Molenhoekmolen

Der Molenhoekmolen was een  staakmolen op torenkot met oliestampkot in de stenen onderbouw. Hij stond aan het kruispunt Sterrestraat – Molenstraat – Doornkouterstraat en de dreef die leidde naar de heerlijkheid ‘Brouckhof’.

Aanvankelijk stond op die plaats (op de hoeve Ignace Delva) een paardenoliemolen.

Op 3 maart 1777 kreeg Pieter Ignace Delva het octrooi van de Oostenrijkse keizern Maria-Theresia om zijn rosoliemolen om te bouwen tot een windolie- en graanmolen. Hij ondervond concurrentie vanwege Jan Soete uit Passendale. Deze vroeg op 7 juli 1777 het octrooi om binnen dezelfde heerlijkheid Acquet een graan- en oliewindmolen op te richten.

Op de Poppkaart (ca. 1860) zien we de benaming Stampkot Molen.

Op 10 juli 1851 was er een openbare verkoop van deze molen met afhankelijkheden en 4 are 80 centiare erf. Op dat ogenblik werd op de molen gemalen door Bruno Decapmaker.

De diverse Decapmaekers waarvan hier sprake zijn leden van de befaamde molenaarsfamilie die toen en later eveneens eigenaar waren van de Mosselmarktmolen te Passendale (zie aldaar).

Eigenaars:
- 1777, oprichting windmolen: Delva Pieter Ignace
- tot 01.10.1821: Decapmaker-Demoor Petrus Joannes (datum van zijnn overlijden)
- 01.10.1821, Decapmaker-Demoor Petrus Joannes, de weduwe en de kinderen (overlijden Petrus Joannes Decapmaker)
- 26.01.1851, erfenis: de kinderen (overlijden van Godelive Martha Rosa Demoor, weduwe van Petrus Joannes Decapmaker)
- 07.08.1851, verkoop (molen, afhankelijkheden en 4 a 80 ca erf): Decapmaker-Roelens Bruno Anselmus, die er reeds als molenaar werkte (notaris Christiaen).
- 18.02.1870, erfenis: de weduwe (voor vruchtgebruik + 4/18 naakte eigendom) en de erfgenamen van Bruno Roelens (notaris Christiaen - korenwindmolen op staken)
- 08.06.1893, verkoop: Decapmaeker-Vandenbulcke Charles Louis, olieslager te Passendale (notaris Deneckere).

De molen werd gesloopt in 1900: hij wordt niet meer vermeld in een akte van 13 juni 1900. De kabels waarmee hij werd neergehaald werden vastgemaakt aan de zware eiken in de dreef naar het ‘Brouckhof’.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Archieven
Algemeen Rijksarchief Brussel, Financiële Raad, nr. 1905.
- Octrooi ten voordele van Pieter Ignace Delva, inwoner van Passendale, na aanvraag, om een paardenoliemolen te mogen ombouwen tot een graanwindmolen, binnen de heerlijkheid Acquet, 03.03.1777.
- Verzoekschrift door Jan Soete, inwoner van Passendale, voor een octrooi om een oliegraanwindmolen op te richten binnen de heerlijkheid Acquet, 07.07.1777.

Werken
Jozef Maes, De Oude Windmolens van Passendale in: De Belgische Molenaar, LXIII, 1968, nr. 18, 23.
Gabriël Versavel, "Passendale en omliggende door de eeuwen heen", Het Zonneheem, XIV, 1984, 1, p. 5-16; 3, p. 2-14.
H. Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 7. Gemeenten P-R", Rotem, 2001.
Gabriël Versavel, "Passendale. Geschiedenis", Het Zonneheem, VII, 1978, nr. 2.
John Verpaalen, "Molens van de Frontstreek", Veurne, De Klaproos, 1995.