Molenzorg

Herent, Vlaams-Brabant


Algemeen
Collectie
Verdwenen Belgische Molens
Naam

Molen van Wijgmaal
Wijgmaalmolen

Ligging

3010 Herent

op de Dijle
tussen 2 Dijle-armen
kadasterperceel D256
dubbelmolen Wilsele-Herent


toon op kaart
Type
Onderslag watermolen
Functie
Oliemolen
Gebouwd
voor 1306 / 17de eeuw (graan- en kortstondig volmolen) / 1856 (rijstmolen)
Verdwenen
1914 (graanmolen werd magazijn) / 1940 (rijstmolen werd sluisgebouw)
Beschrijving / geschiedenis

De Wijgmaalmolen was een watermolen tussen de twee Dijle-armen aan de huidige Watermolenstraat, op 3,6 kilometer ten noorden van de kerk van Wilsele.

Het was een dubbelmolen: op de linkeroever de Dijle (grondgebied Wilsele) stond de korenmolen, op de rechteroever (grondgebied Herent) stond een oliemolen.

Een eerste graanwatermolen werd voor 1306 opgericht. Naast het malen van graan, werd hij in de 17de eeuw door toedoen van de stad Leuven ingericht als volmolen. De stad wilde, op aangeven van het "gilde van de drapperije", de lakennijverheid weer nieuw leven inblazen, nadat het in de troebelen ten onder was gegaan. Het college van burgemeester en schepenen gaf de inwoners de kans aan de stad geld te lenen om de molen te kunnen kopen. De bewaarde lijst van de intekenaars verwijst naar een publieke financiering van de aankoop. De volmolen kende evenwel slechts een korttijdig bestaan.

We zien de molen afgebeeld op de Ferrariskaart van ca. 1775. De watermolen was in 1855 met twee raderen uitgerust. Bij de herbouw in 1856, werd het tweede rad aangewend voor de aandrijving van een rijstmolen (zie hierna).

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Mosselman Dominique Joseph, eigenaar te Brussel, later rentenier te Leuven
- 11.10.1844, verkoop: a) De Vleeschouwer Desire, koopman te Leuven, b) De Vleeschowuer Edouard en c) De Vleeschouwer Felix (notaris Roberti)
- 1846, regulatisatie: La Banque Foncière de Bruxelles, te Brussel (verklaring van 19.05.1846)
- 1847, regularisatie: Remy Edouard Felix, koopman te Leuven
- 13.01.1855, verkoop: a) Remy Edouardus Maria Joannes, koopman te Antwerpen, b) Remy Pierre Henri, brouwer te Leuven, c) Remy Clemence Isabelle, echtgenote Devleeschouwer, te Leuven en d) Boey& Angélique Colette, weduwe Remy Felix Emmanuel, eigenares te Leuven  (notaris Hollanders - watermolen met twee raderen)
- 29.05.1857 / 06.06.1857, verkoop / maatschappij: Naamloze Maatschappij van Koophandel en Nijverheid "Remy en Cie", te Wilsele  (notaris Gheyssens)
- 12.12.1887, verkoop: Naamloze Matschappij de Werkhuizen van Wijchmael, te Herent (notaris Gheyssens)

Een belangrijk keerpunt vormde de aankoop door Edouard Rémy in 1855. Deze zakenman, afkomstig uit Antwerpen, liet belangrijke werkzaamheden uitvoeren. Vooreerst liet hij de graanmolen herbouwen in 1856. In dat jaar veranderde hij ook het pakhuis op de andere oever  (perceel B15c) in een waterrijstmolen.
De graanmolen (op B16) werd regelmatig uitgebreid. Na een nieuwe vergroting in 1885 werd het gebouw omschreven als een graanmolen door water en stoom en als ameldonkfabriek (= stijfsel). In 1905 werd gemeld dat de water- en stoomgraanmolen tot puin was vervallen. Bij de aanvang van de oorlog in 1914 was het een magazijn geworden.
De rijstmolen op de andere oever werd eveneens regelmatig vergroot. Sinds 1882 werd er stoom toegepast, maar er werd ook nog met waterkracht gewerkt, zelfs nog in 1934. In 1940 werd het gebouw omschreven als sluisgebouw.

Het molengebouw op het grondgebied van Herent (D256) was in 1830 in werking als oliemolen. Vanaf 1870 was hij in gebruik als stijfselfabriek.

De watermolens vormden de grondslag tot  het ontstaan aan de wereldbekende Fabrieken Remy aan de Leuvense Vaart. Bij de oprichting in 1855 werkten er 35 arbeiders. Bij het 50-jarig jubileum in 1905 werkten er reeds 1.161 mensen.

Lieven DENEWET, Herman HOLEMANS & Herman SWINNEN

Bijlagen

Jo De Schepper, "Fabriek, toren en silo Remy" (uit het Beschermingsdossier).

Bedrijf gesticht door Edouard Remy in 1858. Aanvankelijk gelegen tussen de twee armen van de Dijle ter hoogte van het pleintje aan de Watermolenstraat. Een nieuwe vestiging kwam in 1890 tussen het kanaal en de spoorweg. De nieuwe site wordt zo dicht mogelijk bij het kanaal gekozen en omvat een tweetal woningen, het verwarmingsgebouw, een reeks silo's en magazijnen langs het kanaal en het molengebouw met aangebouwde machinezaal.

