Leffinge (Middelkerke), Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Naam
- Kalsijdemolen, Ketelers Molen
- Ligging
- Torhoutsesteenweg 3
8432 Leffinge (Middelkerke)
oostzijde
2 km 0-N0 v.d. kerk
kadasterperceel B930
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Geo positie
- 51.179230, 2.906743 (Google Streetview)
- Gebouwd
- ca. 1810
- Verdwenen
- 1957 - 6 juli, storm
- Type
- Staakmolen
- Functie
- Korenmolen
- Bescherming
- niet,
- Database nummer
- 4149
- Ten Bruggencatenummer
- 03345
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De molen van Ketelers was een kleine houten korenwindmolen aan de oostzijde van de Torhoutsesteenweg (nr. 3), op 2 kilometer ten oosten-noordoosten van de kerk van Leffinge.
De kleine staakmolen stond met zijn teerlingen plat op de grond, zonder molenwal, zoals dat trouwens nog meer het geval was in de polders. Dit kwam omdat er in de kuststreek meer wind was dan in het binnenland. Daarenboven kon men er ook goed gebruik maken van de zeebries.
De molen werd rond 1810 opgericht op de eigendom van Ursula Huys, eigenares te Oostende, door de molenaar Joseph Vandenbroucke (°Esen 1785 - Leffinge 1837). Zij hadden recht van opstal voor de molen en de molenaarswoning.
Bij het overlijden van haar man, baatte de molenarin Theresia Passchyn de molen verder uit, samen met haar zonen Dominicq (°Leffinge, 1815), Jan (°Leffinge 1820) en Désiré (°Leffinge 1827).
Jan en zijn zus Susanne Vandenbroucke gingen zich in 1853 vestigen te Ruddervoorde.
Theresia Passchyn overleed plots te Stene op 5 augustus 1853 om 7 uur 's avonds in het huis van Francis Anicaert.
In 1857, 1858 en 1864 kocht de zoon Dominicq de gebouwen (molen en woning) af van zijn mede-erfgenamen.
Désiré vestigde zich te Snaaskerke in 1864.
Dominucs Vandenbroucke, gehuwd met Maria Ludovica Liseune (°Gistel 1838) baatte de molen verder uit. HIj verkocht in 1874 de molen en woning aan molenaar Leopold Vandenbussche (°Stenen 1836), afkomstig van Eernegem (in 1874) en was gehuwd met Virginia Vereecke (°Oudenburg 1839).
Brouwer Gustaaf Van Sieleghem-Vanderheyde uit Eernegem kocht de gebouwen en het erf van de toenmalige respectievelijke eigenaars. Bij zijn dood in 1911 werd de eigendom aanbedeeld aan diens zoon, brouwer Joseph Van Sieleghem-Michens te Eernegem.
Leopold Vandenbussche bleef echter de molen uitbaten tot einde 1919, dan ging hij zich in Snaaskerke vestigen.
Molenaar Gustaaf Rommel (°Varsenare 1825), gehuwd met Elisa Goderis, molenaarszoon van de Groenhagemolen te Leffinge, die van 1912 tot 1919 molenaar was te Middelkerke, kwam de Kalsijdemolen uitbaten vanaf 1919 tot 1926. Daarna ging hij terug naar Middelkerke.
Molenaar Kamiel Ketelers (°Zevekote 1888) vestigde zich te Leffinge en baatte dit molenbedrijf uit, naderhand met de hulp van zijn zoon Jordaan Ketelers (°Leffinge 1938) tot in 1961.
