Lissewege (Brugge), Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Naam
- Witte Molen, De Lissewegenaar
- Ligging
- Lisseweegs Vaartje 132
8380 Lissewege (Brugge)
oostzijde
600 m N v.d. kerk
kadasterperceel B293c
Vlaanderen - West-Vlaanderen
- Gebouwd
- 1855-1856
- Verdwenen
- 1969 - juni, roeden weggenomen / 1993-september, sloop romp
- Type
- Stenen grondzeiler
- Functie
- Korenmolen, oliemolen
- Bescherming
- niet,
- Database nummer
- 2494
Karakteristiek
Beschrijving / geschiedenis
De Witte Molen was een stenen grondzeiler aan de oostzijde van het Lisseweegs Vaartje, nr. 132, op 600 meter ten noorden van de kerk van Lissewege.
De stenen molen werd in 1855-1856 gebouwd als een oliemolen. Later werd hij ook ingericht als een graanmolen en tenslotte enkel als graanmolen. In tegenstelling tot wat vroeger soms werd gedacht, werd hij niet voorafgegaan door een staakmolen. We zien overigens ook geen molensymbool prijken op de Ferrariskaart (ca. 1775), de Atlas der Buurtwegen (ca. 1842), de kaart Vandermaelen (ca. 1850) en de kadastrale kaart van P.C. Popp (ca. 1850).
Omwille van zijn gewitte kleur, kreeg hij de benaming "Witte Molen", Hij droeg ook de fiere naam "De Lissewegenaar". We zien deze benaming prijken op de prent van de molen, die voorkomt in de hoofding van een factuur, die in 1888 werd ingevuld.
De molen behoorde toe aan olieslager Filip Cosyn en de grond waar hij op stond aan Maria Buckens, weduwe van Simon Bossier. Later werd de molen eigendom van Jan Baptist Cosyn die echter geen molenaar was maar kleermaker. De familie Bossier kocht de molen in 1861 en in 1867 reeds werden Jan Nijskens en Justina Vankerschaever er eigenaars van. In 1871 ging de molen in handen van Dierickx Visschers en in 1899 werd Philippe Dumon er eigenaar van. In 1907 werd Karel Duysburgh-Gheyle molenaar en de molen werd enkel nog gebruikt als korenmolen. Dochter Julia Duysburgh huwde met Urbaan Devriendt. Laatste eigenaar was zijn zoon Omer Devriendt.
De buitenroede van deze molen werd verdekkerd in 1939: een bewijs dat toen nog volop ingezet werd op de windkracht. Sinds 1945 was deze stenen grondzeiler evenwel niet meer in gebruik.
De molen werd beschermd als monument bij koninklijk besluit van 28.05.1962.
De roeden werden uitgehaald in juni 1969 maar er werd nog een nieuwe windpulm, windgevel en vang gestoken door de molenbouwers Peel uit Gistel.
Ingenieur-architect Walter Snauwaert uit Oostende stelde in 1978-'79 een restauratiedossier op. Helaas kwam de restauratie niet tot uitvoering, o.m. vanwege de hoge kost (20% voor de private eigenaar).
De bescherming werd wegens verwaarlozing opgeheven door Vlaams Gemeenschapsminister Louis Gustaaf Waltniel op 28 juni 1990.
De correctionele rechtbank van Brugge sprak op 8 januari 1991 de eigenaar vrij in het geding dat de Vlaamse Gemeenschap tegen hem had ingespannen, op beschuldiging de noodzakelijke instandhoudingswerken niet te hebben uitgevoerd. Het hof oordeelde immers dat de hele procedure een bewijs leverde van de "administratieve onbekwaamheid en nalatigheid van de Vlaamse Gemeenschap".
Het interieur werd verwijderd in de zomer van 1991. De houten molenas met het vangwiel en de gietijzeren askop werd vervoerd naar de Lievensmolen in Zedelgem.
De overgebleven romp werd geheel gesloopt in september 1993.
De bijhorende molenaarswoning bestaat nog. Deze vroegere hoeve-herberg heette "Het Huys van Koophandel" en op een ander tijdstip "In de Lissewegenaar". Deze woning is niet opgenomen in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed.
