Molen Decock was een houten korenwindmolen aan de westzijde van de Diksmuidseweg (ten noorden van het huidig huisnummer 389), een weinig ten oosten van het Kasteel van Boezinge, nabij de Brugstraat, op het kadasterperceel A669.

De molen staat aangeduid op:
- de Massekaart (1729-1730)
- de Ferrariskaart (ca. 1775) met het bruin symbool van een staakmolen.
- de topografische kaart Vandermaelen (ca. 1850).

Pieter Jan de Cock (Decock) uit Boezinge vroeg in 1768 de toestemming voor de oprichting van een houten koren- en oliewindmolen nabij de brug over het kanaal naar Ieper en nabij de kerk van Boezinge. Er werd geen verzet aangetekend. Hij bekwam op 27 oktober 1769 het octrooi van de Oostenrijkse keizerin Maria-Theresia. 

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: Van Acker Karel Eugène, molenaar te Boezinge
- later, erfenis: de weduwe (overlijden van Karel Van Acker)
- 11.10.1842, verkoop: Dehaese-Hautepene Jan Karel, molenaar te Boezinge (notaris Titeca)

De molen ondervond evenwel grote hinder van het kasteel en het park van Boezinge, en werd daarom kort na 1844 verplaatst naar de nabijgelegen Brugstraat.

Zie verder: Boezinge, Molen Claeys

Lieven DENEWET

Archieven en landkaarten
- Algemeen Rijksarchief Brussel, Financiële Raad, nrs. 1879, 1880 (oprichting, 1768-1769)
- Massekaart (1729-1730)
- Ferrariskaart (1775)
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1844)
- Topografische kaart Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart P.C. Popp (ca. 1855)

Werken
John Verpaalen, "Molens van de frontstreek", Koksijde, De Klaproos, 1995.
Herman Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 1. Gemeenten A-B", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1993.
R. Baccarne & J. Steen, "Boezinge 1914-1918, Gasaanval 2e slag om Ieper", [1978].
A.-M. Delepiere, M. Huys & M. Lion, "Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Ieper, Kanton Ieper, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 11N1", Brussel - Turnhout, 1987.