De Korenbergmolen, Wevenbergmolen (naar de ligging) of de Molen Moonens (naar de laatste uitbater) of Korenbergmolen (naar de ligging) was een houten korenwindmolen op de westelijke helft van de Wevenberg, o het trace van de huidige Nieuwe Zaventemsesteenweg, in het gehucht Lo, op 700 meter ten noordoosten van de kerk van Diegem. De standaardmolen stond op een heuvel, niet ver van de woning van kleermaker Van Oudenhove.

We zien hem nog niet afgebeeld op de Ferrariskaart van ca. 1775, maar wel met het symbool van de standaardmolen op de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842, op de topografische atlas van Vandermaelen (ca. 1850) en op de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1850) als een staakmolen.

Voor 1834 behoorde de molen toe aan het Armenbestuur te Diegem. Rond 1835 kwam de molen door mutatie toe aan Jan-Baptist Dielens, molenaar te Diegem. Maar reeds op 16 juli 1837 volgde de verkoop  aan Petrus Moonens (akte notaris Vaerman).

De uitbating gebeurde door H. Poortmans. Aangezien de windmolen buiten de dorpskom stond en moiilijk bereikbaar was door de slechte  wegen, brachten vele boeren hun graan naar de watermolen in de dorpskom. H. Poortmans beitelde dan ook zijn bittere klacht in de binnenzijde van de deur en wel in het volgend versje: "Ik mael met vlijt en neerstigheid Tot diens van alle menschen; Het doet mij spijt dat ik niet malen kan Naar ieders wenschen". Naast dit puik gebeiteld versje had de molenaar de tekening van de molen gegrift, terwijl in een oude eiken deurstijl zijn naam H. Poortmans stond gesneden.

De windmolen kon dus niet weerstaan aan de concurrentie van de beter gelegen watermolens. Hij werd in 1851 gesloopt en verplaatst naar Melsbroek.

Zie ook: Melsbroek, Molen van Melsboek

Lieven DENEWET & René PUTTEMANS

René Puttemans, "De Windmolens uit het Vilvoordse (rechter Zenneoever), in: Eigen Schoon en De Brabander, XIV, 1931, p. 274-276 (Melsbroek Windmolen)
M.A. Duwaerts e.a., "De molens in Brabant", Brussel, Dienst voor Geschiedkundige en Folkloristische Opzoekingen van de Provincie Brabant, 1961, p. 84.
J. Verbesselt, "Het Parochiewezen in Brabant tot het einde van de 13de eeuw. Deel XIII: Tussen Zenne en Dijle III", Pittem, 1964, p. 47-108.
A. Verheyden, "Juridische verwikkelingen rondom het molenbedrijf te Diegem", Machelen, 1979.
Jos Lauwers, "Diegem : zijn watermolens, zijn kasteelheren, zijn bedevaartkerk", Tielt, Veys, 1980, 864 p. (p. 116-126).
Herman Holemans, "Kadastergegevens: 1835-1985. Brabantse wind- en watermolens. Deel 2: arrondissement Halle-Vilvoorde (A-L)", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem", 1991.
Rik Eylenbosch, "Onze molens", 1984.