De Plaatsmolen was een houten windmolen aan de noordoostzijde van de de Wezestraat (nr. 8), ten noorden van de huidige Oostlaan, op een halve kilometer ten oosten van de kerk van Ardooie.

De staakmolen werd opgericht voor 1668 door de heer van Ardooie als een graanmolen. Later, tot in 1867, diende hij ook om olie te slaan. Daarna werkte hij opnieuw enkel als graanmolen.

We zien hem aangeduid op de Ferrariskaart (ca. 1775) als een staakmolen op teerlingen, in de Atlas der Buurtwegen (ca. 1845) en op de topggrafische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850).

Eigenaars na 1830:
- voor 1834, eigenaar: de Jonghe d'Ardoye Auguste Joseph Ghislain, eigenaar te Brussel
- 14.11.1878, deling: de Jonghe d'Ardoye Zoë Isabelle Marie Ghislaine, eigenares te Ardooie (notaris Biebuyck)
- 27.04.1876, deling: de Jonghe d'Ardoye-Goethals Louis Joseph Ghislain, gevolmachtigd minister te Wenen (onderhandse akte)
- 04.12.1893, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Louis de Jonge d'Ardoye)
- 1918, erfenis: de kinderen (overlijden van de weduwe Goethals van Louis de Jonghe d'Ardoye)

De laatste molenaar-pachter was Jules Van Compernolle. Hij liet in de jaren 1904-1908 herstellingen uitvoeren door de molenmakers Coussée uit Meulebeke.
In 1918 werd de molen gedynamiteerd door de terugtrekkende Duitsers.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

Archiefbronnen en landkaarten
- Ferrariskaart (ca. 1775) 
- Atlas der Buurtwegen (ca. 1845)
- Topografische kaart van Ph. Vandermaelen (ca. 1850)
- Kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1855)

Werken
- Gabriël Houthoofd, "De windmolens van Ardooie", in: Jaarboek van de Heemkundige Kring Ardooie-Koolskamp, VI, 2010, p. 25-44.
- Herman Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 1. Gemeenten A-B", Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1993, p. 31.
- Lieven Denewet & Luc Goeminne, Molenmakers in Vlaanderen. Het werkboek van Coussée uit Meulebeke (1881-1911), Molenecho's, XXII, 1994, 3-4, p. 107-331 (Speciaal themanummer, 7)