Eigenaars:
- 1855, a) Cosyn Jan-Baptist, kleermaker en winkelier te Knokke en b) Cosyn-Bossier Philippe, molenaar, olieslager en herbergier te Lissewege
- 18.09.1861, verkoop: a) Bossier Charles, zonder beroep te Lissewege, b) Bossier Pierre, zonder beroep te Lissewege en c) Bossier Leonard, zonder beroep te Lissewege (notaris Proot - "moulin à vent nouvellement bâti")
- 16.05.1862, verkoop: a) Bossier Pieter, graanmulder en olieslager te Lissewege en b) Bossier Leonard, graanmaalder en olieslager te Lissewege (notaris Proot - "eenen schoonen onlangs nieuwgebouwden steenen koorn- en oliewindmolen")
- 26.01.1867, verkoop: (van het gebouw) Nijskens-Van Kerschaever Jan, zonder beroep te Lissewege (notaris Debusschere)
- 28.01.1867, verkoop (van de grond) Nijskens-Van Kerschaever Jan, zonder beroep te Lissewege (notaris Proot)
- later, eigenaar: Dejonghe-Van Kerschaever Engelbertus, molenaar te Lissewege (de weduwe van Jan Nijskens hertouwde met Engelbertus Dejonghe)
- 04.03.1871, verkoop: Dierickx Vissers-Boddez Petrus, molenaar te Lissewege (notaris Proot)
- 08.06.1889, deling: Dumon Philippe, landbouwer te Lissewege (notaris Jacqué)
- 15.06.1907, verkoop: Duysburgh-Gheyle Charles Louis, molenaar te Lissewege (notaris Termote)
- 27.11.1948, erfenis: a) Duysburgh-Gheyle Charles Louis (voor 5/8 volle eigendom en 1/8 vruchtgebruik), molenaar te Lissewege en b) Devriendt-Duysburgh Urbanus Joannes Josephus (voor 1/8 naakte eigendom en 2/8 volle eigendom), landbouwer te Lissewege
- 30.06.1949, erfenis: Devriendt-Duysburgh Urbanus Joannes Josephus, landbouwer te Lissewege (overlijden van Charles Louis Duysburgh)
- 03.01.1965, erfenis: de weduwe en de kinderen (overlijden van Urbain Devriendt)
- 20.09.1978, gift: Devriendt-Vlaminck Omer Robert, landbouwer te Lissewege (notaris Thomas)
Lieven DENEWET & Herman HOLEMANS
Literatuur
Archieven
- Rijksarchief Brugge, "Kaarten en plannen Mestdagh", nr. 785 (uit 1768)
- Agentschap Onroerend Ergoed West-Vlaanderen, archiefnummer 229.
Werken
André Cartreul, "De laatste Lisseweegse molen mag niet verdwijnen", De Toerist, 1960, p. 1207.
M. Coornaert, Een overzicht van de molens in het Noordvrije, in: Liber Amicorum René De Keyser, Speciale uitgave, Geschied- en Heemkundige Kring Sint-Guthago, 1985, p. 43-78.
J. Ballegeer, "Molens in de Zwinstreek", in Rond de poldertorens, jg. 47, nr. 2, 2005, p. 72.
Johan Ballegeer, "Heet hij "De Lissewegenaar"?" Rond de Poldertorens, 1984, 1, p. 1-2.
Herman Holemans, "Westvlaamse wind- en watermolens. Kadastergegevens 1835-1990. Deel 4. Gemeenten K-L", Kinrooi, 1997.
G. Vandepitte, De dorpskom van Lissewege en de omgeving, in Rond de Poldertorens, XII, 1970, 2, p. 88.
S. Gilté, P. Van Vlaenderen, A. Vanwalleghem m.m.v. K. Dendooven "Inventaris van het bouwkundig erfgoed, Provincie West-Vlaanderen, Gemeente Brugge, Deelgemeenten Dudzele, Lissewege en Zeebrugge, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen WVL25, 2006.
Lieven Denewet, "Leven en werk van molenontwerper Walter Snauwaert (1928-2011)", Molenecho's, XXXIV, 2011.
Germain Vandeitte, "De dorpskom van Lissewege en de omgeving", Rond de Poldertorens, XII, 1, . 16.
Johan Ballegeer, "Lissewege in oude prentkaarten", Zaltbommel, 1978, foto nr. 88.
Lieven Denewet, "Al 11 Vlaamse molenrompen gesloopt sinds 1990", Molenecho's, XXIII, 1995, 4, p. 207.
Mailberichten
- Leo van der Drift, Den Haag, 01.12.2012 (die ons een vermeende foto van de Heidemolen te Erwetegem terecht kon thuiswijzen als de Witte Molen van Lissewege!)
- Ronny Ballegeer, Lissewege 27.12.2013
- John Verpaalen, Roosendaal, 08.05.2020