évaluation brut de fr. 900 et nette de fr. 600; la deuxième classe brute de fr. 675 et nette de fr. 450 et la troisième classe brute de fr.525 et nette de fr. 350."

- ca. 1820: "een houten standermolen, hebbende eenen omgang en 2 paer moelnsteenen, welke niet gelijktijdig kunnen werken. Gunstig gelegen bij het dorp, in goede staet. In gebruik bij den eigenaar Somers".

Eigenaars na 1820:
- ca. 1820, eigenaar-molenaar: Somers Pieter Jozef, molenaar te Kontich
- 10.01.1837, verkoop: Segers Jean François, molenaar te Kontich (notaris Eliaers)
- 14.10.1867, verkoop: Van Put Jan-Baptist, molenaar te KOntccih (notaris Van Camp)
- 02.11.1875, verkoop: Michiels Corneille Florent, molenaar te Kontich (notaris Van Camp)
- 26.06.1883, verkoop: Gilles de Pelichy baron Philippus Ghislain Claire, eigenaar te Antwerpen (notaris Van Camp: "eenen eigendom met huis, stal, schuur en erf, graanwindmolen tegen den steenweg op Mechelen")
- 08.07.1890, verkoop: Spruyt-Ruytjens Pierre Jean, molenaar te Kontcih (notaris Van Dijck)
- later, erfenis: de kinderen
- 23.03.1897, verkoop: Schoesetters-Hellemans Petrus Alfons, molenaar te Kontich (notaris Van Dijck)
- 22.08.1904, verkoop: Van Elsen-Van de Perre Isidoor Polydoor, maaldersgast te Oelegem (notaris Van Dijck)

De Lijsterbolmolen brandde af op 29 september 1914.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

P.J. Goetschalckx, Geschiedenis der parochie Contich, Bijdragen tot de geschiedenis, nieuwe reeks, jg. XIV, Antwerpen, 15 oktober 1922, p. 1-29; nieuwe reeks, jg. XIV, Antwerpen, 15 juni 1923, p. 323-383.
P.J. Goetschalckx, Contich, Bijdragen tot de geschiedenis, jg. XIII, Ekeren, juni 1914, p. 273-288).
Kontich. Gemeentegids 1976, s.l., 1976.
Gemeente Kontich, Monografie en gids, Kontich, 1966.
R. Van Passen & J. Olyslagers, Kontich in oude prentkaarten, Zaltbommel, 1972.
R. Van Passen, Geschiedenis van Kontich, uitg. gemeentebestuur Kontich, 1964.
R. Van Passen, Molensprokkelingen, in: Molens in de provincie Antwerpen. Katalogus van de molententoonstelling te Boechout en Kasterlee, 1965.
R. Van Passen, Toponymie van Kontich, Gent, Vlaamse Academie voor taal- en letterkunde, 1962.
H. Holemans & P. Lemmens, Molens van Klein-Brabant, Mechelen en de Rupelstreek, Nieuwkerken-Waas, Ten Bos, 1987.
H. Thys, Molens in het arrondissement Mechelen, circa 1865-1870, in Heemkundig Handboekje voor de Antwerpse Kempen, Borgerhout, jg. 14, 1966, p. 3-14.
P. Lemmens, Molenoverzicht uit het arrondissement Mechelen van 1830 tot heden, Borgerhout, 1963. Overdruk uit het Heemkundig handboekje voor de Antwerpse randgemeenten, 1963, X, 4.