De Molen van Asberg stond op de hoek van Asberg en de Jagersweg, in het gehucht Asberg, in het westen van Westerlo. Deze standaardmolen was de banmolen van de adelijke familie de Merode en werd voor 1683 gebouwd. Toen had hij een huurwaarde van 480 gulden.
In 1799 werden de molen en het molenhuis geschat op 80.000 frank.

Kadastrale beshrijvingen
- 1822: "On trouve dans la commune de Westerloo deux moulins à vent, l'un appartenant à Monsieur le comte de Mérode et l'autre au sieur Jean Ambroise Caluwaerts, notaire à Heist-op-den-Berg. Ils sont affermés tous les deux. Le moulin à vent de Monsieur le comte de Mérode consiste dans une baraque en bois à pivot reposant sur un pied de maçonnerie. Il est situé entre les communes de Westerloo et Zoerle-Parwijs. Ce moulin a été loué en 1780 pour 600 florins argent courant de Brabant par bail emphythéotique de 40 ans. Depuis cette époque plusieurs moulins à vent ayant été construit à la proximité de la commune de Westerloo, tel que celui à eau de Oosterloo, hameau de Gheel, et celui à vent de Herselt, lequel se trouve situé plus près du village de Westerloo qui celui de Mr de Mérode, ce moulin a du nécessairement perdre de sa valeur. Aussi à différentes reprises le locataire a-t-il obtenu d'assez fortes diminuations dans le prix de son bail. En 1820 ce moulin a été réaffermé publiquement devant le notaire Baedts au prix annuel de fl. 400 courent y compris cinq hectares de terre et jardin et une maison de 1re classe, les contributions à la charge du propriétarire. Eclairé par le connaissance de ce qu'était loué ce moulin dans le série les années voulues par la loi et de sa valeur locative actuelle et comparant en outre le moulin quant aux avantages de la construction et de sa situation avec d'autres moulins des communes voisines également bien construits en bien situés, l'expert a cru atteindre sa valeur en l'arbitrant brut à fl. 300 et net de fl. 200".
- 1832: "houten standaert molen hebbende twee paar steenen welke niet gelijktijdig worden gebruikt, gunstig gelegen tusschen de dorpsplaats dezer gemeente en van Zoerle-Parwijs. Hij is voor 12 jaren verpacht aan J. Van Elsen".

Eigenaars na 1820:
- 1822, eienaar: de Mérode Henri, (in 1834 rentenier) te Brussel; molenaar-pachter in 1832 was Van Elsen J.
- 23.09.1847, erfenis: a) de Mérode Charles Antoine Ghislain, eigenaar te Westerlo en b) de Mérode Marie Josephine Hildegarde Ghislaine, echtgenote de Lévis Méripoix Adrien Charles Guy Marie, eigenaar te Parijs (F) (overlijden van Henri de Mérode)
- 16.02.1850, deling: de Mérode Charles Antoine Ghislain, eigenaar te Westerlo (overlijden van Marie Joséphine de Mérode)

De standaardmolen brandde af op 21 of 28 december 1861 en werd niet herbouwd.

Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS

De Winter K., Westerlo, land van Merode,Westerlo, 2000.
Vanoppen H., Het kasteel van Westerlo en de prinsen de Merode, Westerlo, 1989.
Westerloo, Brochure Jos Sterckx, Westerlo, circa 1908.
J. Van Hemelen & H. Obreen, De molen van Westerlo, De Zuiderkempen, IX, 1940, p. 40-43.
H. Holemans & P.J. Lemmens, "Molens der Zuiderkempen", Nieuwkerken (Sint-Niklaas), Studiekring Ons Molenheem, 1978, p. 113-114.
Kappelhof T., Utrechts kerkelijk bezit in het Hertogdom Brabant: het goed Westerlo-Olen circa 1007-1620, in Mededelingenblad Heemkring Kanton Westerlo, VI, 1979/4, p. 102-181).
Vanoppen H., Het kasteel van Westerlo en de prinsen de Merode, Westerlo, 1989.
Van Spilbeeck W., De abdij van Tongerloo. Geschiedkundige navorsingen, Lier-Geel 1888, Facsimile uitgave, Instrumenta Praemonstratensia, fasc. I, Averbode, 1997.
Vos P., Het historisch belang van de Beeltjensdreef te Westerlo, in Jaarboek 1983 Heemkring Ansfried Westerlo v.z.w., p. 59-63.
Herman Holemans, "Wind- en watermolens van de provincie Antwerpen. Kadastergegevens 1830-1990. Deel 3. Gemeenten P-Z", Opwijk, Studiekring Ons Molenheem, 2011.