In 1897 werd het bedrijf uitgebreid met een stijfselfabriek, naar ontwerp van de Gentse architecten L. Morial en A. Tertzweil. Het betreft een monumentaal gebouw van 9 bouwlagen en 13 traveeën. De middenpartij van 3 traveeën springt naar voren evenals de hoekpartijen van één travee. Deze accentuerende partijen worden verder gekenmerkt door rondbogen onder- en bovenaan. Het geheel werd in baksteenmetselwerk opgetrokken maar werd rijkelijk voorzien van gebouchardeerde natuurstenen lijsten en een plint bestaande uit rotsblokwerk die de monumentale structuur van de gevels benadrukken. De muuropeningen bevinden zich in rondbogig afgedekte nissen. De kornis wordt gekenmerkt door een muizentandfries. Inwendig: troggewelven baksteen bepleisterd tussen poutrellen, gietijzeren zuilen met van vleugels voorzien kapiteel waarop twee gekoppelde I-profielen gemonteerd zijn.

Het gebouw dateert van de periode waarin het bedrijf Remy zowel op architecturaal vlak als op het vlak van uitrusting en producten op wereldschaal aan de spits stond. Dit krijgt gestalte in de gewilde monumentaliteit die wordt verkregen zowel door de gebruikte vormentaal (eclectische elementen aangepast en tot een architecturale eenheid versmolten in een grootschalige context) als door het materiaalgebruik dat meteen structurerend werkt.

In de jaren 1930, bouw van het 'Tenacity gebouw', een testhal en labo, naar ontwerp van de bekende modernistische architect Jean de Ligne.

De functionele band met het kanaal is een overslagtoren op de kanaaloever. Gebouwd circa 1890. Torengebouw op rechthoekig grondplan, met een hoogte van 5 bouwlagen. Per 2 traveeën zijn de gevels onderverdeeld in getoogde en iets dieper gelegen boogvelden. Zijgevels: 1 boogveld. Oorspronkelijk schrijnwerk is bewaard (houten deur met visgraatbeplanking/ijzeren ramen met T-profielen type fabrieksraam). Het interieur kon niet worden bezocht. Zware uitkragende kornis.

Later werd het bedrijf in belangrijke mate uitgebreid, zo ook met een elektro-unit met inbegrip van een controlezaal. Het geheel van bedienings- en controlepanelen en -kasten zijn volgens de technische en esthetische opvattingen van de periode rond 1935 opgebouwd.

Materiaal: metaal, bakeliet, glas. Panelen zilvergrijs; meters: zwart met witte plaat. Bovenop de bedieningskast (5 elementen): 7 ronde meters op kruisvormige console. Schakelkasten: 11 elementen. De schakelkasten zijn op overzichtelijke wijze op een estrade met ijzeren balustrade opgesteld.

Op 16.01.1987 werd de Remy-silo (Remylaan 2) en op 03.02.2005 de overslagtoren Remy (Vaartdijk 2) wettelijk beschermd als monument.

Literatuur

Stadsarchief Leuven, Oud Archief  # 725, ("gilde van de drapperije"), f° 109.
J. Berckmans, R. Geets e.a., "Van Wicmale tot Wijgmaal", Wijgmaal, 2002.
M. Piot. "Geschiedenis van Herent. Van de prehistorie tot de 21ste eeuw". Herent, 2003.
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961;
Herman Holemans, Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 4: arrondissement Leuven (A-L), Kinrooi, Studiekring 'Ons Molenheem', 1993.
Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 5: arrondissement Leuven (M-Z)", Kinrooi, Studiekring 'Ons Molenheem', 1994.
Werkgroep "Van Wicmale tot Wijgmaal", "Van Wicmale tot Wijgmaal". Vroeger en nu in woord en beeld. Wijgmaal, 2000.
Matt Rouwet, "Geschiedenis van Wijchmaal van 1200 tot nu", 1946.
Beatrijsgezelschap Rotselaar, "Wijgmaal aan de Dijle", 1968.
Jacques Berckmans, "Heemkundige praatjes", in: Onze School, kontaktblad van de oudervereniging van de Gemeentelijke Jongensschool Wijgmaal-Herent, 1970-1977.
Matt Rouwet, "Sprokkelingen uit de geschiedenis van Wijgmaal aan de Dijle", 1975.
Hubert Jacobs, "Wijgmaals verleden", 1981.
Jan Gijbels, "De Remy-fabrieken te Wijgmaal", 1982-1983.
Werkgroep voor Architctuur, "Geschiedenis en Theorie (WAGT) van de K.U.-Leuven, 1984-1986:
1) Johan Cokelaere “Beleving en waardering van het gebouwde in het Wijgmaal van Remy”
2) Bruno Dercon en Paul Vermeulen “Groot ontwerp REMY WIJGMAAL
– Ontwerp voor een indooratletiekcentrum op het terrein van de vroegere Maalderij Remy”
3) Chris Willemsens “Morfo-Typologische studie van het dorp Wijgmaal”
- 1985 - 1986 Sofie Beyen en Johan De Walsche “Ontwerp van een evenementencomplex op het terrein van de vroegere maalderij van de fabrieken Remy te Wijgmaal bij Leuven”.
Roger Casteels & Gust Vandegoor “1914 in de regio Haacht - Kleine dorpen in de Grote Oorlog”. 1993.
Gust Vandegoor “Het kanaal Leuven - Mechelen in heden en verleden 1750-2000", 1998.
Constant Bollion “De Fabrieken Remy te Wijgmaal”, 1999.
Stichting Industrieel en Wetenschappelijk Erfgoed (SIWE) “De Remyfabrieken te Wijgmaal", 2000.
Mailbericht Herman Swinnen, Leuven, 28.09.2014.

Stuur uw teksten over deze molen  | 
Stuur uw foto's van deze molen
  
Laatst bijgewerkt: maandag 1 oktober 2018

 

De inhoud van deze pagina's is niet printbaar.

zoek in database zoek op provincie Stuur een algemene e-mail over molens vorige pagina Home pagina Naar bestaande molens