Molenechos's Homepage Molenechos.org

Camerlyncks molen

Proven, Vlaanderen, West-Vlaanderen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
Camerlyncks molen
Ligging
Weggevoerdenstraat 22
8972 Proven
hoek met Molenwalstraat
2,7 km NW v.d. kerk
kadasterperceel A10
Vlaanderen - West-Vlaanderen
Gebouwd
1784
Verdwenen
1853 - 9 februari, storm / 1911, sloop
Type
Staakmolen
Functie
Korenmolen, oliemolen
Bescherming
niet
Database nummer
6681

Beschrijving / geschiedenis

Camerlyncks molen was een houten graanwindmolen in de Weggevoerdenstraat 22, op de hoek met de Molenwalstraat. Vroeger bekend onde de benaming Proosdijhoek, gehucht Molenwal, dichbij de grens met Roesbrugge-Haringe.

In 1783 vroeg Ignatius de Coene uit Brugge octrooi aan voor het bouwen van een graan- en oliewindmolen te Proven. Dat was tegen de zin van de reeds gevestigde Provense molenaar Pieter Joannes Coopman. Hij kreeg steun van talrijke parochianen die een petitie tegen de nieuwe molen ondertekenden. Ook de pastoor van Proven koos de zijde van Coopman. De Coene liet het er echter niet bij zitten. In een dertig punten tellend rapport haalde hij de argumenten van Coopman onderuit. Zo merkte hij fijntjes op: "Een weinig der mananten van de geseyde prochie die uijt vriendschap voor den opposant genegen, ende wannof hij een deel andersints in sijn faveur heeft weten te verlenighen met de selve uijt te coopen ende openbaerlyk in de herberghen te beschincken, soo men aen syne Ed.t met waerheyt vrymoedig deurft voorgeven, hebben op de Bede van hunnen tractant believen te adviseren dat d'Erectie van Eenen nieuwen molen op de prochie van Proven gheensints noodig en is...
Coene vervolgt: "Maer de partijdigheijt ende het effort die sij in den opstel ten faveûre van den actuelen molenaer hebben laeten manifesteren, springht voor d'ooghen".
De Bruggeling bracht ook zakelijke argumenten naar voren. Zo wees hij op het feit dat sedert 30 à 40 jaar de bevolking van West-Vlaanderen sterk was toegenomen en wel bijzonder in het Westkwartier.
Coopman trok inderdaad aan het kortste eind: het octrooi werd verleend op 18 augustus 1784.

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Boucry-Kockenpoo Franciscus, koopman te Haringe.
- 16.12.1848, erfenis: Boucry-Rycx Carolus Sérafin, eigenaar te Haringe (overlijden van Franciscus Boucry)
- 22.12.1866, verkoop: Camerlynck-Debruyne Désiré Amandus Leopoldus, landbouwer te Proven (notaris Capelle)
- 01.03.1901, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Désiré Camerlynck)
- 14.12.1902, efenis: de kinderen (overlijden van de weduwe Debruyne van Désiré Camerlynck)
- 17.01.1905, deling: Camerlynck Maria, kloosterlinge te Ieper (notaris Peel)
- 10.04.1910, verkoop: Camerlynck-Ryckewaert Pamphiel, handelaar te Proven.

De molen waaide om door de storm van 9 februari 1853. De drie aanwezige werklieden die zich in de molen bevonden bleven evenwel ongedeerd! We kunnen dit lezen in de "Standaerd van Vlaenderen", van 14 februari 1854: "Het onweder van 9 dezer maend, heeft, te Proven, den molen omgeworpen, toebehoorende aen de weduwe Boucry, eigenares te Haringhe. Gelukkiglyk is niet één der dry werklieden die zich op den molen in dit oogenblik bevonden, gekwetst geworden."

De staakmolen werd nog hetzelfde jaar herbouwd, waarbij vele materialen van de gevallen molen konden hergebruikt worden.

De molen werd in 1911 gesloopt. Er resteren nog gebouwen van het naderhand gevormde landelijk industrieel complex (zie bijlage): ze werden op 5 oktober 2009 vastgesteld als bouwkundig erfgoed.

Lieven DENEWET, John VERPAALEN & Herman HOLEMANS

Literatuur

Archieven
Algemeen Rijksarchief Brussel, Financiële Raad, nr. 1921.
- Igantius de Coene van Brugge bekwam octrooi om een graan- en oliewindmolen te mogen bouwen. Opposant Joannens Coopman, molenaar te Proven, 18.08.1784.
- Pieter Ghysel, inwoner van Proven, vraagt een korenwindmolen te mogen bouwen, 28.08.1784.

Uitgegeven bronnen
Standaerd van Vlaenderen, 14.02.1854 (41e jg., nr. 19), p. 2, kol. 1.

Werken
Ernest Leeuwerck, "Beelden uit 't verleden van Proven omstreeks 1905", Aan de Schreve, VII, 1977, 1, p. 1-6.
Lieven Denewet, "Ongevallen met West-Vlaamse molens - 23", Mededelingenblad Werkgroep West-Vlaamse Molens, 13e jg., 1997, nr. 4, p. 209.
W. Tillie, "Gemeenten die Poperinge groot maken. Proven, Krombeke, Reningelst, Roesbrugge, Haringe, Watou", Aan de Schreve, IX, 1979, 3, p. 20-28.
H. Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 7. Gemeenten P-R", Rotem, 2001.
John Verpaalen, Molens van het Hoppeland, Koksijde, 1997.
Ivan Top & Kristof Papyn, "Proven in de nevelen ter tijden", 2006.
Jozef Maes, "Proven, zijn molens en Sint-Viktor", De Belgische Molenaar, 22.10.1975.
Delepiere A.-M. & Huys M., Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kanton Poperinge, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11N2, Brussel - Turnhout, 1989.