Molenechos's Homepage Molenechos.org

Oliemolen Rousseau

Roeselare, Vlaanderen, West-Vlaanderen

Verdwenen molen

Karakteristiek

Naam
Oliemolen Rousseau
Ligging
Ardooisesteenweg 6
8800 Roeselare
zuidoostzijde
hoek Sint-Hubrechtsstraat
kadasterperceel B nr. 1057
Vlaanderen - West-Vlaanderen
Gebouwd
voor 1829
Verdwenen
1896, onttakeld / 1937, sloop romp
Type
Stenen bergmolen
Functie
Oliemolen
Bescherming
niet
Database nummer
3734

Beschrijving / geschiedenis

De Oliemolen Rousseau was een stenen oliewindmolen, type bergmolen, aan de zuidoostzijde van de Ardooisesteenweg (nt. 6), op de hoek met de Sint-Hubrechtsstraat.

Hij werd voor 1829 gebouwd. We zien hem getekend in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842) met een rond grondoppervlak van een stenen molen, op de topografische kaart van Vandermaelen (ca. 1850) met de benmaing "Moulin à Huile" en op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1854).

Voor 1829 was hij in het bezit van Eugène Ameye en consoorten uit Roeselare. In 1836 gebeurde de verkoop aan Hendrik Rousseau (olieslager te Roeselare), Barbara Rousseau en anderen.
Op 19 november 1859 erfden Hendrik Rousseau (olieslager te Roeselare) en Felix Ghyselen (koopman te Roeselare) de molen.
Reeds in 1863 werd een stoommachine toegevoegd, zodat melding wordt gemaakt van een "oliestoommolen".
Na het overlijden van Henricus Rousseau in 1874 werd Felix Ghyselen de enige eigenaar. Daarna volgde Charles Louis Sabbe, handelaar te Rumbeke. Bij akte verleden voor notaris Vandeputte op 5 februari 1885 gebeurde een verkoop aan de weduwe van Pieter D'Heedene-Van Gheluwe, handelaarster te Roeselare.
In 1888 werd een nieuwe stoommachine toegevoegd voor de "stoomraapkoekmolen".
Na het overlijden van de weduwe D'Heedene werd de molen op 18 december 1894 verkocht aan Victor René Cauwe-Lambert, brouwer te Roeselare (notaris Wyffels).

In 1896 werd de molen, die van zijn wiekenkruis was ontdaan, beschreven als magazijn.
Bij akte verleden voor notaris Bossuyt op 30 juli 1922 kwam de molenromp bij deling toe aan Henri Jules Lambert-Cauwe, ingenieur te Roesleare. Zijn weduwe en kinderen erfden de molen in 1927.
De molenromp bleef in gebruik als werkhuis, maar werd in 1937 gesloopt.

Lieven DENEWET

Literatuur

Archieven en landkaarten
- Ferrariskaart (ca. 1775)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1842)
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1854)

Werken
- Denys Désiré, Toponymie van Roeselare, Roeselaars plaatsnaamkundig woordenboek, Kortemark-Handzame, 1982.
- Dochy B., Geschiedenis van de Stad Roeselare vanaf de oudste tijden tot heden, s.l., 1949.
- Holemans Herman, Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 7. Gemeenten P-R, Rotem, Studiekring Ons Molenheem, 2001.
- Geert Hoornaert, Molens op Krottegem, in: Krottegem, de wijk van "Over-Statie", Roeselare, 2001, p. 18-20.
- Geert Hoornaert, De stampkotmolens langs de Spanjestraat in de 16de en 17de eeuw, Rollarius (Roeselare), XXIX, 2000, nr. 6.
Jozef Huygebaert, Ferdy Callewaert & Pol Dejonghe, Geschiedenis van de Onze-Lieve-Vrouweparochie te Roeselare: 1892-1973, Roeselare, 1974.

Persberichten
- A. Denys, De verdwenen windmolens van Rousselare, in: De Rousselaarsche Bode, 09.03.1935.