Moulin d'Argenteuil - I

De Moulin d'Argenteuil is een standaardmolen die in 1794 gebouwd werd in Marcq als een schorsmolen door Jean-Baptiste Van den Borre, meester-molenmaker te Edingen. Later werd er graan gemalen.

Landbouwer Prosper Derome uit Ohain kocht de molen aan en verplaatste hem in 1871 naar Ohain (Chaussée de Louvain 554, nabij de kerk van Argenteuil).

Opeenvolgende eigenaars:
- 1871, opbouw: Derome Prosper, landbouwer te Ohain
- 22.11.1886, verkoop: a) Derome-Mathy Nicolas, landbouwer te Ohain en b) Derome-Cuvelier Eugène, bediende te Elene (twee zonen van Prosper Derome)(notaris Stevenart)
- 05.10.1890, verkoop: Bogaerts-Van Eyck François, landbouwer te La Hulpe (notaris Stevenart)
- 27.01.1920, verkoop: Bogaerts-Derome Henri (zoon van François), landbouwer en laatste molenaar, te Ohain (notaris Stevenart)
- 31.01.1961, erfenis: de weduwe (overlijden van Henri Bogaerts)

De molen werkte nog tot 1931.

Na de tweede wereldoorlog geraakte de molen erg in verval.

De weduwe van Henri Bogaerts verkocht de molen in 1959 aan baron (later graaf) Paul de Launoit, die hem in 1962 liet herstellen en overbrengen naar zijn huidige standplaats (rue du Coq 40), meer bepaald naar de "ferme d'Argenteuil". De heropbouw werd uitgevoerd door de molenbouwers Peel uit Gistel.

Deze verplaatsing gebeurde kort nadat de vroegere Belgische koning Leopold III en zijn gemalin Liliane Baels hun intrek hadden genomen in het kasteel van Argenteuil. De molen staat dicht bij het domein (sinds 2004 in het bezit van zakenman Jean-Marie Delwart), vandaar de molennaam.

Zie verder onder: Ohain, Moulin d'Argenteuil - II

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Herman Holemans, Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 7: arrondissement Nijvel (F-O), Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 1998, p. 68-69.
M.A. Duwaerts e.a., De molens in Brabant, Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961, p. 70.
Lieven Denewet, De onbekende staakmolen met het luifeltje op de zijweeg: die van Galmaarden, in: Levende Molens, jg. 9 (1987), nr. 5, p. 32. [De auteur interpreteert de plaatsnaam Gaillemarde, gedrukt op de keerzijde van een prentkaart uitgegeven door L.A.B., als een gebrekkige vertaling van Galmaarden (Frans: Gammerages): Gaillemarde is echter de naam van een gehucht van Ohain).]
Françoise Bertels, Le moulin d'Argenteuil, Lasne Nature, VIII, 1997, n° 29 (mars), p. 10.
Lucien Gerke,"Waterloo. Ces noms sur des plaques bleues au coin des rues... Rue du Coq (85), Waterloo info, n° 972, 07.12.2006, p. 4.
G. Bavay, Inventaire, p. 368.
Anne-Marie de Villers, Mille ans d'Ohain, 1964, p. 8.
Joëlle Burny, Balade champêtre à la (re)découverte des vieux moulins du Brabant wallon, Le Soir, 15.09.1989.
Simone Velle, "Le moulin d'Argenteuil ... ou l'itinéraire d'un moulin-voyageur", s.l., Simone Velle, 2013, 104 p., ill., 30 cm.
Cercle de généalogie et d'histoire de Lasne, "Ohain en cartes postales anciennes".
Louis Evrard, "Les rues de Lasne", 1987.
"Histoire. Cercle d'Histoire & Généalogie de Lasne. 2. Le moulin d'Argenteuil", La Vie à Lasne, n_ 130, déc. 2013, p. 70.
Benoît Mihail, "lettres de son moulin", inforevue magazine, 2013, n° 4, p. 7.
"Le Moulin d’Argenteuil, rue du Coq à Ohain (Lasne)", facebook.com/pg/Photos-Reportages (04.12.2016)