Pottestraatmolen

De Pottestraatmolen was een houten korenwindmolen in de Pottestrat, ten zuiden van herberg "den Hoogen Doorn".

Hij werd reeds vermeld in 1452: "meulen in de potte-straete" (Stadsarchief Poperinge).
De molen wordt vermeld in het overzicht van de Poperingse molens uit 1461 waarop rente-inkomsten werden geheven.
In 1575 behoorde de molen toe aan de kerk en de abdij van Sint-Bertinus: "Anthonis Bernaert a cause de sa femme; sur le moulin étant assijs au Cornet d'Hamhouck nommé de Potestraetemoeln doit ..."

In 1695 was Jacques Scherrier molenaar. Zijn zoon Jacques bleef molenaar tot 1727 en diens zoon Frans tot in 1732. De Scherriers waren in een jarenlang geding gewikkeld tegen de abt van Sint-Bertinus, over het drijf- of ketsrecht.
In 1842 stond naast de windmolen een roskot om ook in windstille periodes te kunnen malen.

Eigenaars vanaf 1834:
- voor 1834, eigenaar: Ghellebaert-Leny Pieter Jacques, herbergier te Poperinge
- later, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Pieter Ghellebaert)
- 23.07.1841, verkoop: de weduwe (notaris Fraeys)
- 15.04.1842, verkoop: Lebbe-Decalf Ludovicus Antonius, molenaar te Poperinge (notaris Berten - graanwindmolen met roskot)
- 04.02.1869, verkoop: Debril-Croquette Franciscus, molenar te Poperinge (notaris Vandecasteele)
- 11.10.1882, verkoop: Spinnewijn Julius, molenaar te Poperinge (notaris Vandecasteele)
- 23.11.1894, verkoop: Debril-Croquette Franciscus, de weduwe, molenaar te Poperinge (notaris Lava)

De laatste molenaar was de weduwe van Frans Debril.

De staakmolen werd in 1896 gesloopt: in een akte van 14 juli 1896 wordt enkel nog de molenwal gemeld.

Lieven DENEWET, John VERPAALEN & Herman HOLEMANS

Archieven
Stadsarchief Poperinge nr. 244. 20 mei 1586 – Pottestraatmolen
Stadsarchief Poperinge, nr. 395. Renten. 20 november 1586 – De Potterstraatmolen.

Werken
Guido Vandermarliere, "Tijden van oorlog. De historie van Poperinge - Deel IX. Van 't jaar 1586 - tot in't jaar 1590", p. 25, 35, 93-94.
E. Leeuwerck, De watermolen en de 15 windmolens te Poperinge ten jare 1850, in: Aan de Schreve, I, 1971, 3, p. 26; 4, p. 8-9; II, 1972, 1, p. 14-16; 2, p. 25-29; 3, p. 19-21; 4, p. 28-30.
E. Leeuwerck, Poperingse molensprokkelingen, in: Aan de Schreve, VIII, 1978, 3, p. 30-32.
John Verpaalen, "Molens van het Hoppeland", Koksijde, De Klaproos, 1997.
Willy Tillie, Stefaan Cossey, Antoon Couttenye, "Terugblik, Oude straatgezichten in de hoppestad", Poperinge, Kring voor Heemkunde Aan de Schreve, 1983.
Cossey Stefaan en Tillie Willy, Groeten uit het hoppeland, Groot-Poperinge tussen 1900-1925", Poperinge, Kring voor Heemkunde "Aan de Schreve", 1994.