Rosmolen van de Zwinnebeekhoeve

Op de Zwinnebeekhoeve of de hoeve van Achiel Vermeire, thans Joseph Colpaert, aan de Ter Bieststrat 3, werkte destijds een roskorenmolen, type manege.
De rosmolen werd na 1900 gebouwd en verdween voor 1940.

Lieven DENEWET & Ronny VANDAELE

Over de Zwinnebeekhoeve (Patricia Van VLaenderen, Agentschap Onroerend Erfgoed, 2012)

Achterin gelegen hoeve, wordt samen met nummer 5 de Zwinnebeekhoeven genoemd wegens hun ligging nabij de Zwinbeek. Staat afgebeeld op de Ferrariskaart (1770-1778) binnen een gedeeltelijk omwald, vierkant perceel aan de westkant afgebakend door de Zwinbeek. Wordt vermeld in een document van 1801. Zelfde configuratie op de Atlas der Buurtwegen (1842) en ongeveer zie huidig.

Gedeeltelijk omwalde hoeve met losse bestanddelen in bruingele, verankerde baksteen onder zadeldaken (Vlaamse pannen) toegankelijk via een geasfalteerde oprit. Het erf is deels verhard en bekiezeld en deels omgevormd tot tuin. Woonhuis op L-vormige plattegrond ten zuiden van het erf. Het twee traveeënbrede opkamergedeelte rechts heeft witbepleisterde gevels. Aangepaste muuropeningen, oorspronkelijke deuropening met geblokte omlijsting in gesinterde baksteen. Aanpalende stalling heringericht als woning en met aangepaste muuropeningen. Ten oosten van het erf een schuur met dubbel wagenhuis, de traveeën zijn afgescheiden door steunberen. Gedeeltelijk witbepleisterde gevel, rechthoekige en segmentboogvormige poortopeningen. Voorts bedrijfsgebouwen zonder specifieke kenmerken. Rechts van het erf bevindt zich een boomgaard.

Monteyne G., Vandaele R., Vlissegem een 1000-jarige geschiedenis: van Scamel Weeke tot SunParks De Haan, Beernem, 2006, p. 175, 208-209.
Holemans H., Rosmolens in West-Vlaanderen", Ons Molenheem, jg. 1995, nr. 2, p. 19-21 (niet vermeld).