Molen Borra
Proven (Poperinge), Vlaanderen, West-Vlaanderen
- Naam
- Molen Borra, Provenmolen
- Ligging
- Molendreef
8972 Proven (Poperinge)
Proostdijhoek
700 m W v.d. kerk
kadasterperceel A629
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- voor 1500 / 1768
- Verdwenen
- 1929, sloop
- Type
- Staakmolen
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- niet
- Database nummer
- 2746
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
Borra's molen was een houten korenwindmolen aan de Molendreef. Oorspronkelijk werd hij de Provenmolen genoemd, als oudste windmolen van het dorp. De benaming Borra's molen kwam er pas nadat de familie Borra als laatste molenaars de molen betrok. De molen stond er al in de jaren 1500, want de inwoners van Roesbrugge moesten naar de Provenmolen komen om er hun graan te laten malen aangezien zij zelf nog geen korenmolen bezaten. De Molendreef werd al in 1688 vermeld.Molen Borra (naar de laatste molenaars) was een houten graanwindmolen in de Molendreef in de Proostdijkhoe. Hij werd voor 1500 gebouwd.
P.L Cuvelier, koster van Reningelt, schreef in zijn kroniek: “ Den 3den July 1739 wezende vrydag ‘savond quart na den nege uren, ben ik, Petrus Luducivicus, filius Louis Joseph, geboren tot Boesinge, den sone van Jan, ende Anne Catharina maerten filia Jan, van Poperinge O. L.V, geboren tot het selve Poperinge in de Watou straete, in het huys ende herberge vanden Gouden Appel: mijn peter was Pieter Joris Cuvelier, chyrurgyn tot Boesinge, mijn vaders broeder; meter Mary Catharine Maerten, myns moeders suster, huysvrouwe van Matheus Waeghemaecker, molenaer op den Proven molen.”
In 1768 gebeurde een heroprichting, blijkens een inscriptie in de standaard: “ Deze molen is gemaeckt door my Louis bogaert 1768“. De molen staat met een bruin molenteken (dus een houten constructie) aangeduid op de zgn. Ferrariskaart van ca. 1775.
Molenaar Joannes Coopman verzette zich tegen de aanvraag in 1784 door Pieter Ghysel, brouwer en herbergier te Proven, voor de oprichting van een korenwindmolen in Proven. Hij wist zich o.m. gesteund door een petitie waarop o.m. ook de pastoor van Proven tekende. Ze beweerden daarin dat de molenaar "niet capable en is van ten vollen syne sgulden te conen betaelen, ende alsdan door de Erectie van den nieuwen molen niet en sal konnen met vrouwe ende kijnderen subsisteeren". Ook verdacht men Pieter Ghysel er van dat de nieuwe molen niet door hemzelf zal worden gebouwd "maer door anderen vremden persoon ende mogelycx soude het connen voorenvallen dat deze Erectie soude gebeuren door eenen persoon van vremde dominatie, die de prochie in toekomende in lasten soude bringhen..." Die andere persoon was Ignatius de Coene uit Brugge, die op 18 augusuts 1784 - dus amper tien dagen eerder - blijkbaar ook het octrooi bekomen had, voor de bouw van een graan- en oliewindmolen in Proven. Allerhande intriges dus!
De andere molen kwam er toch, bij octrooi verleend op 28 augustus 1784 aan Pieter Ghysel (zie onder Proven, Ryons molen).
Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Lefever Andries, de weduwe, molenarin te Proven
- 17.02.1842, erfenis: Lefever-Luyce Angelus Franciscus, molenaar te Proven (overlijden van de weduwe van Andries Lefever)
- later, efenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Angelus Lefever)
- 05.10.1876, erfenis: de kinderen: a) Lefever Seraphin François, molenaar te Proven en b) Lefever Edouard François, molenaar te Prroven (overlijden van de weduwe Luyce van Angelus Lefever)
- 05.10.1894, verkoop: (van de grond en de onroerende werken) Verbeke-Delbeke Pierre Charles Louis, de weduwe, rentenierster te Poperinge (notaris Devos - de draaiende werken behoren Ryon Henri toe)
- 30.05.1906, erfenis: (van de grond en de onroerende werken) Verbeke-Vandromme Achiel, verzekeringsopziener te Proven (overlijden van de weduwe Delbeke van Pierre Verbeke)
- 27.07.1913, verkoop (van de grond en de onroerende werken): Borra-Defever Jeroom (Jerome Conelius), (°Beveren-IJzer 24.11.1878, +Proven 16.06.1957, gehuwd met Defever Louisa), molenaar te Proven (notaris Haeghebaert)
- 21.05.1921, verkoop: (van de grond en de onroerende werken) Verbeke-Houvenagel Joseph Cornil, zonder beroep te Proven (notaris Haeghebaert)
Naast de molen was het hoenderbedrijf Jozef Verbeke gevestigd. De molen en de omliggende gronden kwamen in handen van de familie Verbeke op het einde van de 19 de eeuw. Nadien werd Jerome Borra de laatste molenaar. De gebouwen worden nu gebruikt als kantoorruimte door de firma Eurofreez.
Op de inhuldigingsstoet van pastoor Comeyne op 17 januari 1926 reed er een wagen mee van de twee molenaars van Proven: Borra en Ryon. Het gedicht dat op het houten molentje prijkte luidde als volgt:
Eerwaarde pastoor wees welkom
gij zult aanstonds zien waarom
Wij Borra en Ryon twee mulders
Aanzien zijn als twee zakkenvulders
Omdat ons schep soms diepe zakt
en meer dan 's mulders rechten pakt
't kan zijn maar niet alle dagen
Ge moogt het aan onze wijven vragen
Die praat verdient een goed vermaan
Gij kunt al in de preekstoel staan
Opdat u zou loochenen en weerleggen
't Verhaal van wat de menschen zeggen."
Een jaar later, op 30 juni 1927, sloeg het noodlot toe. De 11-jarige Joseph Borra speelde met zijn twee broers bij vaders molen en werd door een van de wieken getroffen. Hij was op slag dood.
Dat tragisch overlijden leidde, naast de algemene verspreiding van de mechanische maalderijen, tot de sloop van de molen in 1929.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Aanvullende informatie
wvlaanderen/proven_borra_om1.jpg
Het gebouw rechts bestaat nog. Foto: René Matton, Proven © Stichting Levende Molens, Roosendaal.
Literatuur
Archieven
Archives Départementales du Nord, Lille, processen en vorderingen in verband met de molen (info Ivan Top)
Algemeen Rijksarchief Brussel, Financiële Raad, nr. 1921.
- Igantius de Coene van Brugge bekwam octrooi om een graan- en oliewindmolen te mogen bouwen. Opposant Joannens Coopman, molenaar te Proven, 18.08.1784.
- Pieter Ghysel, inwoner van Proven, vraagt een korenwindmolen te mogen bouwen, 28.08.1784.
Gedrukte bronnen
Het Yperse – La région d’Ypres, 09.07.1927, p. 3 (dodelijke wiekslag van 30 juni 1927).
Werken
K. De Flou, Toponymie van Westelijk Vlaanderen (...)
Foto van de inhuldigingsstoet van pastoor Comeyne te Proven met de molenwagen van de molenaars Borra en Ryon op het Provenplein te Proven, genomen door Sansen-Vanneste uit Poperinge, 17.01.1926 (privaat bezit, zwart-wit, 14 x 9 cm).
P.L Cuvelier
Ernest Leeuwerck, "Beelden uit 't verleden van Proven omstreeks 1905", Aan de Schreve, VII, 1977, 1, p. 1-6.
W. Tillie, "Gemeenten die Poperinge groot maken. Proven, Krombeke, Reningelst, Roesbrugge, Haringe, Watou", Aan de Schreve, IX, 1979, 3, p. 20-28.
H. Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 7. Gemeenten P-R", Rotem, 2001.
John Verpaalen, Molens van het Hoppeland, Koksijde, 1997.
Ivan Top & Kristof Papyn, "Proven in de nevelen ter tijden", 2006.
Jozef Maes, "Proven, zijn molens en Sint-Viktor", De Belgische Molenaar, 22.10.1975.
Lorthiois Jacques, "Flandre Occidentale. Meuniers et moulins de West-Flandre", L'Intermédiaire des Généalogistes, n° 170, XXIX, 1974, 2, p. 116-126 (122).