Eigenaars na 1830:
- ca. 1810, opbouw: (van de grond) Huys Ursula, eigenares te Oostende en (van het gebouw) Vanden broucke-Passchyn Joseph
- voor 1834, eigenaar (van de grond) Huys Ursule, rentenierster te Oostende en (van het gebouw) Rotsaert-Vandenbroucke en consoorten, landbouwer te Snaaskerke
- 26.03.1856, deling: (van het gebouw) a) Vandenbroucke Dominicus, molenaar te Leffinge, b) Vandenbroucke Suzanne, c) Vandenbroucke Desire en d) Vandenbroucke Louise (notaris Heyvaert)
- later, erfenis: (van de grond) Huys Ursule, de erfgenamen (overlijden van Ursule Huys)
- 30.11.1857, verkoop: (van het gebouw) a) Vandenbroucke Dominicus, molenaar te Leffinge, b) Vandenbroucke Desire en c) Vandenbroucke Louise (notaris Heyvaert - deel van Suzanne)
- 28.04.1863, verkoop: (van het gebouw) Vandenbroucke Dominicus, molenaar te Leffinge (notaris Heyvaert - delen van Desire en Louise)
- 28.07.1865, verkoop: (van de grond) Vandenbroucke Dominicus, molenaar te Leffinge (notaris Vancaillie)
- 17.03.1874, verkoop: Vandenbussche Leopold, molenaar te Leffinge (notaris Debusschere)
- 24.12.1893, verkoop: Vansieleghem-Vanderheyde Gustaaf Adolf Marie, de weduwe en de kinderen, brouwers te Eernegem (notaris Jacqué)
- 11.11.1894, deling: de weduwe (notaris Jacqué)
- 17.11.1910, erfenis: Vansieleghem-Mickens Jozef, brouwer te Eernegem (overlijden van de weduwe Vanderheyde van Gustaaf Vansieleghem)
- 07.09.1947, erfenis: de kinderen (overlijden van Jozef Vansieleghem)
- 14.09.1948, deling: Vansieleghem Nicole (gehuwd in 1953 met Maassen Arnold), zonder beroep te Oostende (notaris Vandewalle)
In 1938 gebruikte molenaar Camiel Ketelers nog veel de windmolen, want hij beschikte niet over een motor. Toch werd ogemerkt dat de molenaar de nodige herstelling zou moeten laten uitvoeren om later gevrijwaard te bliven van grotere onkosten. Toen de windmolen droei, schudde en beefde de hele molenkast, dat men bang zou worden er in te staan.
Op zaterdagavond 6 juli 1957 waaide de molen om. De boerderij waartoe de molen behoorde, bestaat nog.
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Literatuur
Carlo Loontiens, "Les derniers moulins à vent dans l'arrondissement d'Ostende", Oostende, 1939.
"De molens van Middelkerke", in Graningate (Driemaandelijks tijdschrift van de Heemkring van Middelkerke), II, 1982, nr. 5, p. 1-87.
R. Van der Heyde, "Molens te Leffinge en Lombardsijde en de twee oudst gekende molens in Camerlinckx Ambacht", in: Graningate (Driemaandelijks tijdschrift van de Heemkring van Middelkerke), nr. 22, jg. VI, 1986, juni, p. 115-123, plan.
R. Van der Heyde, "Nog molennieuws uit Leffinge en Walraversijde", in: Graningate (Driemaandelijks tijdschrift van de Heemkring van Middelkerke), nr. 23, jg. VI, 1986, sept., p. 160-161.
Herman Holemans, Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 4. Gemeenten K-L, Kinrooi, Studiekring Ons Molenheem, 1997.
Lorthiois Jacques, "Flandre Occidentale. Meuniers et moulins de West-Flandre", L'Intermédiaire des Généalogistes, n° 170, XXIX, 1974, 2, p. 116-126 (121).
C. Devyt, "Onze windmolens in 1957", Biekorf, 1957.
Naert Urbain, Kalsijdemolen te Leffinge, eigendom van de familie Vansieleghem, Noordover (driemaandelijks tijdschrift met archologie, geschiedenis, heemkunde, folklore, genealogie, heraldiek, letterkunde, kunst over Aartrijke, Bekegem, Eernegem, Ichtegem, Loppem, Veldegem, Zedelgem, V, 1992/1993, 1, p. 20-22.
J.-M. Barra, "Leffinge in de Grote Oorlog", Brugge, De Klaproos, 2011, 285p. (uitvoerig geïllustreerd, met inbegrip van molenfoto's).
Mededelingen
- A.J. de Kramer aan Lieven Denewet, ca. 1990, over zijn bezoek aan de molen in 1953: hij wist te vertellen dat de molen heel hard droei waarbij de eerder kleine, gammele molenkast, erg schudde.
- Aimé Smeyers, Alsemberg, 23.01.2018.